Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.01.02, inventarisnummer 3263, pagina 46

Gestel
beneficien marice et
Catharina
vanden Poel
ende verstaen, mits desen te consenteren
int voorschreve versoeck, ende sal dienvol„
gens Acte van approbatie ende confirmatie
ten behoeve vande Supplianten werden
gedepescheert.
Sijnde gehoort het rapport vande Heeren
vander Steen, ende andere hare Ho:
Mo: Gedeputeerden totte saecken vande
meijerije van s'Hertogenbosch, achtervolgens
derselver resolutie vanden negenthienden
December lestleden, gevisiteert ende
geexamineert hebbende de Requeste
vande respective Rectores van de laicale
beneficien Maria, et Catharina, gefin„
deert tot Gestel, raeckende d'ontben„
ringe der vruchten van deselve beneficien:
Is naer deliberatie goetgevonden ende
verstaen, dat de voorschreve Requeste gesonden
sal werden aenden Rentmeester Pieter
Schuijl, om bericht ende advis.
Sijnde gehoort het rapport vande Heeren
vander Steen, ende andere hare Ho:Mo:
Gedeputeerden totte saecken vande
meijerije van s'Hertogenbosch, achtervolgens
derselver resolutie vanden tweentwintichsten
November lestleden, gevisiteert, ende
geexamineert hebbende de Requeste
van Jacob Huijbrechtsz van Poel
woonende tot Steensel int Quartier
van Kempelandt, versoeckende om de ge„
allegeerde redenen van alle Dorps ampten
geexcuseert te mogen sijn; Is naer
deliberatie goetgevonden ende verstaen,
dat de voorschreve Requeste gesonden sal
werden aenden Hoochschout Bergaigne, als
Schout van Kempelant voornoemt, om bericht
ende advis.
Op huijden den tweeden Januarij Sesthien
hondert Sevenenvijftich, Compareerde ter
Griffie vande Heeren Staten Generael
der Vereenichde Nederlanden, Johan Kip,
als Procureur van Marguerita van
Hasselt, laetst weduwe van Huijbert
Cornelisz van Thienen, in sijn leven ge„
woont hebbende tot Rotterdam, Impetrante
in relieff d'appel ter eenre, die hadde
doen dachvaerden Damis Verlouw, Burger,
tot Dordrecht, hem seggende last en procu„
ratie vande houwers van ettelicke rest
cedullen bij des Impetranten eersten
man Gerrit van Leeuwen, in sijn leven
Capiteijn vande Chaloupen ende Pontons,
verleent aende Bootsgesellen onder hem
op ‛s Lants veroverde Chaloupen en Pontons
gedient hebbende, inden Jare Sesthien
hondert drijenveertich, in die qualiteijt
Gedaechde int voorschreve cas ter andere
zijde, ende doende eijsch, concludeert bij
c
wode van Guwen
Verlouw ofte de
Wedwe. van Thienen
2 Januarij.
Preside d'Heer Wolffsen,
Gellicom, van der Steen, Ripperda,
Merode, Wimmenom, Oostdorp,
Jun
Vrijbergen, Lampsins, Mauregnault, Renswoude,
vander Hoolck, Bootsma, Schulenborch,
Coll
Present de Heeren van Gent,
tot Buirsse, Raesfelt, Huijghens,
Beverningk, Adbesteech, Veth, Stavenisse,
de middelen breeder int venuencourt ge„
mentionneert, ende andere in tijden ende wijlen
naerder te deduceren, ten interinemente
4
vande clausule van relieff, in des Impetes
Mandement geinsereert, ende dat deselve
dienvolgende sal werden gereleveert vande
indebite interjectie en prosecutie haerder
appellatie voor soo veel deselve haer soude
mogen obsteren, ende voorts in appel tot
nullite ofte annullatie vande Sententie
vanden Raet van State in questie
Ende dat verclaert sal werden, dat indien
parthijen den anderen ijetwes hebben
te eijsschen, dat sijluijden het selve rauwelick
sullen doen voor haer Ho:Mo:, maecken„
de in cas van contradictie, eijsch van
costen, ofte tot anderen etc.
Mercurij den 3en. Januarij
1657
De resolutien gisteren genomen sijn gelesen
ende geresumeert, gelijck oock geresumeert
ende gearresteert sijn de depesches daer uijt
resulterende.
Ontfangen een Missive vande Heeren
Ambrs in Denemarcke hare Ho:Mo: extraordinaris Ambassa„
deurs in Denemarcken, geschreven tot
Coppenhagen den Sevenentwintichsten
December lestleden, ende geaddresseert aenden
Griffier Ruijsch; Waerop gedelibereert
sijnde, Is goetgevonden ende verstaen
dat de voorschreve Missive gestelt sal
werden vande Heeren Huijghens, ende
andere hare Ho:Mo: Gedeputeerden
tot de Saecken van Denemarcken, om te
visiteren, examineren, ende daervan rapport
te doen.
Ambrs in Pruijssen
Ontfangen een missive vande Heeren
de Huijbert ende Isbrandts, twee vande
Heeren hare Ho:Mo: extraordinaris
Ambassadeurs in Pruijssen, geschreven tot
Marienburch den negenthienden December
testeselve dat geadresseert Griffier Ruijsch
Waerop gedelibereert sijnde, Is goetgevonden