Blader door transcripties » Stadsarchief Amsterdam

archieftoegang 5009, inventarisnummer 2867, pagina 13

No. 218
Heden elf April negentienhonderd twaalf
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan:
Willem Jacobus Bais, arts, geboren
en wonende te Enkhuizen, oud vier en twin„
tig jaren, meerderjarige zoon van Pieter
Bais, boekdrukker en Atafje over de Linden,
zonder beroep, beiden wonende te Enkhuizen en
Johanna Louisa Wierink, zonder
beroep, geboren en wonende alhier, oud drie en
twintig jaren, meerderjarige dochter van Johan
nes Anthonius Wierink, procuratiehouder en Ali„
da Maria Bakker, zonder beroep, beiden wonen
de alhier.—
Beider ouders verklaarden, voor mij tegen„
woordig, toe te stemmen in dezen echt.
De beide afkondigingen tot dit huwelijk zijn onverhinderd geschied, alhier en te
Enkhuizen, den een en dertigsten Maart laatst„
leden en den zevenden dezer
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staan
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig: Jacob Splinter, zonder beroep
oud negen en vijftig jaren, wonende te Leiden; Wil„
lem Jonathan Johannes Wierink, oom der echtge„
noote, kantoorbediende, oud drie en vijftig jaren;
wonende alhier; Pieter Bais, neef des echtgenoots,
broodbakker, oud negen en dertig jaren, wonende
te Velsen en Willem Bok, banketbakker, oud
twee en veertig jaren, wonende te Enkhuizen.—
No. 219
Heden elf April negentienhonderd twaalf
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijkenstand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan.
Parquinis Johannes Terpstra Noijon,
advocaat en procureur, geboren te Harlingen, wonen„
de te 's-Gravenhage, oud negen en dertig jaren, meer„
derjarige zoon van Jacob Noijon en Rijkje van
Schouwenburg, beiden overleden en
Hermina Berendina Fleming,
zonder beroep, geboren te Lochem, wonende al„
hier, oud twee en twintig jaren, meerderjarige
niet- erkende natuurlijke dochter van An„
na Gerritdina Fleming, overleden.
De beide afkondigingen tot dit huwelijk zijn onverhinderd geschied, alhier en te
s-Gravenhage, den een en dertigsten Maart,
laatstleden en den zevenden dezer.
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig: Pargiunius Johannes Boyon, nelf
des echtgenoots, Procureur-Generaal bij den Hoogen Raad,
oud drie en zestig jaren, wonende te ’'s Gravenhage:;
Hermanus Hendrikus van Hulst, fabrikant, oud-
drie en veertig jaren, wonende te Harlingen, Johan,
nes Jacobus Neurdenburg, essareur van den waarborg
oud vijftig jaren, wonende alhier en Petrus Isaäc
Robbers, koopman, oud vier en veertig jaren, wo„
nende te Hilversum.
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
WJBan
WJnmern
J. J: Wesal
A: Mk Bokke
1 2uyJ
E Spli
JBad
A Voor de Linden,AP Ban.
Caurernn
W: Boks
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
Novon
JJ No
J HeHheld
dugJ
H:B: Fleming
Vluiding
BNothert
1