Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 2.10.02, inventarisnummer 3383, pagina 15

n de landendenr op de hooffselplanten
minstens eens of Awemelen in de
maanst moeten iugaduen; en
eldus zoo likmyls als de derst den
jurttie het vridnt. dimmers als de
gegyrelde zer tit het apleggen
van den eedt of verklaring burcel
is, zil de president alsdan eene
nadue zisling mesten beleggen.
Denuyl Crie uitt 83en volgg) de
benngingder magishaten biy de
iadtiening in cvile vnderingen
van de Landinden mit is behonden,
is ork in de artt 133-140 de, om
het kerge berrep, de benweging
der magistraten teriggebragt tot
het geval dat de appellant buiti
het rerroit van den landiaadt woons„
degin len en andu kan geen be„
kwaar bestaan, mt het aanzal
den den ieduer vmtillen te pac„
videren landiaden, en de onduli„
ge aptaust kuncken die regtbau„
ker bete zyn gnegeld; en het
gebleken is, hae geving het aankel
cisle zaken is bi de lanstinde
buiten de hoefsplants.
Ais1 861- 191 l emdie uegtiplegrq
Oot hin is gehracht, de don den
Raadt van State gewraakte bemoeg„
gen der megishates derveel moge„
lyk te dien wegvallen. Klit hm
te eerde, om dat volgens de gun„
rgde ergamiratie de puerident
zich nimmer op grosten afstand
va de belangheblenden enl livin„
den.
d
Ait 232, 8e Cart 237 ond. Aat de
blute trepartelik vnklaring van
art 270 van het reglement op de
linguliker regts vordering ove de
juisdertie=geulillen dit vecken,
de opvassirg ter kunnen leden,
vndet hst naar artlelen vernogst,
E Llit gelat wik de wereekomende.
mntt de wenige reglementen.
Art 211 lechrest, vilgens de oponer,
king van du Kluctem van Ino,
Actie urytiging in verband tot
ma. stll 1677 a 65, over de bewys
kracht van onduhandsche genluiften
volgens welke het Vlreq quegshn
ia die garlsklen kennis neemt,
dennyl zy hen by den raad inu
justlic de huis behmen, wndt
dm dus Guns comminaris
mtkend, vermits het aangeeael
de arthel orke varcaren de raden
an jurttie nremt; en burtendie
de zaake drnstelyke gunreg nluynt
Onder de pol: tiebcambten
1 art 234 (229 ond sknnen
nit men van de telken, wiet
inmenging in pslitchaten doir
den Guweneur mraadzaam
enmordig is geacht.
alc artt 201, 215 e 316 zyn
gewe vyd vvreenkunstig het
ker. berluit ia 12 Ma 175
ee 1676, 217, over omloo,
pige inkecktenimeming. Tege„
de beepaning die mildure
hepelingen bestond get be„
zuaan, om dat zy zelve geoeq
zaam waken tegen ontrluyking.
en vruigins penmen verdacht
van eenvindige overheding
wel nmmet zis gevaarliyde
om iust en orde zullen weden
dat met ze op bloot vermre„
den zoor mieten in hechtinis
nemen. ogl ork art V4o, tr led
=art 310 oud.
Ast 429- 450 Oct bi deze
artshelen, beheffende boogen
burep en benrep in larratie,
zyn de binoegmitsen den ma„
giraater dowveel mogelyke
beperst.
vm lelcben
By het ontwup es eene
nita gevregst over de Fnank:
eele gevelgen, waamit blyket,
dat de utgaven zullen bedragen
f121 770 6 jaars
waartege vervelt: 4 42490

zoedat de verneerdwng bedraagt f z9 2oo