Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland
Transcriptie
soodanich schrijven over ende weeder, onse personagie—
speelden, haer volck bij den Cop ereegen, ende dootsloegen
't welck met alle geloogen en was, —:
Want hem seijde den Tijdorees ware wel bewust van wat
voorneemen wij ende den spangiaert waren namentlijck
om haer jnden oorlogh te doen consumeeren, ende wanneer
't landt van weerbaer volck soude sijn ontbloodt, hare
vrouwen, kinderen ende landen te eijgenen, 't ware derhal„
ven best sij van oorloge op hielden ende verwachten 't aen„
staende secoers van wedersijden, ende bij soo verre den
vangiaert een groot setders bequam, ronden alsdan
met hem aenspannen, ende ons als de swackste wt de Mostuc
quos helpen, wanneer sij met gelegentheijt haer van ons ont
slagen siende, den sangiaert op sijn onversienst den
selven welh souden doen Jngaen, ende soo in Contra ons selvers
des spangiaerts overtres te, wilden haer bij ons vervoegen
den spangiaert wt Jagen, ende ons den selven Naermaels
doen Naerloopen.
Den Coninck van Ternaten Hamsia niet Iegenstaende
onse vermaninge ende waerschouwinge, bleeff even obstinael
om sijn gesanten te senden, al hoe wel wij hem hooch
waren dreijgende, ende onse vruntschap geheelijck affseijden
Eijndelijck snachts te vooren eer sijn gesanten vertrocken
verbrandt des Tijdorees Negrij Taffongo, een plaetse
opt vaste landt, en recht over Malleijen geleegen
wanneer Juist de boeren vanden Sengagie van
Gammacanorre alsdoen daer ontrent op den rooff
sijnde, de verbasste Tijdoreesen, die met haer goet
te bergen, ende den brandt te lesschen, doende waren
opt lijff vielen, p:r thije daer van dootsloegen, ende
eenige gevangen wech voerden, t welck op Tijdoor gehoort
sijnde, weijnich tijts te vooren eer de Tarnataense gesanten
aldaer verscheenen, sulcken onlust ende vervreemdinge tot
vreede Causeerde dat den Tijdoreesz: Coninck sich niet eens
en verweerdichde, de Tarnataense gesanten, die om de
plaets der bij een comps te te ramen ende sijn meeninge
te doortas ten aldaer gesonden waren, aentespreecken
soo dat sij naer dat ontrent een etmael hadden gewacht
ende vanden Tijdooreese Gougoe, off stadthouder, met eenige
Excusen ende praetgiens waren gevaijt onverrichten
saecken
speelden, haer volck bij den Cop ereegen, ende dootsloegen
't welck met alle geloogen en was, —:
Want hem seijde den Tijdorees ware wel bewust van wat
voorneemen wij ende den spangiaert waren namentlijck
om haer jnden oorlogh te doen consumeeren, ende wanneer
't landt van weerbaer volck soude sijn ontbloodt, hare
vrouwen, kinderen ende landen te eijgenen, 't ware derhal„
ven best sij van oorloge op hielden ende verwachten 't aen„
staende secoers van wedersijden, ende bij soo verre den
vangiaert een groot setders bequam, ronden alsdan
met hem aenspannen, ende ons als de swackste wt de Mostuc
quos helpen, wanneer sij met gelegentheijt haer van ons ont
slagen siende, den sangiaert op sijn onversienst den
selven welh souden doen Jngaen, ende soo in Contra ons selvers
des spangiaerts overtres te, wilden haer bij ons vervoegen
den spangiaert wt Jagen, ende ons den selven Naermaels
doen Naerloopen.
Den Coninck van Ternaten Hamsia niet Iegenstaende
onse vermaninge ende waerschouwinge, bleeff even obstinael
om sijn gesanten te senden, al hoe wel wij hem hooch
waren dreijgende, ende onse vruntschap geheelijck affseijden
Eijndelijck snachts te vooren eer sijn gesanten vertrocken
verbrandt des Tijdorees Negrij Taffongo, een plaetse
opt vaste landt, en recht over Malleijen geleegen
wanneer Juist de boeren vanden Sengagie van
Gammacanorre alsdoen daer ontrent op den rooff
sijnde, de verbasste Tijdoreesen, die met haer goet
te bergen, ende den brandt te lesschen, doende waren
opt lijff vielen, p:r thije daer van dootsloegen, ende
eenige gevangen wech voerden, t welck op Tijdoor gehoort
sijnde, weijnich tijts te vooren eer de Tarnataense gesanten
aldaer verscheenen, sulcken onlust ende vervreemdinge tot
vreede Causeerde dat den Tijdoreesz: Coninck sich niet eens
en verweerdichde, de Tarnataense gesanten, die om de
plaets der bij een comps te te ramen ende sijn meeninge
te doortas ten aldaer gesonden waren, aentespreecken
soo dat sij naer dat ontrent een etmael hadden gewacht
ende vanden Tijdooreese Gougoe, off stadthouder, met eenige
Excusen ende praetgiens waren gevaijt onverrichten
saecken
Bronvermelding
Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland, archieftoegang 1.04.02, Inventaris van het archief van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), 1602-1795 (1811), inventarisnummer 1109, Heren Zeventien en kamer Amsterdam, INGEKOMEN STUKKEN UIT INDIË, Overgekomen brieven en papieren, Overgekomen brieven en papieren uit Indië aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam, Overgekomen brieven en papieren uit Indië aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam, 1634 VV. Tweede boek
Scan + Transcriptie
Klik op de afbeelding om het te vergroten en de transcriptie ernaast te zien
Kunstmatige intelligentie (AI)
De transcriptie is door de computer gemaakt via automatische handschriftherkenning.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.