Notariële akte op

Geregistreerden

  • Marcelis Ammerant, wonende te Breda, linnenwever van beroep, Marcelis Ammerant, linnenwever te Breda, wenst dat na zijn overlijden de uitvaart zal worden gehouden in de parochiekerk van de plaats waar hij zal komen te overlijden, waarbij hij nog stelt dat maar een altaar met zwart behangen en nieuw licht gebruikt zal worden zoals bij het overlijden van zijn echtgenote en zijn ouders is gebeurd.
    Hij wenst dat op de dagen dat zijn lichaam boven aarde zal staan, door de pastoor en biechtvader missen voor het behoud van zijn ziel gelezen worden.
    Tevens wenst hij dat op de dag van zijn uitvaart aan de pastoor een obligatie ad f. 100,-- ter hand zal worden gesteld opdat jaarlijks op de dag van zijn overlijden en op 21 februari (zijnde de dag van overlijden van Anna Appels, zijn echtgenote) een mis gelezen zal worden.
    Hij legateert aan zijn dochter Maria Adriana, het huis dat hij thans bewoont, staand te Breda achter den Beijaard (Lett; A no. 272 en 273) en een perceel land, genaamd "den Drieakker", groot ca. ½ bunder, gelegen te Teteringen.
    Voorts krijgt zij een som van f. 1100,-- ter vergelding van de kosten die hij voor wijlen zijn zoon Willem heeft gemaakt zoals rekeningen van de dokter, apotheken, begrafeniskosten en voorts voor de trouwe diensten die hij steeds van zijn dochter heeft genoten.
    Hij legateert aan de kinderen van wijlen zijn zoon Willem in zijn eerste huwelijk met wijlen Johanna Keller verwekt, met name Johannes en Anna Catharina, al zijn kleding, linnen, wollen en zilvereren sieraden.
    Tot zijn algehele erfgenamen stelt hij zijn dochter voornoemd (Maria Adriana) voor de ene helft en de 4 kinderen van zijn zoon Willem m.n. Johannes, Anna Catharina, Anna Maria en Adrianus, waarvan twee verwekt zijn bij Adriana Santvoort, zijn tweede echtgenote.
    Hij stelt tot executeur Pieter van Ginneken, notaris te Teteringen die hij voor zijn werkzaamheden
    f. 50,-- betaalt.
    Hij herroept alle voorgaande testamenten.
    Getuigen zijn Albertus Josephus Verhoeven, onderwijzer, Franciscus van der Weijden, kuiper, Adriaan van de Laar, zadelmaker en Jacobus van Pelt, koperslager.
  • Anna Appels, Betrokkene is de overleden echtgenote van comparant.
    Marcelis Ammerant, linnenwever te Breda, wenst dat na zijn overlijden de uitvaart zal worden gehouden in de parochiekerk van de plaats waar hij zal komen te overlijden, waarbij hij nog stelt dat maar een altaar met zwart behangen en nieuw licht gebruikt zal worden zoals bij het overlijden van zijn echtgenote en zijn ouders is gebeurd.
    Hij wenst dat op de dagen dat zijn lichaam boven aarde zal staan, door de pastoor en biechtvader missen voor het behoud van zijn ziel gelezen worden.
    Tevens wenst hij dat op de dag van zijn uitvaart aan de pastoor een obligatie ad f. 100,-- ter hand zal worden gesteld opdat jaarlijks op de dag van zijn overlijden en op 21 februari (zijnde de dag van overlijden van Anna Appels, zijn echtgenote) een mis gelezen zal worden.
    Hij legateert aan zijn dochter Maria Adriana, het huis dat hij thans bewoont, staand te Breda achter den Beijaard (Lett; A no. 272 en 273) en een perceel land, genaamd "den Drieakker", groot ca. ½ bunder, gelegen te Teteringen.
    Voorts krijgt zij een som van f. 1100,-- ter vergelding van de kosten die hij voor wijlen zijn zoon Willem heeft gemaakt zoals rekeningen van de dokter, apotheken, begrafeniskosten en voorts voor de trouwe diensten die hij steeds van zijn dochter heeft genoten.
    Hij legateert aan de kinderen van wijlen zijn zoon Willem in zijn eerste huwelijk met wijlen Johanna Keller verwekt, met name Johannes en Anna Catharina, al zijn kleding, linnen, wollen en zilvereren sieraden.
    Tot zijn algehele erfgenamen stelt hij zijn dochter voornoemd (Maria Adriana) voor de ene helft en de 4 kinderen van zijn zoon Willem m.n. Johannes, Anna Catharina, Anna Maria en Adrianus, waarvan twee verwekt zijn bij Adriana Santvoort, zijn tweede echtgenote.
    Hij stelt tot executeur Pieter van Ginneken, notaris te Teteringen die hij voor zijn werkzaamheden
    f. 50,-- betaalt.
    Hij herroept alle voorgaande testamenten.
