Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 2.10.02, inventarisnummer 6363, pagina 835

dier landatrecht voor hul
anellus was tuee Nattoe
op Aeramaseeh grond gelie
hlen 308e. Julij vertrakl iss, vergeze
door een detachement traepen ater„
25 man, onder Hommando van de
1en. Ruitenant debrucijns, tevens Hoo
traluur vand beloh. Madjang en on
atreklen en den aipirant Nontiale
e. 7. Abriuese met naadig aantal
dwangurheiders als Hoelies en 28 eug
selenen van Doeloh Madjary oude
aannaering man albarg demar Uljoen
onger gemagtigde bij de Baten,
haepars en Aoeantlae Alacau, sijn
Kuage, be mevens nier dajastoche hoo„
der ons te dienen salo tussahen soe
soners 9 gidaes, doo margens ten
half pekt ure nar elladjang. dl
truepes en Amanparliciders mare
insolheept in nijt teraauren,
terwijl de celladjangers en klajate
in puer daupans marin geleter
hles namiedags omatuitlo niet ure
Arran
Haars ise na menig apouthaux aan
de Aaengei cellera etjes, waar ise
verklief tat den volgende mogen
sijjrde 31 Julij, daar volgens mede„
deeling der daa mij medegenomen gedel„
de Aaengei sangit mit die materatans
niet verder Kenaarliaar was en wij,
genaadzaaket shauden dijn een had door„
het baren te Happen, ten einde tot aan
de gewere aanlegplaats te exra te komen,
on man daar onger mreg lange het ge„
kaande sad te nemen. Den gevolge
war den heniger rges mas het mij veret
ten, 9 sure magelijk des marreh
te vervalgen. Na gedurende deven uren
gemarcheerd te hebben, Awam ise des
namindags, ten 4 ure te Fangit aan
en wiel ni de sonmiddelijke nakij„
heid nas twee dujasleehe huulten
onder de haafder Pdatae en Voen da„
„marg. Ate gaf luet tot Numpeeren
op eene bereids doa de axjake van
die Kampong gehoongenwaastte
solck in het lvoeks; doch deer nabij
goed drintluater gelegen.
Noordien
286