Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland
Transcriptie
ten.
Antw: op de eerste commando
van den corporaal na zijn
Post gegaen te zijn. —
Antw: ad jdem; met bijvoeging
ik zal daer na toe gaen: ik wil
geen slagen hebben. —
of hij gev:s op dat dreijgement
Antw: daer van niet te wee„
niet al scheldende de wagt
is uijtgaen.
Antw: den corporaal niet
qualijk bejeegend: te hebben
maer het zelve niet gedaen
zegd „ zulx wel te weeten
zegd, dat niet gedaen, nog
gesprooken te hebben, maer
wel te weeten, dat hij straf„
Waerom hij dan, doen hij de wagt
uijtging, zijn zijd geweer heeft
de duijvel mijn ziel; zooden
corporael mij slaet ik zal hem
zulx gedaen hebbende, alsdan getrokken, en gezegd, ik geev
houwen.
of hem niet bewust is, dat
niemant ter wereld, vermag
zijn geweer te trekken, voor„
naementlijk bij nagt, en
zulx tegen een officier;
wat redenen hem bewogen
hebben, zijn commandeerend
en wagthebbende officier zoo„
daenig te beleedigen,
Of den corporaal hem voor
de tweede, of derdemaal, nietn
heeft belast, derwaarts te
zullen gaan, of bij weijge„
ring van dien, hem daer
na toe te zullen drijven
Waerom hij g'interrogeerde
op de eerste commando van
den corporaal, niet weeder
naer zijn Post is gegaen,
11
12
13
14
15
16
te hebben.
„dat
baar is.
te
Antw: op de eerste commando
van den corporaal na zijn
Post gegaen te zijn. —
Antw: ad jdem; met bijvoeging
ik zal daer na toe gaen: ik wil
geen slagen hebben. —
of hij gev:s op dat dreijgement
Antw: daer van niet te wee„
niet al scheldende de wagt
is uijtgaen.
Antw: den corporaal niet
qualijk bejeegend: te hebben
maer het zelve niet gedaen
zegd „ zulx wel te weeten
zegd, dat niet gedaen, nog
gesprooken te hebben, maer
wel te weeten, dat hij straf„
Waerom hij dan, doen hij de wagt
uijtging, zijn zijd geweer heeft
de duijvel mijn ziel; zooden
corporael mij slaet ik zal hem
zulx gedaen hebbende, alsdan getrokken, en gezegd, ik geev
houwen.
of hem niet bewust is, dat
niemant ter wereld, vermag
zijn geweer te trekken, voor„
naementlijk bij nagt, en
zulx tegen een officier;
wat redenen hem bewogen
hebben, zijn commandeerend
en wagthebbende officier zoo„
daenig te beleedigen,
Of den corporaal hem voor
de tweede, of derdemaal, nietn
heeft belast, derwaarts te
zullen gaan, of bij weijge„
ring van dien, hem daer
na toe te zullen drijven
Waerom hij g'interrogeerde
op de eerste commando van
den corporaal, niet weeder
naer zijn Post is gegaen,
11
12
13
14
15
16
te hebben.
„dat
baar is.
te
Bronvermelding
Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland, archieftoegang 1.04.02, Inventaris van het archief van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), 1602-1795 (1811), inventarisnummer 10908, Kamer Zeeland, INGEKOMEN STUKKEN VAN DE KANTOREN IN INDIE BIJ DE HEREN XVII EN DE KAMER ZEELAND, Stukken van de gouverneur en raden van Kaap de Goede Hoop, Kopie-civiele en -criminele rollen van de Raad van Justitie van Kaap de Goede Hoop, 1706. Met processtukken
Scan + Transcriptie
Klik op de afbeelding om het te vergroten en de transcriptie ernaast te zien
Kunstmatige intelligentie (AI)
De transcriptie is door de computer gemaakt via automatische handschriftherkenning.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.