    Getuigen zijn Albertus Josephus Verhoeven, onderwijzer, Franciscus van der Weijden, kuiper, Adriaan van de Laar, zadelmaker en Jacobus van Pelt, koperslager.
  • Johannes Ammerant, Betrokkene is kleinkind en erfgenaam.
    Marcelis Ammerant, linnenwever te Breda, wenst dat na zijn overlijden de uitvaart zal worden gehouden in de parochiekerk van de plaats waar hij zal komen te overlijden, waarbij hij nog stelt dat maar een altaar met zwart behangen en nieuw licht gebruikt zal worden zoals bij het overlijden van zijn echtgenote en zijn ouders is gebeurd.
    Hij wenst dat op de dagen dat zijn lichaam boven aarde zal staan, door de pastoor en biechtvader missen voor het behoud van zijn ziel gelezen worden.
    Tevens wenst hij dat op de dag van zijn uitvaart aan de pastoor een obligatie ad f. 100,-- ter hand zal worden gesteld opdat jaarlijks op de dag van zijn overlijden en op 21 februari (zijnde de dag van overlijden van Anna Appels, zijn echtgenote) een mis gelezen zal worden.
    Hij legateert aan zijn dochter Maria Adriana, het huis dat hij thans bewoont, staand te Breda achter den Beijaard (Lett; A no. 272 en 273) en een perceel land, genaamd "den Drieakker", groot ca. ½ bunder, gelegen te Teteringen.
    Voorts krijgt zij een som van f. 1100,-- ter vergelding van de kosten die hij voor wijlen zijn zoon Willem heeft gemaakt zoals rekeningen van de dokter, apotheken, begrafeniskosten en voorts voor de trouwe diensten die hij steeds van zijn dochter heeft genoten.
    Hij legateert aan de kinderen van wijlen zijn zoon Willem in zijn eerste huwelijk met wijlen Johanna Keller verwekt, met name Johannes en Anna Catharina, al zijn kleding, linnen, wollen en zilvereren sieraden.
    Tot zijn algehele erfgenamen stelt hij zijn dochter voornoemd (Maria Adriana) voor de ene helft en de 4 kinderen van zijn zoon Willem m.n. Johannes, Anna Catharina, Anna Maria en Adrianus, waarvan twee verwekt zijn bij Adriana Santvoort, zijn tweede echtgenote.
    Hij stelt tot executeur Pieter van Ginneken, notaris te Teteringen die hij voor zijn werkzaamheden
    f. 50,-- betaalt.
    Hij herroept alle voorgaande testamenten.
    Getuigen zijn Albertus Josephus Verhoeven, onderwijzer, Franciscus van der Weijden, kuiper, Adriaan van de Laar, zadelmaker en Jacobus van Pelt, koperslager.
  • Maria Adriana Ammerant, Betrokkene is dochter en erfgename.
    Marcelis Ammerant, linnenwever te Breda, wenst dat na zijn overlijden de uitvaart zal worden gehouden in de parochiekerk van de plaats waar hij zal komen te overlijden, waarbij hij nog stelt dat maar een altaar met zwart behangen en nieuw licht gebruikt zal worden zoals bij het overlijden van zijn echtgenote en zijn ouders is gebeurd.
    Hij wenst dat op de dagen dat zijn lichaam boven aarde zal staan, door de pastoor en biechtvader missen voor het behoud van zijn ziel gelezen worden.
    Tevens wenst hij dat op de dag van zijn uitvaart aan de pastoor een obligatie ad f. 100,-- ter hand zal worden gesteld opdat jaarlijks op de dag van zijn overlijden en op 21 februari (zijnde de dag van overlijden van Anna Appels, zijn echtgenote) een mis gelezen zal worden.
    Hij legateert aan zijn dochter Maria Adriana, het huis dat hij thans bewoont, staand te Breda achter den Beijaard (Lett; A no. 272 en 273) en een perceel land, genaamd "den Drieakker", groot ca. ½ bunder, gelegen te Teteringen.
    Voorts krijgt zij een som van f. 1100,-- ter vergelding van de kosten die hij voor wijlen zijn zoon Willem heeft gemaakt zoals rekeningen van de dokter, apotheken, begrafeniskosten en voorts voor de trouwe diensten die hij steeds van zijn dochter heeft genoten.
    Hij legateert aan de kinderen van wijlen zijn zoon Willem in zijn eerste huwelijk met wijlen Johanna Keller verwekt, met name Johannes en Anna Catharina, al zijn kleding, linnen, wollen en zilvereren sieraden.
    Tot zijn algehele erfgenamen stelt hij zijn dochter voornoemd (Maria Adriana) voor de ene helft en de 4 kinderen van zijn zoon Willem m.n. Johannes, Anna Catharina, Anna Maria en Adrianus, waarvan twee verwekt zijn bij Adriana Santvoort, zijn tweede echtgenote.
    Hij stelt tot executeur Pieter van Ginneken, notaris te Teteringen die hij voor zijn werkzaamheden
