Blader door transcripties » Stadsarchief Amsterdam

archieftoegang 5009, inventarisnummer 4889, pagina 8

No. 300
waal
zijn voor mij Ambtenaar vanden burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan:
Jacob Wijnschenk, winkelier, geboren
en wonende alhier, oud twee envijftig jaren.
weduwnaar van Clara van Traagh, meer
derjarige zoon van Hartog Wijnschenk, zon
der beroep, wonende te Donden in Engeland,
en Klaartje Scheffer, overleden, en
Lotje Scheffer, zonder beroep, geboren
en wonende alhier, oud vier enveertig jaren,
meerderjarige dochter van Levie Scheffer,
zonder beroep, wonende alhier, en Klaartje
Lisser, overleden
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den
vier en twintigsten April laatstleden.
De bruidegom verklaarde mij de identiteit
zijner vorige echtgenoote, wegens naamsverschil
in de overgelegde stukken
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig: Mozes de Hond pak-
huisknecht, oud een enveertig jaren, en
David Milhads, magazijnbediende, oud
negen, en dertig jaren, beiden wonende alhier
Waarvan akte welke overeenkozastig de wet is voorgelezen.
twaal
r van den bu
negentienhonderd vijftien zijn voor mij Am
stand van Amsterdam verschenen, ten einde een huwelijk aan te
Berend Johannes van Swol
Smid, geboren en wonende alhier,
oud vier en twintig jaren, meerder-
jarige zoon van Bartelt van Swal
oud twee enzestig jaren, geldophaler, en Hin-
drikje Hooghuis, oud zestig jaren.
zonder beroep beiden wonende alhier, en
Catharina Eggens, zonder beroep, geboren
in de gemeente Zuidlaren, wonende alhier
oud zes en twintig jaren, meerderjarige
dochter van Hendrik Eggens, oud acht en vij
tig jaren winkelier, en Roelfien Deuning, oud zes
envijftig jaren, zonder beroep, beiden wonende
in de gemeente Zuidlaren. Beider ouders
verklaarden, voor mij tegenwoordig, toe testem
men in dezen echt.
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den eersten
dezer.
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig: Jan Dijkstra, klerk bij
de Rijksverzekeringsbank, oud zes enveertig jaren
en Julius Bernardus Bartelt van Swol, broeder
des echtgenoots hellebaardier bij het Gemeente
lijk Handelsentrepol, oud acht en twintig jaren,
beiden wonende alhier
Waarvan akte, welke overee
ig de wet is voorgelezen.
Waarvan akte welke overeenkozastig de wet is voorgelezen.
J:Vynsener
M de Hoo
L Scheffer
D Mhekers
VZlogladig
TVan
tig de wet is voorgelezen.
BJoSwol R Leuning
JDigtecte
„Eeggens.
HZlogterd
JOv Cwol
H Hooghuis
H Egger