Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.01.02, inventarisnummer 12113, pagina 14

( 2 )
niet in het publicq verscheenen, alsoo sis seedert eenigen tyd
met sinkingen op de Landen geincommodeert bevind, het welk
dan ook de oorsaak is, waarom ik myne eerste audientie by hoogst-
deselve tot nog toe niet heb konnen hebben: ik hoop evenwel
dat die deele week voortgans hebben sal, ondertusschen heb ik
deeser dagen, soo als hier gebruikelijk is, een Afschrift van my-
ne te doene haranques aan haare Majesteit en Keiserlijke H0og-
heeden, aan den Heer Crootcancelier, die van sijne indispolitie
in soo verre weeder verstelt is, dat heeden in een Waagen uit
heeft konnen ryden, ter hand gestelt: soo lang ik myne audientie
by haare Majelteit niet gehad hebbe, moet ik een soort van
quarantaine houden, alsoo ik, soo lang die geen voortgang ge-
had heeft, buiten den Heer Cancelier, en de Heeren Ceremonie
meelters, niemand anders der inheemsche en uitheemsche Mini
sers, en andere Hovelingen, ten haaren Huisen met gevoeglijk
heid dert gaan sien. Men verleekert, dat de drie Veldregimen
ten, Astrachanskoi, Ingermanslankoi, en Kaporskoi, die alhier in
Guarnisoen nog leggen, ordre gekreegen hebben, om na de Ar-
mee te marcheeren. Op dat de Commissie over de Commercie
te beeter onderregt mas werden, van de difficulteiten, die de
Commercie, &c. in den wes teggen, om tot een bloeyende staat
te geraaken, heeft den Senaat een Ordre gepubliceert, waar by
onder anderen aan de geene, die geneegen mogten 292, een of
andere narigt of informatie te geeven, die tot bevorderinge der
Negotie strekken konde, gepermitteert werd, sulks of in het par-
ticulier door brieven aan gemelde Commissie te doen, of sis daar
meede in de Gouvernementen by de Gouverneurs, en in de Pro-
vincien by de Woiwoden, te addresseeren, die alsdan deese in
formatien of narigien, sonder eenigen uitstel aan gemelde Com
millie overlenden moeten, &c.
ik heb de eere een Translaat van die Ordre hier neevens ter
Tatel van U Hoog Mog. te brengen, waar toe my gehoorsaamst
gedraagende, blyve, &c. St. Petersburs den 6 January 1761.
Geteekent, J. D. Meinertzhagen.
B
1
4A6
E.
Ordre van haare Keiserlijke Maie-
steit de Souveraine van geheel Rusland, uit
den dirigeerenden Senaat.
Ard hier meede tot ieders narigt te kennen gegeeven:
84
Den diriceerenden Senaat heeft op bevel van haare
Keilerlijke Majelteit, op de gedaane representatie van de
over de Commercie aangestelde Commissie, goedgevonden,
op dat men van de hindernissen en manquementen, die de
Commercie, de Manusactuuren en de Negotie, om tot een
bloeyende staat te geraaken, in den wes teggen, te beeter
onderregt te moogen zyn, door het geheele Ryk te pu-
bliceeren: dat, wanneer eene Stad of iemand in het par
ticulier onder de kooplieden geen contentement mogte er
langen, of ergens in eenige belwaarnisse bemerkt, ook selts
iets observeeren mogte, dat in het generaal of in het par-
ticulier, 101 uitbreidinge en vermeerderinge der Negotie
strek-
Translaat.
strekken kan, men sulks sonder eenig bedenken en besorg-
nisse met kaare bewysreedenen aantoonen, ook schriftelijk
daar over in St. Petersburs by gemelde Commissie, d05 in
de Gouvernementen en Provincien by de Generaal Gou-
verneurs en Woiwoden, die sults aanneemen, en sonder
uitstel aan gemelde Commissie na St. Petersburs senden
moeten, inkoomen kan. By aldien ook iemand daar nee-
vens geneegen mogte 292, in het particulier door Brie
ven (als het ook sonder byvoeginge van sijne Naame of
Familie soude geschieden) tot bevorderinge van het voor-
gemelde oogmerk, een of andere narigt mogte willen mee-
dedeelen, soo staat hem sulks vry, en konnen die narig-
ten toegereegelt aan gemelde Commissie, onder addres van
den by deselve als Over-Directeur aangestelden werkelijken
Kamerheer, Over-Procureur van den diriceerenden Se
naat en Ridder Graaf Jwan Grigorewitz Tschernicheff, ge-
sonden werden: welke narigten by meergemelde Commissie
onpartydis geexamineert sullen werden: met deele hier
by gevoegde herinneringe exter, dat, by aldien men vreem
de laaken die tot meergemelde Commissie niet behooren,
schriftelijk aanvoeren mogte, daar op geheel niet geretlec
teert sal werden. Het welk hier meede behoorlijk gepu
vliceert werd.
De Origineele is door den dirigeerenden Senaat onder
teekent in St. Petersburs den 23 November 1760.
12. S.
Dat. 9 Jan. ( 1761.
Rec. 4 Febr.
Den Heer Envoyé van Meinertzhagen.
H003 Mogende Heeren,
En Heer Engelsche Envoyé Keith, heeft eindelijk voorgiste-
ren desselfs bewuste audientie by haare Keiserlijke Majesteit,
K
die van haare Tandpyn hersteld is, gehad: dien selven dag,
des avonds, by den Heer Crootcancelier eene visite weelende
afseggen, geliefde sijn Excellentie my by die geleegentheid te
seggen, dat, soo geen extraordinair toeval tusschen komt, ik de
myne by hoogstdeselve naastkoomende Sondas soude hebben: men
meent dat den Heer Envoyé van Otten alsdan ook sijne afscheids
audientie hebben 1a1. Men verleekert, dat de nieuwe Commissie
over de Commercie, niet alleen werkt aan een nieuw Tarit, maar
ook onder anderen, aan een nieuwe Ordonnantie op het stuk
van de taillillementen.
van de Armee hoort men tegenwoordis niets anders, als dat
deselve, om en aan de Weixel gerust in de Winterquartieren
text, hebbende men de Cavallerie, weegens gebrek aan Fourage,
meelt in het binnenste van Pruissen moeten verleggen: de ligte
Trouppen continueerden ondertusschen haare gewoone incursien
in lommeren en het Brandenburgsche.
Op het moment dat ik deese, weegens gebrek van verder
nieuws, stond te sluiten, komt den Secretaris van het Ceremonie
Officie, Rechettoff, my adverteeren, dat haare Keiserlijke Maje-
steit den das van naastkoomende Sondas, den 11 deeler, bepaalt
hebbende, om my audientie te verleenen, ik my maar ten dien
einde dien 825, des oxtends tusschen elf en twaatf uaren, ten
Hove