    f. 50,-- betaalt.
    Hij herroept alle voorgaande testamenten.
    Getuigen zijn Albertus Josephus Verhoeven, onderwijzer, Franciscus van der Weijden, kuiper, Adriaan van de Laar, zadelmaker en Jacobus van Pelt, koperslager.
  • Willem Ammerant, Betrokkene is de overleden zoon van comparant.
    Marcelis Ammerant, linnenwever te Breda, wenst dat na zijn overlijden de uitvaart zal worden gehouden in de parochiekerk van de plaats waar hij zal komen te overlijden, waarbij hij nog stelt dat maar een altaar met zwart behangen en nieuw licht gebruikt zal worden zoals bij het overlijden van zijn echtgenote en zijn ouders is gebeurd.
    Hij wenst dat op de dagen dat zijn lichaam boven aarde zal staan, door de pastoor en biechtvader missen voor het behoud van zijn ziel gelezen worden.
    Tevens wenst hij dat op de dag van zijn uitvaart aan de pastoor een obligatie ad f. 100,-- ter hand zal worden gesteld opdat jaarlijks op de dag van zijn overlijden en op 21 februari (zijnde de dag van overlijden van Anna Appels, zijn echtgenote) een mis gelezen zal worden.
    Hij legateert aan zijn dochter Maria Adriana, het huis dat hij thans bewoont, staand te Breda achter den Beijaard (Lett; A no. 272 en 273) en een perceel land, genaamd "den Drieakker", groot ca. ½ bunder, gelegen te Teteringen.
    Voorts krijgt zij een som van f. 1100,-- ter vergelding van de kosten die hij voor wijlen zijn zoon Willem heeft gemaakt zoals rekeningen van de dokter, apotheken, begrafeniskosten en voorts voor de trouwe diensten die hij steeds van zijn dochter heeft genoten.
    Hij legateert aan de kinderen van wijlen zijn zoon Willem in zijn eerste huwelijk met wijlen Johanna Keller verwekt, met name Johannes en Anna Catharina, al zijn kleding, linnen, wollen en zilvereren sieraden.
    Tot zijn algehele erfgenamen stelt hij zijn dochter voornoemd (Maria Adriana) voor de ene helft en de 4 kinderen van zijn zoon Willem m.n. Johannes, Anna Catharina, Anna Maria en Adrianus, waarvan twee verwekt zijn bij Adriana Santvoort, zijn tweede echtgenote.
    Hij stelt tot executeur Pieter van Ginneken, notaris te Teteringen die hij voor zijn werkzaamheden
    f. 50,-- betaalt.
    Hij herroept alle voorgaande testamenten.
    Getuigen zijn Albertus Josephus Verhoeven, onderwijzer, Franciscus van der Weijden, kuiper, Adriaan van de Laar, zadelmaker en Jacobus van Pelt, koperslager.
  • Johanna Keller, Betrokkene is de overleden schoondochter van comparant.
    Marcelis Ammerant, linnenwever te Breda, wenst dat na zijn overlijden de uitvaart zal worden gehouden in de parochiekerk van de plaats waar hij zal komen te overlijden, waarbij hij nog stelt dat maar een altaar met zwart behangen en nieuw licht gebruikt zal worden zoals bij het overlijden van zijn echtgenote en zijn ouders is gebeurd.
    Hij wenst dat op de dagen dat zijn lichaam boven aarde zal staan, door de pastoor en biechtvader missen voor het behoud van zijn ziel gelezen worden.
    Tevens wenst hij dat op de dag van zijn uitvaart aan de pastoor een obligatie ad f. 100,-- ter hand zal worden gesteld opdat jaarlijks op de dag van zijn overlijden en op 21 februari (zijnde de dag van overlijden van Anna Appels, zijn echtgenote) een mis gelezen zal worden.
    Hij legateert aan zijn dochter Maria Adriana, het huis dat hij thans bewoont, staand te Breda achter den Beijaard (Lett; A no. 272 en 273) en een perceel land, genaamd "den Drieakker", groot ca. ½ bunder, gelegen te Teteringen.
    Voorts krijgt zij een som van f. 1100,-- ter vergelding van de kosten die hij voor wijlen zijn zoon Willem heeft gemaakt zoals rekeningen van de dokter, apotheken, begrafeniskosten en voorts voor de trouwe diensten die hij steeds van zijn dochter heeft genoten.
    Hij legateert aan de kinderen van wijlen zijn zoon Willem in zijn eerste huwelijk met wijlen Johanna Keller verwekt, met name Johannes en Anna Catharina, al zijn kleding, linnen, wollen en zilvereren sieraden.
    Tot zijn algehele erfgenamen stelt hij zijn dochter voornoemd (Maria Adriana) voor de ene helft en de 4 kinderen van zijn zoon Willem m.n. Johannes, Anna Catharina, Anna Maria en Adrianus, waarvan twee verwekt zijn bij Adriana Santvoort, zijn tweede echtgenote.
