Blader door transcripties » Stadsarchief Amsterdam

archieftoegang 5009, inventarisnummer 5601, pagina 8

No. 205
Heden zestien April negentienhonderd vijf en twintig
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan:
Willem Willems, kantoorbediende, ge
boren en wienende alhier, oud zesen
twintig jaren, meerderjarige zoon van
Willem Willems, oud twee en vijftig jaren
nachtwaker, en Anna Elisabeth Tersvelt
oud achtenveertig jaren, zonder beroep, beiden
wonende alhier, en
Cornelia Johanna Stok, zonderbe
roep, geboren en wonende alhier, oud
twintig jaren, minderjarige dochter van
Jacobus Stok, oud drie en veertig jaren
behanger en stoffeerder, en Elisabeth
Margarctha Sauerbreij oud veertig jaren
zonder beroep, beiden wonende al
hier Beider ouders verklaarden, voor mij
tegenwoordig, toe te stemmen indezen
Echt
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den vierden
dezer maand
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig: Hendrik Coenraad Willems
broeder desechtgenoots, kantoorbediende, oud
vierentwintig jaren, en Antoon stok„
oom der echtgenoote, kantoorbediende, oud
achtentwintig jaren, beiden wonende
alhier.
No. 206
No. 206
Bij vonnis der
Arrondissement
Reertbank te
Amsterdam van
drie en twintig
Februari negen-
tienhonderd een
en dertig is uit-
gesproken de ont-
binding door
echtscheiding van
het huwelijk tnspali
Albert Kwakkel
en Jacoba Wilhel-
mina Grimyzer
Ingecheeven in het
register van Hi
welijken en Echt-
scheidingen zum
mer een a, folio
vijftien veiso,
te Amsterdam
heden een Mei
negentienhonderd
eenendertig
AVZahg
Heden twee entwintig April negentienhonderd vijf en twintig
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan:
Albert Kwakkel, scheepsklinker, gebor
inde gemeente Kampen, wonende alhier
„oud dertig jaren, meerderjarige zoon van
Willem Kwakkel, touwslager, en Hil-
ligje Kerkdijk, zonder beroep, beiden wond
de inde gemeente Kampen, en
Jacoba Wilhelmina Grimijser, zonder
iberoep, geboren en wonende alhier, oud
zevenentwintig jaren, meerder jarige
dochter van Willem Grimiser, oud zeven
enzestig jaren, en Maria Elisabeth van
der Weide, oud twee enzestig jaren, beiden
zonder beroep en wonende alhier De ouders
der bruid verklaarden, voor mij tegenwoor
dig, toe te stemmen in dezen echt
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den elf den
dezermaand
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig: Heinrich Coenraad Tilheln
Smits, metaalbewerker, en Uilke Achter, briever
besteller, beiden zwager der echtgenoote
twee endertig jaren oud en wonende alhier
H: Willems.
J Stok
W:V Willems
E. M: Sauerbreij

6
HMillen
A C Terwelt
dut. Stok
A Bwakkel.
H.CW. Smitz
D Crmmyser Uctkken
N oakg
W Grimysee
M E v/d Weide