Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.05.11.14, inventarisnummer 770, pagina 15

me des Heeren Amen.
In den Na
Kond en kennelijk alle en een igelijk dient behoord
Zij
aangaan magh ae dat ik Puassiba, volkomen bij mijn verstand
en
sijnde, hebbe overdagt de Vergandkelijk heid van mensch
leven, de onsekere tijd ende Uure vandien en mits die
gen sijnde uijtdeese Weeseld te scheijden, sonder bev
de delbe lande van te besteen gedisponeert, geli
Inden Naame des Heeren Amen.
P
Op Heeden den 31. Maart Anno 1768.
Compareerde voor mij Christiaan fredrik Teuber, prov: gesw: Clercq ter
Colonie Suriname, Rivieren & Districten van dien, present den
noemde getuijgens.
De Vrije Quassiba van de Concou
Zickelijk naar den lighame, edog haar verstand reedenen en memo
rie ten vollen magtig en gebruijkende, naar allen uijtterlijken
schijn, en also in staat om te kunnen en moogen tesleeven
Dewelke aan mij prov: gesw: Clercq exhibeerde en ter hand ster
en bij haar Comp=te met een & geteekent
Zeeker papier, door een anders hand geschreeven, met versoek, dat
hetselve hierinne op seeven distincte plaatsen mogte werdende
seegeld, als op de vier hoeken met het Cachet van haar Comparante
ende dnie middelste met dat van mij geswoore Clercq, hetwelk ali
ook hebbende geeffectueerd.
Voorts verclaarde de Comparante hetzelve papier te Contineeren
voor haar Testament, laaste en uijtterste wille, willende en begeeren
de, dat het daarvoor zal valideeren, kragt en Effect sorteeren, het
zij als Testament, Codicill giffte uijt saake des Doodes ofte onde
den leevende, offte soals hetselve bestna regten zal kunnen en Wa
gen bestaan, nietteegenstaande eenige solemnitijten na regten,
requireerd, hierinne waren geobmitteerd, houdende die voor alhier
woordelijk geinsereerd, met versoek van het uijtterste benefitie
daarom trent in Regten te moogen genieten.
Aldus gedaan en gepasseert, verseegelt ende gesuper¬
scribeerd, al hier aan Paramaribo, dat out Supra, ter presen
tie van Daniel Godlob Schlick, en Johan George Stoetzer als
getuijgens hiertoe versogt
is de handteere
dit
Quod attestor
Quassiba vanden
stes
mog
anders tekoomen
niet
lour
CSehroh
Adk
teeken
Coblic
F Teuber
I. G. Kielger
rorgesw