Blader door transcripties » Stadsarchief Amsterdam

archieftoegang 5009, inventarisnummer 1150, pagina 7

Op heden den vierden Juniia des Jaars Achttienhonderd Acht-en-Dertig,
des uargten Jaen uren, zijn voor ons Ondergeteekende, als Wethouder,
daartoe ingevolge Art. 95 van het Stedelijk Reglement door den Ed. Achtb. Heer Burgemeester
benoemd: verschenen, ten einde een Huwelijk aan te gaan,
Dirk Kraaij, winkelbediende
baren te Velsen, arrand is sement Haarlem
mannue alhier oud acht en twintig Jan
mierderjarije zaan van Ian Kraaij
en Maria Magdalena Arbous,
osbedin, ter Eene, en
Baukjen Kok, zunder beroep, ge
baren te Woudsend arrandis sermnt
In eik, wonnde ashier oud zeven en
dertig jaren, marderjarige dachter
han Johannes Tonas Kok,
sutje Bouwes Spalder, beide enn
leding terandere zyde
De voorafgaande Acten, welke, nevens het zesde Hoofdstuk van het Huwelijk, volgens de Wet
van 25 Ventose van het Jaar Elf, voorgelezen zijn, bestaan, ten eersten: in een Extract uit het
Register der Afkondigingen, behoorlijk zonder verhindering alhier geschieed
teinden en Zevenstiend en December E
tig 2: de doapsedullen der verloofden
ten 3: de doodte dullen hunner ouders
ten 4e autract van farn lenaaus in schry
ning dez brind. tui 5: acte constatieren
de identiceit harer moeder. En ug
klaarden zy ns met de andere
melde getuigen andere aanhad van
Eede de, anbekendheid der plaats na
overlyden of laatste maanklaat
hunner Grootonders.
waarna wij hun, bij name en afzonderlijk, hebben afgevraagd: of zij elkander aannamen als Man-
en Vrouw; het welk door hun, ieder in het bijzonder, met ja beantwoord zijnde, hebben wij in
naam der Wet uitspraak gedaan: dat zij door het Huwelijk zijn vereenigd; alles ingevolge het derde
Hoofdstuk der Wet van 20 Ventose, van het Jaar Elf, en in tegenwoordigheid van
Zen drik
temon
twintier aud zuig
en vijftig, Willeen Paling Slepers
kwecht oud my in en twintig Adris
Roozee, schiider oud turie inders
nKlaas Kolk metselaar aud
Een en vijftig jaren. manende
allen alhier
Zijnde deze Acte door ons vervaardigd en voorgelezen aan de Comparanten, welke met ons hebben
geteekend. vrblarmde de Ebbgrraak niehte kunnen
Feduyen
J Krans
Van leghen
H Ternyn.
W Paling
A Rooze
Jo Kolk
en den Stindie January des Jaars Achttienhonderd Acht-en-Dertig,
des Bongens ten Tien uren, zijn voor ons Ondergeteekende, als Wethouder,
daartoe Ingevolge Art. 95 van het Stedelijk Reglement door, den Ed. Achtb. Heer Burgemleester
:LA
benoemd: verschenen, ten einde een Huwelijk aan te gaan,
ohan Zeo Korp schilder ge farme
wonende alhier oud Leven en veertig Jariu
ieduisenaar van Darothea Wighelinina
Luppers meerderjarige zaan van Kristia
re Korf, en Anna Catharina Bungenas
beide overleden, ter Eene, en
outje Ruijlenberg, zonder beroep
gebaren en vaumde alhier and zen
en dertig arm, n irderjarige doch ten
van attijs Ruijtenberg, en Reen„
Ianzen, beide onverden, ter andere
Zyde.
De voorafgaande Acten, welke, nevens het zesde Hoofdstuk van het Huwelijk, volgens de Wet
van 25 Ventose van het Jaar Elf, voorgelezen zijn, bestaan, ten eersten: in een Extract uit het
Register der Afkondigingen, behoorlijk zonder verhindering alhiensesehid di
Een endertigsten December E, en Luimden dezer
ten 2: de doopcedullen der verloofden. —
3: de doodedullin Numwer ouders
tin 4: de doadsedel van de narige Echt
genoote des Erundigans. En urrklaars
zij ons met de oudersemelde getuigen
ander aanbod van Erde de onbeken
heig elve plaats van ouvely den
Caatste woonklaats hunner Groot
Ouders.
waarna wij hun, bij name en afzonderlijk, hebben afgevraagd: of zij elkander aannamen als Ma.
en Vrouw; het welk door hun, ieder in het bijzonder, met ja beantwoord zijnde, hebben wij in
naam der Wet uitspraaff gedaan: dat zij door het Huwelijk zijn vereenigd; alles ingevolge het derde
Hoofdstuk der Wet van 20 Ventose van het Jaar Ek, en in tegenwoordigheid van
Zijnde deze Acte door ons vervaardigd en voorgelezen aan de Comparanten, welke met ons hebben
geteekend.
Goederekeurd de doorhaling dezer gcte
riges van Coparetie der belang hebbend
Van leghui