Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland
Transcriptie
73.
Van Bengalen onder dato 16:' Maart A. o 1710.
tot desselfs naib (stedehouder) aangestelt
te hebben, opwaarts vertrocken, en tot
zaraij (op legplaats) kodael ghetta
aangekomen, vanwaar sijn vrouw naar
den heere prince farachsier tot mongeer
heeft gesonden, die drie nagten bij dien
vorst is gehuijsvest geweest, naer het —
welke gem: heer nabab, den prince —
heeft begroet, die hem niet alleene heel
minnelijk ontfangen, en beleeft bejegerd
heeft, maar ook beschonken, met Een
Eliphant, twee paarden, en drie Eeren
cleeden, waar op afscheijt genomen
heeft, en is op reijse geslagen; den heere
prince voorm:t heeft den duan jawul.
„lakhan gelast, soo wel 't geene sijn ampt
betreft, als dat den prince sijn vader —
raakt, als voor heene waar tenemen, —
waar op deselve alle de bediendens die
onder mier hassaem sijn geweest bij
hem heeft ontboden, den heere prince
voornoemd is op ijdt dankdag der —
vasten 's maddaghs patna waarts—
vertrocken, om naar gedane bede.
„vaart aan een heijlige plaats daar om„
„trent gelegen, weder herwaarts aan
tekomen, dog werd hier in't geheijm
gesegt, hij nevens voorsz: nabab, tot
Elaha aboed soude sijn aangekomen
om verders ten hove tereijsen, hier is
den.
Van Bengalen onder dato 16:' Maart A. o 1710.
tot desselfs naib (stedehouder) aangestelt
te hebben, opwaarts vertrocken, en tot
zaraij (op legplaats) kodael ghetta
aangekomen, vanwaar sijn vrouw naar
den heere prince farachsier tot mongeer
heeft gesonden, die drie nagten bij dien
vorst is gehuijsvest geweest, naer het —
welke gem: heer nabab, den prince —
heeft begroet, die hem niet alleene heel
minnelijk ontfangen, en beleeft bejegerd
heeft, maar ook beschonken, met Een
Eliphant, twee paarden, en drie Eeren
cleeden, waar op afscheijt genomen
heeft, en is op reijse geslagen; den heere
prince voorm:t heeft den duan jawul.
„lakhan gelast, soo wel 't geene sijn ampt
betreft, als dat den prince sijn vader —
raakt, als voor heene waar tenemen, —
waar op deselve alle de bediendens die
onder mier hassaem sijn geweest bij
hem heeft ontboden, den heere prince
voornoemd is op ijdt dankdag der —
vasten 's maddaghs patna waarts—
vertrocken, om naar gedane bede.
„vaart aan een heijlige plaats daar om„
„trent gelegen, weder herwaarts aan
tekomen, dog werd hier in't geheijm
gesegt, hij nevens voorsz: nabab, tot
Elaha aboed soude sijn aangekomen
om verders ten hove tereijsen, hier is
den.
Bronvermelding
Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland, archieftoegang 1.04.02, Inventaris van het archief van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), 1602-1795 (1811), inventarisnummer 1796, Heren Zeventien en kamer Amsterdam, INGEKOMEN STUKKEN UIT INDIË, Overgekomen brieven en papieren, Overgekomen brieven en papieren uit Indië aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam, Overgekomen brieven en papieren uit Indië aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam, 1711. AAAAAA. Zestiende boek: Batavia's ingekomen brievenboek, deel III: Bengalen, Coromandel
Scan + Transcriptie
Klik op de afbeelding om het te vergroten en de transcriptie ernaast te zien
Kunstmatige intelligentie (AI)
De transcriptie is door de computer gemaakt via automatische handschriftherkenning.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.