Blader door transcripties » Gemeentearchief Schiedam

archieftoegang 244, inventarisnummer 772a, pagina 21

een ende mede de voor Adriaen
Ende verclaerde ten versoucke als voren, dat
ijeder sijn huijsen en twee
gepasseerde kennisse gecregen hebbende,
over de voorsz. saecke te raden is geleden den
voorn. Schipper Machten Boeleman ten sijnen huij¬
te ontbieden, ende naer de baerheijt vande voorss.
gedragen ende gebrachte sack met gelt te bragen
daerop hij Soeteman alsdoen sijnde corts naerden
voorss. tijt met ronde woorden heeft geconfesseert
ende bekent, dat hij ten voorss. dage een sack met gelt
hadde gebracht ten huijse vande voorn. Corn. eij
alhier ter stede, Eijerdigende hiermede elcx haer
depositie presenterende etc. Aldus verleden binnen
Bredam varen, ter presentie van Tijs bree
blanckert ende Johannes verschen getuijgen
Braen hagh
1660
Hadewij Speck
is hubrechtje
Johannis verschon
Mij wircond
J: Bollaert Nots.


Compareerde noch voor mij Nots. ende naergenoemde
getuijgen, Jacob Baertensz geswore Bierwercker
binnen deser stede. Ende heeft ten versoucke als
vooren, geattesteert voor de rechte waerheijt, dat
hem noch wel indachtich ende kennel. is dat ontrent
een Jaer geleden onbehaelt inden Juijsten tijt
Maerten Soeteman marckschipper van desen
stede op Rotterdam alhier is comen gaen, over de
marckt, voor het accijshuijsge dragende een sack
met swarte op sijn schouder, Daerop alsdoen de
huijsvrou vande Arent Adriaen Sgravenhage, sulcx mede
siende, hem versocht eens naer te sien, waer deselve
sack met swaert wierde gebracht gelijck hij
attestant verclaert gesien te hebben, dat deselve
sack ende swaert aenstants ende gaende wierd
gebracht, ten huijse van Corn. Loij, jegenwoordich
woonende alhier op de neustraet, Eijndige
presen. etc. Aldus verleden op den xxiie. Maij
@o xvjc. ende sestich, ter presentie van
Monsr. Adriaen Gravenhage ende Johan Veen
Hendrich getuijgen
gemerck
Jacob Martense
Veen
1660
Schap
Mijsterende
„
H: Schaef