Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland
Transcriptie
door het in divise Collegie der Borgemrs: en gesworene raede
opden 1. ster Decses geëligeert, die vande Roomsche religie
zijn ingevolge Lijstdoor Commissarissen instructeurs aen
U Ho:Mo: overgezonden, te remoneeren en andere die vande
Gereformeerde Religie zijn in derselver plaets Consorm u
Ho:Mo: successive Resolutien, aen te stellen, en u Ho:mo
deswegen te berigten
Om aenwelke resolutien, zoo veel mogelijck is, te voldon
soo hebben wij d'Eereu Hoog mog: voor onderdaenight be„
rigt, met alle submissie te remonstreeren.
Dat het Eerste asticul van het sesde Capittel deeser stadts
Recessen, spreekende, dat de meesters des respe. ambagta
vande Brabandse zijde, moeten zijn vande waere Gere„
formeesde Religie, zoo doenlijk, ziqnooijt tot eenige ander
bedieningen heeft geextendeert, als alleen tot de meesten
des ambagten, en bij een particuliere resolutie van u Ho:
Mo: de dato den 25. Sept: 1684. tot den molenmeester van
het Brouwer ambagt.
Dat ook vervolgen hoijt ontrent heur=ijckt, en merlit
meesters het Requisitum des religie is geobserveert nog
ook heeft kcunnen geobserveert worden, aengesien deese
meestersgeene de minste Relatie tot eenige ambagten off
derselver Regeringe zijn hebbende maer alleen als subal„
terne opsienders vande Policie, selfs met veele moeijt
uijtgemeene Borgers moeten gehooren worden, en
waartoe selfs Gereformeerden zouden deficieren, zoo
alsdan ook inden Jaere 1684. op den 25. September
de lyste van deese subalterne opsienders aen u Ho:
Mo: overgesonden zijnde, en waaronder ook versche
de Rooms Catholijkeren waeren, daarop eene resolutie
van U Ho:Mo: is gevallen.
En of schoon u Ho:Mog: bij derselver nadere resolutie
vanden
Vanden 25. F.ebruarij 1695. genomen op liet
subject van ambagts meesters en Regenten der
Godsluijsen, hebben gestatueert, dat alle ambagts
Meesters, en andere brabantse bedieningen, maeten
zijn, en gegeven worden aen Gereformeerde Lidtmaete.
Soo vinden Wy ans eghiter verpligt aen u Hoog Mog:
onderdaenight te Remonstreeren, dat deese resolutie
noijt door onze Predecesseurs is aengemerckt, als Re„
flexijff op deese subalterne Opsienders, in wellreal„
leenigh de nativiteijt is worden waargenomen, alzoo
deselve alleen uijt hoofde van deese haere nativiteijt
subject zijn aende Corzectie vanden Hoogschout van
U Hoog Mog: en geensints uijthoofde van Religie;
allen hiet wellie u Hoog Mog: zeer kilaer gelieven te
sien, uijt de Lijst die wij d'Eere hebben herby te voegen,
getrocken uijt het Huldbaelt deeser stadt zedert den
jaere 1696. zijnde de eerste verandering, nae het emaneren
van U Ho:Mo: voorz: Resolutie vanden 25. february 1695.
tot den jaere 1726. incluijs, Bijwelle Lijst consteert,
dat altoos successieelijk zander op de Religieagt te
geeven, de Electie is geschiet door onze Preedecesseurs
Enant welle Continuaele Observantie, ook doorcus de
overgesonde ijcl=heur=meesters en verdere opsien„
ders zijn geeligeert sonder distinctie van religie, welke
ingevalle wylen vervolg zauden moeten observeeren,
200is het in contestabel, dat niet alleen verscheyjde
van sullie geringe plaetsjens sullen maeten in eene
Persoon gebrogt werden, 't geen nogtans de goede
Policie niet zoude vorderen, maar ook dat dewynige
Gereformeerden die ander sulle amlagten hooren,
ja selfs aensienlijcke Borgers met sulke geringe
opsienders plaetsen sullen moeten belast worden.
opden 1. ster Decses geëligeert, die vande Roomsche religie
zijn ingevolge Lijstdoor Commissarissen instructeurs aen
U Ho:Mo: overgezonden, te remoneeren en andere die vande
Gereformeerde Religie zijn in derselver plaets Consorm u
Ho:Mo: successive Resolutien, aen te stellen, en u Ho:mo
deswegen te berigten
Om aenwelke resolutien, zoo veel mogelijck is, te voldon
soo hebben wij d'Eereu Hoog mog: voor onderdaenight be„
rigt, met alle submissie te remonstreeren.
