Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.05.11.14, inventarisnummer 149, pagina 98

Eerstelijk
Dat de helvte van de voorschreeve Koopschat ter Soo
ma van Twaalf Duisend en vijfhonderd Gulden
heeden over een Iaar zal moeten werden betaald
Een een Jaardaar na, of heeden over twee Jaaren,
wederhelvte der Koopschat, tergelijker somma
van Twaalf Duisend en vijfhonderd Guldens;—
welke Termijnen de Heeren Comparanten ter Eenr
zijn aanneemende en zig daar toe verpligtende Ee
deeze, aan de Heer-en Vrouwe- Comparanten te
andere zijde, na Holland te zullen remitteeren
het Zij in Goede Wisselbrieven op Holland Getro
ken, ofte in Producten, ten einde aldaar te ave
voldaan en betaald, zonder dat egter daar On
trent, eenige Agie ofte andere kosten hoegenae
zal mogen werden afgetrokken; Zoo dat de He
en Vrouwe- Comparanten ter andere Zijse, d
aan hun verschuldigde somma, vrij en Onbele
zullen moeten bekoomen
T weedens
En ingevalle de voorschreeve Termijnen va
betaalingen, niet op zijn tijd mogte werden ve
daan, Zullen de Heeren Comparanten ter E
re gehouden en Verpligt, zijn, boven diente
taalen eene Interesse van agt Guldens ea
ten honderd in het Iaar, te reekenen van den d
af, dat de gemelde Termijnen zullen zijn
vervallen, tot de reeele en Effectueele vold
ning toe.
Derdens
Dat omtrent de te doene betaalingen der Ko
schat, nimmer ofte ooit, door de Heeren Compa
ter Eenre, in Reekening of compensatie zal m
gen werden gebragt, alle het gunt de vrouw
Comparante ter andere zijde, mogte verschi
digt zijn aan den Boedel van wijlen meer
melde haare vader, uit eeniger hoofde, ho
genaamt, het zij ter zaake der opvoeding, of
Anderzen