    Hij stelt tot executeur Pieter van Ginneken, notaris te Teteringen die hij voor zijn werkzaamheden
    f. 50,-- betaalt.
    Hij herroept alle voorgaande testamenten.
    Getuigen zijn Albertus Josephus Verhoeven, onderwijzer, Franciscus van der Weijden, kuiper, Adriaan van de Laar, zadelmaker en Jacobus van Pelt, koperslager.
  • Anna Catharina Ammerant, Betrokkene is kleinkind en erfgenaam.
    Marcelis Ammerant, linnenwever te Breda, wenst dat na zijn overlijden de uitvaart zal worden gehouden in de parochiekerk van de plaats waar hij zal komen te overlijden, waarbij hij nog stelt dat maar een altaar met zwart behangen en nieuw licht gebruikt zal worden zoals bij het overlijden van zijn echtgenote en zijn ouders is gebeurd.
    Hij wenst dat op de dagen dat zijn lichaam boven aarde zal staan, door de pastoor en biechtvader missen voor het behoud van zijn ziel gelezen worden.
    Tevens wenst hij dat op de dag van zijn uitvaart aan de pastoor een obligatie ad f. 100,-- ter hand zal worden gesteld opdat jaarlijks op de dag van zijn overlijden en op 21 februari (zijnde de dag van overlijden van Anna Appels, zijn echtgenote) een mis gelezen zal worden.
    Hij legateert aan zijn dochter Maria Adriana, het huis dat hij thans bewoont, staand te Breda achter den Beijaard (Lett; A no. 272 en 273) en een perceel land, genaamd "den Drieakker", groot ca. ½ bunder, gelegen te Teteringen.
    Voorts krijgt zij een som van f. 1100,-- ter vergelding van de kosten die hij voor wijlen zijn zoon Willem heeft gemaakt zoals rekeningen van de dokter, apotheken, begrafeniskosten en voorts voor de trouwe diensten die hij steeds van zijn dochter heeft genoten.
    Hij legateert aan de kinderen van wijlen zijn zoon Willem in zijn eerste huwelijk met wijlen Johanna Keller verwekt, met name Johannes en Anna Catharina, al zijn kleding, linnen, wollen en zilvereren sieraden.
    Tot zijn algehele erfgenamen stelt hij zijn dochter voornoemd (Maria Adriana) voor de ene helft en de 4 kinderen van zijn zoon Willem m.n. Johannes, Anna Catharina, Anna Maria en Adrianus, waarvan twee verwekt zijn bij Adriana Santvoort, zijn tweede echtgenote.
    Hij stelt tot executeur Pieter van Ginneken, notaris te Teteringen die hij voor zijn werkzaamheden
    f. 50,-- betaalt.
    Hij herroept alle voorgaande testamenten.
    Getuigen zijn Albertus Josephus Verhoeven, onderwijzer, Franciscus van der Weijden, kuiper, Adriaan van de Laar, zadelmaker en Jacobus van Pelt, koperslager.
  • Anna Maria Ammerant, Betrokkene is kleinkind en erfgenaam.
    Marcelis Ammerant, linnenwever te Breda, wenst dat na zijn overlijden de uitvaart zal worden gehouden in de parochiekerk van de plaats waar hij zal komen te overlijden, waarbij hij nog stelt dat maar een altaar met zwart behangen en nieuw licht gebruikt zal worden zoals bij het overlijden van zijn echtgenote en zijn ouders is gebeurd.
    Hij wenst dat op de dagen dat zijn lichaam boven aarde zal staan, door de pastoor en biechtvader missen voor het behoud van zijn ziel gelezen worden.
    Tevens wenst hij dat op de dag van zijn uitvaart aan de pastoor een obligatie ad f. 100,-- ter hand zal worden gesteld opdat jaarlijks op de dag van zijn overlijden en op 21 februari (zijnde de dag van overlijden van Anna Appels, zijn echtgenote) een mis gelezen zal worden.
    Hij legateert aan zijn dochter Maria Adriana, het huis dat hij thans bewoont, staand te Breda achter den Beijaard (Lett; A no. 272 en 273) en een perceel land, genaamd "den Drieakker", groot ca. ½ bunder, gelegen te Teteringen.
    Voorts krijgt zij een som van f. 1100,-- ter vergelding van de kosten die hij voor wijlen zijn zoon Willem heeft gemaakt zoals rekeningen van de dokter, apotheken, begrafeniskosten en voorts voor de trouwe diensten die hij steeds van zijn dochter heeft genoten.
    Hij legateert aan de kinderen van wijlen zijn zoon Willem in zijn eerste huwelijk met wijlen Johanna Keller verwekt, met name Johannes en Anna Catharina, al zijn kleding, linnen, wollen en zilvereren sieraden.
