Scepenen in Breda doen condt, alsoo partij 1.1, wed wijlen 1.2, na de doot van heuren man 1.2 begheert hadde sceijdinge en deijlinge te doen tegens eenenyegelicken die dair toe te sprecken mochten hebben, en alsoo de wete hier af bij den gesworen roeydrager der stadt van Breda openbairlic op eenen sondach ter puyen af gedaen zijnde, nyemandt gecomen is, mits den welcken de stadthouder van den schouteth in Breda in dese saicke te zustineren in de plaetse van den onwillighen nyet comparerende, dat bij 1.1, de wed van 1.2, aenleggersse in d' een parthije, en den stadthouder van den schoutet van Breda in den name en qualiteijt als boven, verweerder, in d' andere parthije, in den saecke van sceijdinge voirs soe verre bij verscheijden actien geprocedeert is, dat bij scepenen van Breda op 1524-05-14 gegeven is zeker vonnisse, als dat de verweerder van sHeeren weghen de crediteurs en scultheijsschers die aen den voirs 1.2 en zijn huysfrou ten achter waren, heure scult zouden doen wittigen bij honnen eede, en dair bij affirmeren oft zij ten sterfdage van den selven 1.2 soe veel t'achter waren als de voirs aenleggersse voir recht overgegeven hadde, en dat de voirs verweerder tot behoef van der gheenre die erffg zijn, van alle dezelve goeden, sculden en wedersculden int sterfhuys verthijen soude en afstandt doen tot behoef van de aenleggersse, en nadat de crediteurs voirs van recht sijn geweest, soe is voir ons gecomen onse mede scepen versueckende dat de stadthouder van den schoutet in de plaetze van den onwilligen, achtervolgende d' appointment en vonnisse voirs, int sterfhuys treden soude, dat hij sculdich ware te deelen en te gelden en afstandt doen soude gelijc 't vonnisse geleert hadde, achtervolgende dwelc de stadthouder van den schoutet voirs in de qualiteijt als voir sijn beraet hier op genomen hebbende, en den state van den sterfhuyse gelijc die bij de aenleggersse voirs overgegeven was, doirsien hebbende, en bevyndende dat tselve sterfhuys met meer lasten en uutsculden was beswairt dan de goeden en proffijtelicke sculden verstrecten, heeft geheelic en al vertegen op alle deselve goeden, sculden en wedersculden dair de voirs wijlen 1.2 uutgestorven is, en die de voirs 1.1 zijn wed nu besit, tot behoef van den selve 1.1 om 't proffijt en scade die dair aen is oft comen mach te hebben en te dragen, wair van deselve 1.1 tot heuren ernstigen versuecke brieven verleent zijn, toecomende van dese brief met onse zeghelen besegelt.
City archive Breda in Breda, Vestbrieven
Schepenbank Breda 1499-1811, Bron: boek, Part: 430, Period: 1524, Breda, inventory number 430, November 14, 1524, Vestbrieven 1524, folio 127r, 127v
This data was last updated on April 1, 2022 by the source holder and first published on Open Archives on July 6, 2016.
Find your ancestors and publish your family tree on Genealogy Online via https://www.genealogieonline.nl/en/
Thank you, your comment has been saved.