Dat het Eerste asticul van het sesde Capittel deeser stadts
Recessen, spreekende, dat de meesters des respe. ambagta
vande Brabandse zijde, moeten zijn vande waere Gere„
formeesde Religie, zoo doenlijk, ziqnooijt tot eenige ander
bedieningen heeft geextendeert, als alleen tot de meesten
des ambagten, en bij een particuliere resolutie van u Ho:
Mo: de dato den 25. Sept: 1684. tot den molenmeester van
het Brouwer ambagt.
Dat ook vervolgen hoijt ontrent heur=ijckt, en merlit
meesters het Requisitum des religie is geobserveert nog
ook heeft kcunnen geobserveert worden, aengesien deese
meestersgeene de minste Relatie tot eenige ambagten off
derselver Regeringe zijn hebbende maer alleen als subal„
terne opsienders vande Policie, selfs met veele moeijt
uijtgemeene Borgers moeten gehooren worden, en
waartoe selfs Gereformeerden zouden deficieren, zoo
alsdan ook inden Jaere 1684. op den 25. September
de lyste van deese subalterne opsienders aen u Ho:
Mo: overgesonden zijnde, en waaronder ook versche
de Rooms Catholijkeren waeren, daarop eene resolutie
van U Ho:Mo: is gevallen.
En of schoon u Ho:Mog: bij derselver nadere resolutie
vanden
Vanden 25. F.ebruarij 1695. genomen op liet
subject van ambagts meesters en Regenten der
Godsluijsen, hebben gestatueert, dat alle ambagts
Meesters, en andere brabantse bedieningen, maeten
zijn, en gegeven worden aen Gereformeerde Lidtmaete.
Soo vinden Wy ans eghiter verpligt aen u Hoog Mog:
onderdaenight te Remonstreeren, dat deese resolutie
noijt door onze Predecesseurs is aengemerckt, als Re„
flexijff op deese subalterne Opsienders, in wellreal„
leenigh de nativiteijt is worden waargenomen, alzoo
deselve alleen uijt hoofde van deese haere nativiteijt
subject zijn aende Corzectie vanden Hoogschout van
U Hoog Mog: en geensints uijthoofde van Religie;
allen hiet wellie u Hoog Mog: zeer kilaer gelieven te
sien, uijt de Lijst die wij d'Eere hebben herby te voegen,
getrocken uijt het Huldbaelt deeser stadt zedert den
jaere 1696. zijnde de eerste verandering, nae het emaneren
van U Ho:Mo: voorz: Resolutie vanden 25. february 1695.
tot den jaere 1726. incluijs, Bijwelle Lijst consteert,
dat altoos successieelijk zander op de Religieagt te
geeven, de Electie is geschiet door onze Preedecesseurs
Enant welle Continuaele Observantie, ook doorcus de
overgesonde ijcl=heur=meesters en verdere opsien„
ders zijn geeligeert sonder distinctie van religie, welke
ingevalle wylen vervolg zauden moeten observeeren,
200is het in contestabel, dat niet alleen verscheyjde
van sullie geringe plaetsjens sullen maeten in eene
Persoon gebrogt werden, 't geen nogtans de goede
Policie niet zoude vorderen, maar ook dat dewynige
Gereformeerden die ander sulle amlagten hooren,
ja selfs aensienlijcke Borgers met sulke geringe
opsienders plaetsen sullen moeten belast worden.
Bronvermelding
Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland, archieftoegang 1.01.02, Inventaris van het archief van de Staten-Generaal, (1431) 1576-1796, inventarisnummer 11315, De depêcheboeken en de brievenboeken van de Staten-Generaal / De brievenboeken / Registers van ingekomen ordinarisbrieven / Periode van 1680-1796 / Registers van ingekomen ordinarisbrieven, bijlagen en memories betreffende binnenlandse zaken (binnenlands register) en buitenlandse zaken (Duits register en Frans register) / , binnenlands register
Scan + Transcriptie
Klik op de afbeelding om het te vergroten en de transcriptie ernaast te zien
Kunstmatige intelligentie (AI)
De transcriptie is door de computer gemaakt via automatische handschriftherkenning.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.