    Tot zijn algehele erfgenamen stelt hij zijn dochter voornoemd (Maria Adriana) voor de ene helft en de 4 kinderen van zijn zoon Willem m.n. Johannes, Anna Catharina, Anna Maria en Adrianus, waarvan twee verwekt zijn bij Adriana Santvoort, zijn tweede echtgenote.
    Hij stelt tot executeur Pieter van Ginneken, notaris te Teteringen die hij voor zijn werkzaamheden
    f. 50,-- betaalt.
    Hij herroept alle voorgaande testamenten.
    Getuigen zijn Albertus Josephus Verhoeven, onderwijzer, Franciscus van der Weijden, kuiper, Adriaan van de Laar, zadelmaker en Jacobus van Pelt, koperslager.
  • Adrianus Ammerant, Betrokkene is kleinkind en erfgenaam.
    Marcelis Ammerant, linnenwever te Breda, wenst dat na zijn overlijden de uitvaart zal worden gehouden in de parochiekerk van de plaats waar hij zal komen te overlijden, waarbij hij nog stelt dat maar een altaar met zwart behangen en nieuw licht gebruikt zal worden zoals bij het overlijden van zijn echtgenote en zijn ouders is gebeurd.
    Hij wenst dat op de dagen dat zijn lichaam boven aarde zal staan, door de pastoor en biechtvader missen voor het behoud van zijn ziel gelezen worden.
    Tevens wenst hij dat op de dag van zijn uitvaart aan de pastoor een obligatie ad f. 100,-- ter hand zal worden gesteld opdat jaarlijks op de dag van zijn overlijden en op 21 februari (zijnde de dag van overlijden van Anna Appels, zijn echtgenote) een mis gelezen zal worden.
    Hij legateert aan zijn dochter Maria Adriana, het huis dat hij thans bewoont, staand te Breda achter den Beijaard (Lett; A no. 272 en 273) en een perceel land, genaamd "den Drieakker", groot ca. ½ bunder, gelegen te Teteringen.
    Voorts krijgt zij een som van f. 1100,-- ter vergelding van de kosten die hij voor wijlen zijn zoon Willem heeft gemaakt zoals rekeningen van de dokter, apotheken, begrafeniskosten en voorts voor de trouwe diensten die hij steeds van zijn dochter heeft genoten.
    Hij legateert aan de kinderen van wijlen zijn zoon Willem in zijn eerste huwelijk met wijlen Johanna Keller verwekt, met name Johannes en Anna Catharina, al zijn kleding, linnen, wollen en zilvereren sieraden.
    Tot zijn algehele erfgenamen stelt hij zijn dochter voornoemd (Maria Adriana) voor de ene helft en de 4 kinderen van zijn zoon Willem m.n. Johannes, Anna Catharina, Anna Maria en Adrianus, waarvan twee verwekt zijn bij Adriana Santvoort, zijn tweede echtgenote.
    Hij stelt tot executeur Pieter van Ginneken, notaris te Teteringen die hij voor zijn werkzaamheden
    f. 50,-- betaalt.
    Hij herroept alle voorgaande testamenten.
    Getuigen zijn Albertus Josephus Verhoeven, onderwijzer, Franciscus van der Weijden, kuiper, Adriaan van de Laar, zadelmaker en Jacobus van Pelt, koperslager.
  • Adriana Santfoort, Betrokkene is schoondochter van comparant (zie onder).
    Marcelis Ammerant, linnenwever te Breda, wenst dat na zijn overlijden de uitvaart zal worden gehouden in de parochiekerk van de plaats waar hij zal komen te overlijden, waarbij hij nog stelt dat maar een altaar met zwart behangen en nieuw licht gebruikt zal worden zoals bij het overlijden van zijn echtgenote en zijn ouders is gebeurd.
    Hij wenst dat op de dagen dat zijn lichaam boven aarde zal staan, door de pastoor en biechtvader missen voor het behoud van zijn ziel gelezen worden.
    Tevens wenst hij dat op de dag van zijn uitvaart aan de pastoor een obligatie ad f. 100,-- ter hand zal worden gesteld opdat jaarlijks op de dag van zijn overlijden en op 21 februari (zijnde de dag van overlijden van Anna Appels, zijn echtgenote) een mis gelezen zal worden.
    Hij legateert aan zijn dochter Maria Adriana, het huis dat hij thans bewoont, staand te Breda achter den Beijaard (Lett; A no. 272 en 273) en een perceel land, genaamd "den Drieakker", groot ca. ½ bunder, gelegen te Teteringen.
    Voorts krijgt zij een som van f. 1100,-- ter vergelding van de kosten die hij voor wijlen zijn zoon Willem heeft gemaakt zoals rekeningen van de dokter, apotheken, begrafeniskosten en voorts voor de trouwe diensten die hij steeds van zijn dochter heeft genoten.
    Hij legateert aan de kinderen van wijlen zijn zoon Willem in zijn eerste huwelijk met wijlen Johanna Keller verwekt, met name Johannes en Anna Catharina, al zijn kleding, linnen, wollen en zilvereren sieraden.
