Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 2.10.02, inventarisnummer 6561B, pagina 237

der uitloopers gelegen moeras
sen, sterk genoemen mog worc
aan te lasten. De vroeger inge
komen berichten over bendeer
die van de xxt Moelime in
westellijke richting trokken,
blcken echter voor te zijn,
en daar de H Moekims als
het doel van den toeht waze
aangegeven; wensalte ik die
landstreek, woarin der
laatsten tijds een gerenselten
toestand van rust was inge„
trokken teger cer invol der
benden te beschermen.
Het het vog daarop goed il
den Commandour van het
10: batoljon infanterie den
laot met de 2: en 8e. Compog
nie van zijn bataljon om i2
isur e nochto noor 6oelit
deboen te moreliceren, door
de 8e. Compagnie van zijn
batoljon van sich te trekken
Met
met de drie vereenigde com„
pagnien van zijn batuljou
den westelijken intgang van
de bloof van Ele Farven te
bezetten, ten einde den vijand
op te vougen wanneer hij zijn
toeks over het gebergte in
westelijke richting naar de H
Moekiens mocht voortzetten
en verder tot nader order
de H en H. Moekine van vijar
den dehoor te houden.
Aon den Etappen Comman„
dons te Auagaloeng werd den
loth gesonden, om de lijn fi
brek tot aan het gebergte te
observeeren, ten einde het ver
der door 'tzekken van benden
daor die streck booveel moge
lijke tegen te gaan, terwijl aan
dien militairen Commandent
werd opgedragen, om de vlokte
der 2. Maekims van vijanden
tuiver te houden.
Oe