Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 2.10.02, inventarisnummer 22, pagina 16

Suppliant is diensengevolge Wans de oudste kolonel
van het Sapen den Infanterie by het OostIndische Le„
,gen en waagt het daarom met zyn tegennoordig ver„
,zoek tot Uwe Majesteit te komen.
Met allen eerbied is hij van meening, dat het Uwe Mas„
„steits bedoeling niet kan wezen, om op den deeur het
Wapen der Infanterie van eenen Generaal officien ver„
stoken te laten blyven. Het is daarom en op grend
van zyne vroeger benegen diensten, dat hy zoch ger„
oorloofd met het nederig verzek tot Uwe Matesteit
tenaderen, dat het Une Majesteit gesgunstig moge
behagen hem toetekennen den schilairen Rang van
Generaal Majoor den Inanterie.
Suppliant waagt het hierby een tweede verzoek te
voegen. Hoogstbezwaarlyk, ja, ondomlyk zoude
het hem zyn, om zonden zich met schulden te beama„
„ren, nier lenugbetaling hem onmogelyk zoce varden
voor zich, zyne echtgenoote en drie kinderen de besto„
van de Veruepris naar OostIndie te bestryen, te meer
daar zyn traktement reeds besaard is met eene
delegatie van f 100 - 's maands, ten behoeve van eyne„
Zoon, die op de Acusemie tel elft opgenomen, tot
OostIndisch Ambtenceur wordt opgeleid.
Mitdienhoofde verzoekt hy met allen eerbeed aan
Udre Majesteit, hem als eene buitengenene gunst te
willen toestaan, dat aan hen, zyne echtgenoek ens
C
kinderen den vryen overtogt naar OestIndie worde
verleend, helzy met eene particuliere schapsgelegen
heid, hetey als belast met het kommandement van
een detachement suppletie troepen
ijles
345.
u