    Tot zijn algehele erfgenamen stelt hij zijn dochter voornoemd (Maria Adriana) voor de ene helft en de 4 kinderen van zijn zoon Willem m.n. Johannes, Anna Catharina, Anna Maria en Adrianus, waarvan twee verwekt zijn bij Adriana Santvoort, zijn tweede echtgenote.
    Hij stelt tot executeur Pieter van Ginneken, notaris te Teteringen die hij voor zijn werkzaamheden
    f. 50,-- betaalt.
    Hij herroept alle voorgaande testamenten.
    Getuigen zijn Albertus Josephus Verhoeven, onderwijzer, Franciscus van der Weijden, kuiper, Adriaan van de Laar, zadelmaker en Jacobus van Pelt, koperslager.
  • Pieter van Ginneken, wonende te Teteringen, notaris van beroep, Betrokkene is de executeur-testamentair.
    Marcelis Ammerant, linnenwever te Breda, wenst dat na zijn overlijden de uitvaart zal worden gehouden in de parochiekerk van de plaats waar hij zal komen te overlijden, waarbij hij nog stelt dat maar een altaar met zwart behangen en nieuw licht gebruikt zal worden zoals bij het overlijden van zijn echtgenote en zijn ouders is gebeurd.
    Hij wenst dat op de dagen dat zijn lichaam boven aarde zal staan, door de pastoor en biechtvader missen voor het behoud van zijn ziel gelezen worden.
    Tevens wenst hij dat op de dag van zijn uitvaart aan de pastoor een obligatie ad f. 100,-- ter hand zal worden gesteld opdat jaarlijks op de dag van zijn overlijden en op 21 februari (zijnde de dag van overlijden van Anna Appels, zijn echtgenote) een mis gelezen zal worden.
    Hij legateert aan zijn dochter Maria Adriana, het huis dat hij thans bewoont, staand te Breda achter den Beijaard (Lett; A no. 272 en 273) en een perceel land, genaamd "den Drieakker", groot ca. ½ bunder, gelegen te Teteringen.
    Voorts krijgt zij een som van f. 1100,-- ter vergelding van de kosten die hij voor wijlen zijn zoon Willem heeft gemaakt zoals rekeningen van de dokter, apotheken, begrafeniskosten en voorts voor de trouwe diensten die hij steeds van zijn dochter heeft genoten.
    Hij legateert aan de kinderen van wijlen zijn zoon Willem in zijn eerste huwelijk met wijlen Johanna Keller verwekt, met name Johannes en Anna Catharina, al zijn kleding, linnen, wollen en zilvereren sieraden.
    Tot zijn algehele erfgenamen stelt hij zijn dochter voornoemd (Maria Adriana) voor de ene helft en de 4 kinderen van zijn zoon Willem m.n. Johannes, Anna Catharina, Anna Maria en Adrianus, waarvan twee verwekt zijn bij Adriana Santvoort, zijn tweede echtgenote.
    Hij stelt tot executeur Pieter van Ginneken, notaris te Teteringen die hij voor zijn werkzaamheden
    f. 50,-- betaalt.
    Hij herroept alle voorgaande testamenten.
    Getuigen zijn Albertus Josephus Verhoeven, onderwijzer, Franciscus van der Weijden, kuiper, Adriaan van de Laar, zadelmaker en Jacobus van Pelt, koperslager.
  • Albertus Josephus Verhoeven, wonende te Ginneken, onderwijzer van beroep, Betrokkene is getuige.
    Marcelis Ammerant, linnenwever te Breda, wenst dat na zijn overlijden de uitvaart zal worden gehouden in de parochiekerk van de plaats waar hij zal komen te overlijden, waarbij hij nog stelt dat maar een altaar met zwart behangen en nieuw licht gebruikt zal worden zoals bij het overlijden van zijn echtgenote en zijn ouders is gebeurd.
    Hij wenst dat op de dagen dat zijn lichaam boven aarde zal staan, door de pastoor en biechtvader missen voor het behoud van zijn ziel gelezen worden.
    Tevens wenst hij dat op de dag van zijn uitvaart aan de pastoor een obligatie ad f. 100,-- ter hand zal worden gesteld opdat jaarlijks op de dag van zijn overlijden en op 21 februari (zijnde de dag van overlijden van Anna Appels, zijn echtgenote) een mis gelezen zal worden.
    Hij legateert aan zijn dochter Maria Adriana, het huis dat hij thans bewoont, staand te Breda achter den Beijaard (Lett; A no. 272 en 273) en een perceel land, genaamd "den Drieakker", groot ca. ½ bunder, gelegen te Teteringen.
    Voorts krijgt zij een som van f. 1100,-- ter vergelding van de kosten die hij voor wijlen zijn zoon Willem heeft gemaakt zoals rekeningen van de dokter, apotheken, begrafeniskosten en voorts voor de trouwe diensten die hij steeds van zijn dochter heeft genoten.
