Blader door transcripties » Gelders Archief

archieftoegang 0168, inventarisnummer 3904, pagina 400

verbeurte eener dubbele pacht door de pachters, die ten aan„
tien der bescharing en van eene drie dubbele pacht door de
pachters, die ten aanzien van het hoogen bevonden mogten
worden de bij dit artikel gemaakte bepaling te heb
ben overtreden.
Wijders zullen de pachters mede op straffe van ver„
beurte eener dubbele pacht, geene mett, die op hun gepach„
ten grond valt, daarvan mogen wegnemen of doen wegne„
men, en evenmin ust de weide gras mogen marijen om
dit als statvoeder of andersins te betigen
De pachters van den boomgaard Vleenlag zullen op straffe
van verbeurte eener dabbele pacht in dien boomgaard
geen oost mogen verkoopen om daar te worden opgegeten
en nimmer eenig gezelschap daar in mogen toelaten of
doen verblijven.
9. De pachters zullen zich voor eigen rekening alle door
hen noodig geachte damposter, dan planten, braggen
hebben en vorders moeten aanschaffen en die, welke
bij het gepachte aanwezig zijn te kunnen koste moe
ten onderhouden.
10. De betaling der pachtpenningen zal in goed gangbaar
grof tiloergeld en op geene andere wijze hoegenaamd,
over ieder pachtjaarzonder eenige korting of schuldveie
lijking, in eene onverdeelde som moeten geschieden vóór
of asterlijk op den een en dertigster December daaraan.
volgende, van het perceel het Armenkampje aan handen en ter
voorstede van den boekhonderd draken en de tijd bij de
Heroomde Gemeente te Nijberk en van al de overige per.
ceelen aanhanden en ten kantore van den notaris te
wiens overstaan deze verpachting plaats heeft, welke
ambtenaar gemagtigd is om drepacht, de te verbiuren
boeten en verdere aankleven, zelfs in regten, en te vorderen.
11. De pachters die met de betaling der pachtpenningen
uiterlijk op den verschijndag, mogten in gebreke blijven, zal
len tientenhonderd van het verschuldigde verbeuren en niet
temig gehouden zijn tot betaling van alle ter invordering
aangewende kosten, terwijl voorts de vepachters, bij ge
breke in de betaling der pachtpenningen over eenig gaar,
promptelijk op den verschijndag, bevoegd zallen wegen
om, des verkiegende, dadelijk de blijkens deze met de
pachters aangegane overeenkomst te doen ontbinden
en den pachter van alle verder pachtregt vervallen te
doen verklaren, alleen op grond van des pachters nala„
tigheid in de betaling der verschenen pachtpenningen
Het bloote verstrijken van den verschijndag zal vol„
doende wegen om de pachters ten aanzien van de beta„
ling der pacht en hare aankleven in verzuim te stellen
12. Ten einde zoowel de stipte galeving dezer bedingen
als de prompte betaling der pachtpenningen en van hetgee
verder van den pachter kan geoorderd worden, behoorlijk
te verzekeren, zal ieder pachten, op de eerste aanvrurg
ten genoegen der verpachters, moeten stellen twee be.
kinde en gegoedde pessenen, die gerekend worden, zich,
met en benevens den pachter, als hoofdelijke mede.
schuldenaren te hebben verbinden totnakoming van
alhetgeen, blijkens deze akte van hem zelven kan ge„
vorderd worden. De verpachters zullen niet gehouden
wegen de redenen op te geven, tenaram met den een o
ander, Zich als hoofdelijk medeschuldenaar aan
biederd persoon geen genoegen wordt genomen
13. Ingevel een pachter zulke hoofdelijke medeschul.
denaren op de eerste aanvrang uiet stelt, zal zijn bod
als vervallen beschouwd in het gepachte opnieuw opgehan
gen worden. Als dan zal de meerdere gelding ten voor
deele der vepochters komen, terwijl het miadergel
dende op de gereedste wijze aan den vervallen
pachter zal worden verhaald.
14. Mogt gedurende der loop der pachtjaren een
hoofdelijke mede schuldenaas komen te overlijden
of de verpochter met hem verder geen genoegen
verkiegen te nemen, alsdan zal de pachten op de eerste
aanhegging in diens plaats, ten genoegen des verpachten
eenen anderen hoofdelijken medeschuldenaar moeten stellen,
ten ware hij mogt verkregen telkens een vol gaan pacht
voornit te betalen
15. Bij overlijden van den pachter zal de onpachter de
bevoegdheid hebben om de pacht te hoe ophonden
met het einde des pachtjaars, waar in zoodanig voor
val plaats heeft. Deszelijks zal het den verpackten
vri staan om deze overeenkomst te doen verbreken en
depocht te doen ophouder met den afloop van het jaar
waarin mogt bevonden worden, dat een pachter
Zichhandelingen veroorlooft strijdig met eenig
artikel van de voorwaarden dezes vnpachting
of wel en gebrekeis gebleven met hare stipte ver
valling en getrouwe naleving en zulks onvermin„
derd de gehoudenheid van zoodanigen pachter, tot