Notariële akte op

Geregistreerden

  • Wouter Janssen, wonende te Oosterhout, schoenlapper van beroep, Machtiging afgegeven door de erfgenamen Petronella Jansen, huisvrouw van Antonij de Bruijn, dagloner wonende te Teteringen, door Hendrina van de Langerijt, dienstmeid wonende te Prinsenhage en door Johanna Jansen, dienstmeid wonende te Bavel, aan Francois Maurice Clement van Steenzel, burgemeester van Gilze en Rijen, om in hun naam en ook voor hun broer en zusters, namelijk Wouter Janssen, schoenlapper wonende te Oosterhout, Maria Jansen en Jacoba Jansen, dienstmeiden wonende te Ginneken en bovendien ook voor de neven en nichten van Antonij de Bruijn, namelijk Jan Adriaansen, actief soldaat, Antonij Adriaansen, dienstbode wonende te Breda en Petronella Adriaansen, dienstmeid wonende te Teteringen, de ontzegeling en zaken m.b.t. alle genoteerde goederen en papieren te regelen uit de successie van hun neef wijlen Jean Baptiste Jansen, overleden te Gilze op 10 mei 1813. In aanwezigheid van de getuigen Jacobus van Miert en Adriaan van den Brule.
  • Jan Adriaansen, soldaat van beroep, Machtiging afgegeven door de erfgenamen Petronella Jansen, huisvrouw van Antonij de Bruijn, dagloner wonende te Teteringen, door Hendrina van de Langerijt, dienstmeid wonende te Prinsenhage en door Johanna Jansen, dienstmeid wonende te Bavel, aan Francois Maurice Clement van Steenzel, burgemeester van Gilze en Rijen, om in hun naam en ook voor hun broer en zusters, namelijk Wouter Janssen, schoenlapper wonende te Oosterhout, Maria Jansen en Jacoba Jansen, dienstmeiden wonende te Ginneken en bovendien ook voor de neven en nichten van Antonij de Bruijn, namelijk Jan Adriaansen, actief soldaat, Antonij Adriaansen, dienstbode wonende te Breda en Petronella Adriaansen, dienstmeid wonende te Teteringen, de ontzegeling en zaken m.b.t. alle genoteerde goederen en papieren te regelen uit de successie van hun neef wijlen Jean Baptiste Jansen, overleden te Gilze op 10 mei 1813. In aanwezigheid van de getuigen Jacobus van Miert en Adriaan van den Brule.
  • Jean Baptiste Jansen, wonende te Gilze, Machtiging afgegeven door de erfgenamen Petronella Jansen, huisvrouw van Antonij de Bruijn, dagloner wonende te Teteringen, door Hendrina van de Langerijt, dienstmeid wonende te Prinsenhage en door Johanna Jansen, dienstmeid wonende te Bavel, aan Francois Maurice Clement van Steenzel, burgemeester van Gilze en Rijen, om in hun naam en ook voor hun broer en zusters, namelijk Wouter Janssen, schoenlapper wonende te Oosterhout, Maria Jansen en Jacoba Jansen, dienstmeiden wonende te Ginneken en bovendien ook voor de neven en nichten van Antonij de Bruijn, namelijk Jan Adriaansen, actief soldaat, Antonij Adriaansen, dienstbode wonende te Breda en Petronella Adriaansen, dienstmeid wonende te Teteringen, de ontzegeling en zaken m.b.t. alle genoteerde goederen en papieren te regelen uit de successie van hun neef wijlen Jean Baptiste Jansen, overleden te Gilze op 10 mei 1813. In aanwezigheid van de getuigen Jacobus van Miert en Adriaan van den Brule.
  • Petronella Jansen, wonende te Teteringen, Machtiging afgegeven door de erfgenamen Petronella Jansen, huisvrouw van Antonij de Bruijn, dagloner wonende te Teteringen, door Hendrina van de Langerijt, dienstmeid wonende te Prinsenhage en door Johanna Jansen, dienstmeid wonende te Bavel, aan Francois Maurice Clement van Steenzel, burgemeester van Gilze en Rijen, om in hun naam en ook voor hun broer en zusters, namelijk Wouter Janssen, schoenlapper wonende te Oosterhout, Maria Jansen en Jacoba Jansen, dienstmeiden wonende te Ginneken en bovendien ook voor de neven en nichten van Antonij de Bruijn, namelijk Jan Adriaansen, actief soldaat, Antonij Adriaansen, dienstbode wonende te Breda en Petronella Adriaansen, dienstmeid wonende te Teteringen, de ontzegeling en zaken m.b.t. alle genoteerde goederen en papieren te regelen uit de successie van hun neef wijlen Jean Baptiste Jansen, overleden te Gilze op 10 mei 1813. In aanwezigheid van de getuigen Jacobus van Miert en Adriaan van den Brule.