    Hij legateert aan de kinderen van wijlen zijn zoon Willem in zijn eerste huwelijk met wijlen Johanna Keller verwekt, met name Johannes en Anna Catharina, al zijn kleding, linnen, wollen en zilvereren sieraden.
    Tot zijn algehele erfgenamen stelt hij zijn dochter voornoemd (Maria Adriana) voor de ene helft en de 4 kinderen van zijn zoon Willem m.n. Johannes, Anna Catharina, Anna Maria en Adrianus, waarvan twee verwekt zijn bij Adriana Santvoort, zijn tweede echtgenote.
    Hij stelt tot executeur Pieter van Ginneken, notaris te Teteringen die hij voor zijn werkzaamheden
    f. 50,-- betaalt.
    Hij herroept alle voorgaande testamenten.
    Getuigen zijn Albertus Josephus Verhoeven, onderwijzer, Franciscus van der Weijden, kuiper, Adriaan van de Laar, zadelmaker en Jacobus van Pelt, koperslager.
  • Franciscus van der Weijden, wonende te Ginneken, kuiper van beroep, Betrokkene is getuige.
    Marcelis Ammerant, linnenwever te Breda, wenst dat na zijn overlijden de uitvaart zal worden gehouden in de parochiekerk van de plaats waar hij zal komen te overlijden, waarbij hij nog stelt dat maar een altaar met zwart behangen en nieuw licht gebruikt zal worden zoals bij het overlijden van zijn echtgenote en zijn ouders is gebeurd.
    Hij wenst dat op de dagen dat zijn lichaam boven aarde zal staan, door de pastoor en biechtvader missen voor het behoud van zijn ziel gelezen worden.
    Tevens wenst hij dat op de dag van zijn uitvaart aan de pastoor een obligatie ad f. 100,-- ter hand zal worden gesteld opdat jaarlijks op de dag van zijn overlijden en op 21 februari (zijnde de dag van overlijden van Anna Appels, zijn echtgenote) een mis gelezen zal worden.
    Hij legateert aan zijn dochter Maria Adriana, het huis dat hij thans bewoont, staand te Breda achter den Beijaard (Lett; A no. 272 en 273) en een perceel land, genaamd "den Drieakker", groot ca. ½ bunder, gelegen te Teteringen.
    Voorts krijgt zij een som van f. 1100,-- ter vergelding van de kosten die hij voor wijlen zijn zoon Willem heeft gemaakt zoals rekeningen van de dokter, apotheken, begrafeniskosten en voorts voor de trouwe diensten die hij steeds van zijn dochter heeft genoten.
    Hij legateert aan de kinderen van wijlen zijn zoon Willem in zijn eerste huwelijk met wijlen Johanna Keller verwekt, met name Johannes en Anna Catharina, al zijn kleding, linnen, wollen en zilvereren sieraden.
    Tot zijn algehele erfgenamen stelt hij zijn dochter voornoemd (Maria Adriana) voor de ene helft en de 4 kinderen van zijn zoon Willem m.n. Johannes, Anna Catharina, Anna Maria en Adrianus, waarvan twee verwekt zijn bij Adriana Santvoort, zijn tweede echtgenote.
    Hij stelt tot executeur Pieter van Ginneken, notaris te Teteringen die hij voor zijn werkzaamheden
    f. 50,-- betaalt.
    Hij herroept alle voorgaande testamenten.
    Getuigen zijn Albertus Josephus Verhoeven, onderwijzer, Franciscus van der Weijden, kuiper, Adriaan van de Laar, zadelmaker en Jacobus van Pelt, koperslager.
  • Adriaan van de Laar, wonende te Ginneken, zadelmaker van beroep, Betrokkene is getuige.
    Marcelis Ammerant, linnenwever te Breda, wenst dat na zijn overlijden de uitvaart zal worden gehouden in de parochiekerk van de plaats waar hij zal komen te overlijden, waarbij hij nog stelt dat maar een altaar met zwart behangen en nieuw licht gebruikt zal worden zoals bij het overlijden van zijn echtgenote en zijn ouders is gebeurd.
    Hij wenst dat op de dagen dat zijn lichaam boven aarde zal staan, door de pastoor en biechtvader missen voor het behoud van zijn ziel gelezen worden.
    Tevens wenst hij dat op de dag van zijn uitvaart aan de pastoor een obligatie ad f. 100,-- ter hand zal worden gesteld opdat jaarlijks op de dag van zijn overlijden en op 21 februari (zijnde de dag van overlijden van Anna Appels, zijn echtgenote) een mis gelezen zal worden.
    Hij legateert aan zijn dochter Maria Adriana, het huis dat hij thans bewoont, staand te Breda achter den Beijaard (Lett; A no. 272 en 273) en een perceel land, genaamd "den Drieakker", groot ca. ½ bunder, gelegen te Teteringen.
