Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland
Transcriptie
391
mackers zijn naar de saldanha
afgesonden.
ook een proef neemen, ofer eenig
't robben eijland is verlooren
geraakt.
Copia van het van Ceijlon ont„
„fangene schrijvens gaat
schip heeft men een bottelier
moeten aanstellen.
werden, hij daartoe geen kans of appa¬
rentie meer sag, sulx zijne makkers
van dien tijdt af aan Beesig gaweest
hebben, om volgens d'ordres naar
gem: hetbritge en tweesynder de blind staande ankers in dese tasel¬
aaij te visschen, sonder tot nog toe
eenige te hebben gevonden, Inmiddels
dat wij meergem: Lebritge met nog
twee zijner Compagnons, ten zijnen
gedanen versoeke met de bregantijn
fyenoord waar de zaldanhabaaij hebben
afgezonden om te ondersoeken of er
eenige mogelijkh„t soude sijn, dat 'er
nog eenige Contanten door het veron¬
„gelucken van 't schip meeresteijn in
den Jare 1702. aldaar verlooren ge„
„raakt, door hem souden kunnen be„
„magtigt werden, zullende door sijne
zijne overige Compagrons sullen Voorseijde hier geblevene mackers
geld te bekomen is van het geen ook een proet werden genomen of er
dat met den dageraad omtrent van het geld, door het blijven van het
Jagtje den dageraad in't Jaar 1694.
op den Westelijken hoek van 't robben
Eyland verongelukt, nog niet jetwes
soude konnen werden gevischt, en geborgen
van welkers uijtslag mitsgrs de verdere
omstandigheden deeser saake wij ons
d' Eere zullen geven uwe wel Edele
Hoog Agtb: insgelijks p. naasten
volgens pligt te adviseeren; nemende
nu de vrijheijt uwe Wel Edele Hoog
hier beseiden over, en op dit Agtb: hier besijden te laten toekomen
Copia authenticq van het schrijvens
dat ons met deesen bodem van het Eij„
„land Ceijlon is toegebragt, hebbende
wij ook op dit schip ter nadere ap„
probatie van uwe wel Edele hoog
agtb: gemerkt den daarop beschheijden
geweest zijn den Bottelier door Jn„
dispositie tot Colombo ten hospitale
verbleven is, weder tot bottelier met
ƒ20. ter maand aangesteld den mattroos
Jan van Jngen van den Briel 't geen
w' hoopen dat van uwe wel Edele
hoog agtb: g'eerde goedkeuringe sal
mogen wesen. —
Voorts kunnen w' uwe wel Edele hoog
agtb: nog tot onse blijdschap Communicieren
soude
dat
mackers zijn naar de saldanha
afgesonden.
ook een proef neemen, ofer eenig
't robben eijland is verlooren
geraakt.
Copia van het van Ceijlon ont„
„fangene schrijvens gaat
schip heeft men een bottelier
moeten aanstellen.
werden, hij daartoe geen kans of appa¬
rentie meer sag, sulx zijne makkers
van dien tijdt af aan Beesig gaweest
hebben, om volgens d'ordres naar
gem: hetbritge en tweesynder de blind staande ankers in dese tasel¬
aaij te visschen, sonder tot nog toe
eenige te hebben gevonden, Inmiddels
dat wij meergem: Lebritge met nog
twee zijner Compagnons, ten zijnen
gedanen versoeke met de bregantijn
fyenoord waar de zaldanhabaaij hebben
afgezonden om te ondersoeken of er
eenige mogelijkh„t soude sijn, dat 'er
nog eenige Contanten door het veron¬
„gelucken van 't schip meeresteijn in
den Jare 1702. aldaar verlooren ge„
„raakt, door hem souden kunnen be„
„magtigt werden, zullende door sijne
zijne overige Compagrons sullen Voorseijde hier geblevene mackers
geld te bekomen is van het geen ook een proet werden genomen of er
dat met den dageraad omtrent van het geld, door het blijven van het
Jagtje den dageraad in't Jaar 1694.
op den Westelijken hoek van 't robben
Eyland verongelukt, nog niet jetwes
soude konnen werden gevischt, en geborgen
van welkers uijtslag mitsgrs de verdere
omstandigheden deeser saake wij ons
d' Eere zullen geven uwe wel Edele
Hoog Agtb: insgelijks p. naasten
volgens pligt te adviseeren; nemende
nu de vrijheijt uwe Wel Edele Hoog
hier beseiden over, en op dit Agtb: hier besijden te laten toekomen
Copia authenticq van het schrijvens
dat ons met deesen bodem van het Eij„
„land Ceijlon is toegebragt, hebbende
wij ook op dit schip ter nadere ap„
probatie van uwe wel Edele hoog
agtb: gemerkt den daarop beschheijden
geweest zijn den Bottelier door Jn„
dispositie tot Colombo ten hospitale
verbleven is, weder tot bottelier met
ƒ20. ter maand aangesteld den mattroos
Jan van Jngen van den Briel 't geen
w' hoopen dat van uwe wel Edele
hoog agtb: g'eerde goedkeuringe sal
mogen wesen. —
Voorts kunnen w' uwe wel Edele hoog
agtb: nog tot onse blijdschap Communicieren
soude
dat
Bronvermelding
Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland, archieftoegang 1.04.02, Inventaris van het archief van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), 1602-1795 (1811), inventarisnummer 4108, Heren Zeventien en kamer Amsterdam, INGEKOMEN STUKKEN UIT INDIË, Overgekomen brieven en papieren, Overgekomen brieven en papieren uit Kaap de Goede Hoop aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam, Overgekomen brieven en papieren uit Kaap de Goede Hoop en Mauritius aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam. Gedeeltelijk met inhoudsopgaven, 1728 - 1729 [1729]. Tweede deel
Scan + Transcriptie
Klik op de afbeelding om het te vergroten en de transcriptie ernaast te zien
Kunstmatige intelligentie (AI)
De transcriptie is door de computer gemaakt via automatische handschriftherkenning.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.