Blader door transcripties » Het Utrechts Archief

archieftoegang 34-1, inventarisnummer 2241, pagina 114

daal Stichts
Voorts Hendrik van Kroesbergen, landbouwer,
wonende onder Bennekom, Provincie Gelder„
land, voor zich en als instaande voor zyne moe„
der Maagje Hendrikzen van het Ruisseveen
weduwe van Harmen van Kroesbergen, zonder
beroep, en voor zynen broeder Peter van Kroesber
gen landbouwer, beide mede wonende onder Ren
nekom.
Jan van Kroesbergen, landbouwer, mede onder
Bennekom woonachtig.
Klaas van Kroesbergen, landbouwer, al mede wo„
nende onder Bennekom.
Evert van kroesbergen, landbouwer insgelyks wo„
nende onder Bennekom
Aart Hendrikzen, landbouwer, mede onder Benne„
kom wonende, als in huwelyk hebbende klaasje
van Kroesbergen.
Jan Meliszen, landbouwer, en zine huisvrouw
S Teunitje van Kroesbergen, wonende in de Gemeente
Ede.
Allen ter eenre zyde
En.
Gerrit van Hal, landbouwer, en zine huisvrouw
Roeia Hendrikzen van het Ruissereen, wonende
in de Gemeente van Veenendaal Stichts, ter andere
zyde.
zynde de voorgenoemde getrouwde vrouwen alhier
tegenwoordig door hare mannen geadsisteerd, en
tit het passeren dezer acte geautoriseerd.
En gaven de wederzydsche comparanten te kennen:
Dat de comparanten ter eenre te zamen voor drie
vierde gedeelten, en de comparanten ter andere zy„
de voor het overige een vierde part in gemeenschap
bezitten de nabeschrevene vaste goederen henlieden
MRlr
21
aangekomen door het overlijden van derzelver
ouders en grootouders respective Hendrik
van het Ruisseveen en Klaasje Gerritzen
Dat zylieden tot de voortduring dier gemeen„
schap niet langer genegen waren, dien aangaande
met den anderen in het minnelyke zyn overeenge„
komen, zoo als zy by deze acte verklaren:
Dat de comparanten ter eenre, namelyk voornoem
de Gerrit Hendrikzen van het Ruissereen voor
een vierde gedeelte, Jannetje Hendrikzen van het
Ruisseveen en hare voorzeide kinderen voor een
vierde part en eindelyk Maagje Hendrikzen van
het Ruissereen, en hare voorgemelde kinderen
mede voor een vierde portie en dus te zamen drie
vierde gedeelten, onder belofte van vrywaring voor„
evictie, reclames en andere verhinderingen, hebben
verkocht en afgestaan aan de comparanten ter an„
dere zide Gerrit van Hal en Roelia van het Ruis„
seveen, echte lieden, dewelken ook in koop aannemen
der verkoopers drie vierde gedeelten van
1. Eene Hofstede bestaande in huis n=o 161, eene
schuur, drie bergen, een bakhuis en ongeveer veer„
tien morgens bouw en Weiland staande en gelegen
in de Gemeente van Veenendaal, op het Ruisse„
veen daar ten oosten de kinderen van Jan Maar„
tensen, westwaardes Hendrik en Jan Bruis, zuid
de Haspelsche wijk, en noord de Waterlozing; erf„
pachtpligtig aan Johannes van Kessel, te Veenen„
daal, jaarlyks op vyf en dertig guldens en zestig,
cents, welke den elfden November verschynt
2. Item van ongeveer drie morgens bouwland, ge„
legen onder Veenendaal, in den zoogenaamden
Hondzen Elleboog belend ten oosten Hermanus
en Maria van Broekhuizen, ten zuiden de Heer
van Asch van Wyck, ten westen dezelve Heer van