Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.01.02, inventarisnummer 9216, pagina 12

Dat ondertusschen niet buijten alle
opmerking Schynd te zyn de ont„
kentenis, welke door welgemelden
Daossaand, meede by dezelve Zyue
Memorie word gedaan, nopens zyn
aan weezen tyde de Franschen Lig„
reeds aldaar bevonden, te Keeasel, on„
dat eeven soo de declaratoiren, ten
bewete daarvan, by die Zyre Menio„
die gevoegd, aan geene mindere be„
den kiisg schinen subject te zyn,
wanneer Uw Hoog Mogenden daar
jegens zullen gelieven te vergelyken
de Schriftelijke Informatien, be„
trekkelijk dat aanweeten van wel
gemelden Deossaaad te Meensel, door
den Clercq van het Officie Fiscaal,
geadsisteert van den Drossaand
van de Generaliteit, op den 30 Hter Junij
des voorleeden Jaarel 1798, aldaar
uit den mond van den Castelein in
de Herberg te Meersel, en Loomeede
teit den mond van den Castelein van
de Herberg de Lwaan, opden Dreeff op
geteekend in een Lakboekje, (het week
als noch, ten blyke vande echtheid die
gedane
gedaane aanteekeningen voorhanden is,
en vervolgens uit dat zakboekje, be„
forns van eene Sio Memoria overge„
bragt, en door hun lieden beiden, onder
paee sentatie van bede, op den 27. Maart
deeses jaars 1794, na dat gemelde
Clexeq van het Officie Fiscaal, en voor„
noemde Drossaand van de Generaliteit,
op dat re spect Lecture hadden gehad
van de Justificatoire Memorie van
welgemelden Drossaand en van de de„
„claratoiren van beide die Casteleins
daar aan geanneteert, op de plegtigste
Wyze, en onder betuijging, van ten alle„
tyden en voor alle Regters, Solem,
,neelyk te zullen staande houden, dat
al het geen op dezelve Sio Memoria
Staat genoteert, aldus uit den
mond van die beide Casteleins, welke
diestyds onkundig woren van hinne
persoonen, en van het oogmeak waar
toe Zylieden die onderaigtingen van
hun vroegen, door deselver Clercq van
het Officie Fiscaal is opgeteekend
geworden, geconfirmeert; en welke
Ro