Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland
Transcriptie
1364
Letbritge heeft ditmaal niets in
leend verselt deesen in Copia.
gedoente niet onaangenaam sal mogen te
vooren komen.
den Engelschen Geldvisscher John Let¬
door den Engelsschen gelarisschebrithge die volgens het genoteerde bij
de saldanhabaij kunnen opgedien onsen bovengemelten onderdanigen van
den 25: febru=j laastleeden naar de
saldanhabaaij is afgesonden geweest, om te
ondersoeken of 'er voor hem kans soude
zijn, om eenige Contanten van het aldaar
verongelukte schip Meerensteijn op te
visschen en te bemagtigen, op den 5: der
gepasseerde maand maart alhier sijnde
komen te reverteeren, heeft tot ons
leetweesen ter dier plaatse voor dit maal„
niets kunnen opdoen, vermits de Z: O:
en Zuijdelijke winden, dewelke in dit
Zaijsoen, meestentijd Langs deese
Custen doorwaijen de Zee geduurig met
lijk voorgestelt, en de verandwoording
van de Inladinge, Equipagie provisien
etca. van deselve aan haar door expresse
gecommitteerdens is overgegeven geworden
ssen Lang 20.
quaniassen
te kunnen werden afgegeven, maar ten
baffias Lang
aansien het bequaam Canon anker en
Coogels, alhier niet behoorlijk heeft
kunnen
se bafftas
soo veel kragt op het Putten Eijland waar„
teegens het schip Meerensteijn aan
stucken geslooten en vergaan is, hebben
Provisien,
doen aanloopen, dat het voor hemende sijne
eden, Als
een onmogelijkheijd is geweest, om met eenige
Hooge Rege¬
Vaartuijgen, sonder oogenschijnelijk gevaar„
sig versogt werd
na genoeg bij het selve Eijland te hebben
n Dienste
kunnen komen, veel minder om ter oorsake
te willen
van de felle brandings aldaar te kunnen
't Rapport van die expediti vre„ duijken en onder water gaan, invoegen als—
door uwe wel Edele hoog Agtb=s uijt het —
ruijs
neevens leggende Copia Rapport van die gt
ees ang
Een
Expeditie verleend, breeder sal kunnen
gesien werden; maar ten aansien gemelte
„zijl kleeden
Letbritge evenwel van gedagten bleef dat
do
Sulx in de maanden van maij of Junij
reede
wanneer men meer noorde winden, die —„een
aldaar een opperwal maken, en bij gevolge
2
bij handsaam weer stilder zee sal hebben, den
alle
Janige
soo
mitsgrs
werden
6.
met
Letbritge heeft ditmaal niets in
leend verselt deesen in Copia.
gedoente niet onaangenaam sal mogen te
vooren komen.
den Engelschen Geldvisscher John Let¬
door den Engelsschen gelarisschebrithge die volgens het genoteerde bij
de saldanhabaij kunnen opgedien onsen bovengemelten onderdanigen van
den 25: febru=j laastleeden naar de
saldanhabaaij is afgesonden geweest, om te
ondersoeken of 'er voor hem kans soude
zijn, om eenige Contanten van het aldaar
verongelukte schip Meerensteijn op te
visschen en te bemagtigen, op den 5: der
gepasseerde maand maart alhier sijnde
komen te reverteeren, heeft tot ons
leetweesen ter dier plaatse voor dit maal„
niets kunnen opdoen, vermits de Z: O:
en Zuijdelijke winden, dewelke in dit
Zaijsoen, meestentijd Langs deese
Custen doorwaijen de Zee geduurig met
lijk voorgestelt, en de verandwoording
van de Inladinge, Equipagie provisien
etca. van deselve aan haar door expresse
gecommitteerdens is overgegeven geworden
ssen Lang 20.
quaniassen
te kunnen werden afgegeven, maar ten
baffias Lang
aansien het bequaam Canon anker en
Coogels, alhier niet behoorlijk heeft
kunnen
se bafftas
soo veel kragt op het Putten Eijland waar„
teegens het schip Meerensteijn aan
stucken geslooten en vergaan is, hebben
Provisien,
doen aanloopen, dat het voor hemende sijne
eden, Als
een onmogelijkheijd is geweest, om met eenige
Hooge Rege¬
Vaartuijgen, sonder oogenschijnelijk gevaar„
sig versogt werd
na genoeg bij het selve Eijland te hebben
n Dienste
kunnen komen, veel minder om ter oorsake
te willen
van de felle brandings aldaar te kunnen
't Rapport van die expediti vre„ duijken en onder water gaan, invoegen als—
door uwe wel Edele hoog Agtb=s uijt het —
ruijs
neevens leggende Copia Rapport van die gt
ees ang
Een
Expeditie verleend, breeder sal kunnen
gesien werden; maar ten aansien gemelte
„zijl kleeden
Letbritge evenwel van gedagten bleef dat
do
Sulx in de maanden van maij of Junij
reede
wanneer men meer noorde winden, die —„een
aldaar een opperwal maken, en bij gevolge
2
bij handsaam weer stilder zee sal hebben, den
alle
Janige
soo
mitsgrs
werden
6.
met
Bronvermelding
Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland, archieftoegang 1.04.02, Inventaris van het archief van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), 1602-1795 (1811), inventarisnummer 4106, Heren Zeventien en kamer Amsterdam, INGEKOMEN STUKKEN UIT INDIË, Overgekomen brieven en papieren, Overgekomen brieven en papieren uit Kaap de Goede Hoop aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam, Overgekomen brieven en papieren uit Kaap de Goede Hoop en Mauritius aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam. Gedeeltelijk met inhoudsopgaven, 1727 - 1728 [1728]. Derde deel
Scan + Transcriptie
Klik op de afbeelding om het te vergroten en de transcriptie ernaast te zien
Kunstmatige intelligentie (AI)
De transcriptie is door de computer gemaakt via automatische handschriftherkenning.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.