    Voorts krijgt zij een som van f. 1100,-- ter vergelding van de kosten die hij voor wijlen zijn zoon Willem heeft gemaakt zoals rekeningen van de dokter, apotheken, begrafeniskosten en voorts voor de trouwe diensten die hij steeds van zijn dochter heeft genoten.
    Hij legateert aan de kinderen van wijlen zijn zoon Willem in zijn eerste huwelijk met wijlen Johanna Keller verwekt, met name Johannes en Anna Catharina, al zijn kleding, linnen, wollen en zilvereren sieraden.
    Tot zijn algehele erfgenamen stelt hij zijn dochter voornoemd (Maria Adriana) voor de ene helft en de 4 kinderen van zijn zoon Willem m.n. Johannes, Anna Catharina, Anna Maria en Adrianus, waarvan twee verwekt zijn bij Adriana Santvoort, zijn tweede echtgenote.
    Hij stelt tot executeur Pieter van Ginneken, notaris te Teteringen die hij voor zijn werkzaamheden
    f. 50,-- betaalt.
    Hij herroept alle voorgaande testamenten.
    Getuigen zijn Albertus Josephus Verhoeven, onderwijzer, Franciscus van der Weijden, kuiper, Adriaan van de Laar, zadelmaker en Jacobus van Pelt, koperslager.
  • Jacobus van Pelt, wonende te Ginneken, koperslager van beroep, Betrokkene is getuige.
    Marcelis Ammerant, linnenwever te Breda, wenst dat na zijn overlijden de uitvaart zal worden gehouden in de parochiekerk van de plaats waar hij zal komen te overlijden, waarbij hij nog stelt dat maar een altaar met zwart behangen en nieuw licht gebruikt zal worden zoals bij het overlijden van zijn echtgenote en zijn ouders is gebeurd.
    Hij wenst dat op de dagen dat zijn lichaam boven aarde zal staan, door de pastoor en biechtvader missen voor het behoud van zijn ziel gelezen worden.
    Tevens wenst hij dat op de dag van zijn uitvaart aan de pastoor een obligatie ad f. 100,-- ter hand zal worden gesteld opdat jaarlijks op de dag van zijn overlijden en op 21 februari (zijnde de dag van overlijden van Anna Appels, zijn echtgenote) een mis gelezen zal worden.
    Hij legateert aan zijn dochter Maria Adriana, het huis dat hij thans bewoont, staand te Breda achter den Beijaard (Lett; A no. 272 en 273) en een perceel land, genaamd "den Drieakker", groot ca. ½ bunder, gelegen te Teteringen.
    Voorts krijgt zij een som van f. 1100,-- ter vergelding van de kosten die hij voor wijlen zijn zoon Willem heeft gemaakt zoals rekeningen van de dokter, apotheken, begrafeniskosten en voorts voor de trouwe diensten die hij steeds van zijn dochter heeft genoten.
    Hij legateert aan de kinderen van wijlen zijn zoon Willem in zijn eerste huwelijk met wijlen Johanna Keller verwekt, met name Johannes en Anna Catharina, al zijn kleding, linnen, wollen en zilvereren sieraden.
    Tot zijn algehele erfgenamen stelt hij zijn dochter voornoemd (Maria Adriana) voor de ene helft en de 4 kinderen van zijn zoon Willem m.n. Johannes, Anna Catharina, Anna Maria en Adrianus, waarvan twee verwekt zijn bij Adriana Santvoort, zijn tweede echtgenote.
    Hij stelt tot executeur Pieter van Ginneken, notaris te Teteringen die hij voor zijn werkzaamheden
    f. 50,-- betaalt.
    Hij herroept alle voorgaande testamenten.
    Getuigen zijn Albertus Josephus Verhoeven, onderwijzer, Franciscus van der Weijden, kuiper, Adriaan van de Laar, zadelmaker en Jacobus van Pelt, koperslager.

Opmerking


Notaris: L. Beens


Bronvermelding

Stadsarchief Breda te Breda, Notariële archieven
Notariële archieven Ginneken en Bavel 1811-1841, Bron: repertoire, Deel: 4894, Peri..., Ginneken en Bavel, inventaris­num­mer 4894, 27 juli 1821, L. Beens, Repertoire, 1821, aktenummer 36, folio 3

Deze gegevens zijn voor het laatst op 28 januari 2014 door de bronhouder bijgewerkt en voor het eerst gepubliceerd op Open Archieven op 5 juli 2016.



Webadres

  • https://stadsarchief.breda.nl/collectie/archief/genealogische-bronnen/deeds/ed30c9dd-31ce-a21a-a583-e62f51d4e020
  • https://www.openarchieven.nl/brd:ed30c9dd-31ce-a21a-a583-e62f51d4e020



Commentaar

Bent u de eerste persoon die aanvullende informatie levert?


Scan

Scan

Klik op de afbeelding om het te vergroten of download de afbeelding

Meer uitleg over Notariële archieven

Door notariele archieven struinen voor je stamboom

Lees verder

Zoek uw voorouders en publiceer uw stamboom op Genealogie Online via https://www.genealogieonline.nl/