Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.04.02, inventarisnummer 8231, pagina 76

Van Macassar den 20 Meij 1756.
siende op de aankomende brieven van 5 Maert 1697.
6 Janu: 1699. 14 feb: 1700 als nog nader bij die van
18. ' Maart 1704. alwaar onder anderen staat
„zo hebben wij Egter niet konnen goed vinden dat Ponict
„ geheel te laten slippen, maar nodig g'oordeelt uE
„aan te beveelen 't zelve volgens de contracten; dog
„ met voorsigtigheijt en discretie op de winste aan-
„ stotelikste wijze te mainteneeren dewijle dat ook
„ zoude kunnen staden komen bi verdere aan groeij
„ van de Considentie en al te naauwen vereenigde
„ tusschen de hoven van Bonien Goah
en in dier voegen is dat ook na tyts omstandigheijd
door mij behandelt, met zijn Hoogh. d of den Hoftolk
de ongegrondheyt van dat aangemagtigt regt nu en
dan eens in vrindschap voor te houden dat mij ook
nooyt qualyk genomen heeft
Alle het geene voorsz is en dat nog volgen zal
daar het van Boni te passe komt danke ik genoeg
te wesen om uird te doen begrypen hoe men met zyn
Hoogh:d moet handelen dog de toest en uijtwerking
laten ik aen uEdl. Eijgen ondervindinge dat dog
den besten Leermeester is
Bij de Memorie van de Heer van Arewijne
en de papiere; van dien tyt is den presenten Koning
bekent onder den naam van Prins Pongauwa vervol-
„gens bij die van de heer smout Datouwa Baren=
„gan en dan weder Jongkoning zynde als doen door des-
selfs suster tot Regent aengestelt dat meede tot
uwd: Elucidatie dient
Hier mede zal ik aanvang maken met het
ondankbare en door geen weldaden aan de E Comp.
verpligtende
Maccassaarse
e