  • Hendrina van de Langerijt, wonende te Prinsenhage, dienstmeid van beroep, Machtiging afgegeven door de erfgenamen Petronella Jansen, huisvrouw van Antonij de Bruijn, dagloner wonende te Teteringen, door Hendrina van de Langerijt, dienstmeid wonende te Prinsenhage en door Johanna Jansen, dienstmeid wonende te Bavel, aan Francois Maurice Clement van Steenzel, burgemeester van Gilze en Rijen, om in hun naam en ook voor hun broer en zusters, namelijk Wouter Janssen, schoenlapper wonende te Oosterhout, Maria Jansen en Jacoba Jansen, dienstmeiden wonende te Ginneken en bovendien ook voor de neven en nichten van Antonij de Bruijn, namelijk Jan Adriaansen, actief soldaat, Antonij Adriaansen, dienstbode wonende te Breda en Petronella Adriaansen, dienstmeid wonende te Teteringen, de ontzegeling en zaken m.b.t. alle genoteerde goederen en papieren te regelen uit de successie van hun neef wijlen Jean Baptiste Jansen, overleden te Gilze op 10 mei 1813. In aanwezigheid van de getuigen Jacobus van Miert en Adriaan van den Brule.
  • Francois Maurice Clement van Steenzel, wonende te Gilze, burgemeester, procureur van beroep, Machtiging afgegeven door de erfgenamen Petronella Jansen, huisvrouw van Antonij de Bruijn, dagloner wonende te Teteringen, door Hendrina van de Langerijt, dienstmeid wonende te Prinsenhage en door Johanna Jansen, dienstmeid wonende te Bavel, aan Francois Maurice Clement van Steenzel, burgemeester van Gilze en Rijen, om in hun naam en ook voor hun broer en zusters, namelijk Wouter Janssen, schoenlapper wonende te Oosterhout, Maria Jansen en Jacoba Jansen, dienstmeiden wonende te Ginneken en bovendien ook voor de neven en nichten van Antonij de Bruijn, namelijk Jan Adriaansen, actief soldaat, Antonij Adriaansen, dienstbode wonende te Breda en Petronella Adriaansen, dienstmeid wonende te Teteringen, de ontzegeling en zaken m.b.t. alle genoteerde goederen en papieren te regelen uit de successie van hun neef wijlen Jean Baptiste Jansen, overleden te Gilze op 10 mei 1813. In aanwezigheid van de getuigen Jacobus van Miert en Adriaan van den Brule.
  • Antonij de Bruijn, wonende te Teteringen, dagloner van beroep, Machtiging afgegeven door de erfgenamen Petronella Jansen, huisvrouw van Antonij de Bruijn, dagloner wonende te Teteringen, door Hendrina van de Langerijt, dienstmeid wonende te Prinsenhage en door Johanna Jansen, dienstmeid wonende te Bavel, aan Francois Maurice Clement van Steenzel, burgemeester van Gilze en Rijen, om in hun naam en ook voor hun broer en zusters, namelijk Wouter Janssen, schoenlapper wonende te Oosterhout, Maria Jansen en Jacoba Jansen, dienstmeiden wonende te Ginneken en bovendien ook voor de neven en nichten van Antonij de Bruijn, namelijk Jan Adriaansen, actief soldaat, Antonij Adriaansen, dienstbode wonende te Breda en Petronella Adriaansen, dienstmeid wonende te Teteringen, de ontzegeling en zaken m.b.t. alle genoteerde goederen en papieren te regelen uit de successie van hun neef wijlen Jean Baptiste Jansen, overleden te Gilze op 10 mei 1813. In aanwezigheid van de getuigen Jacobus van Miert en Adriaan van den Brule.
  • Johanna Jansen, wonende te Bavel, dienstmeid van beroep, Machtiging afgegeven door de erfgenamen Petronella Jansen, huisvrouw van Antonij de Bruijn, dagloner wonende te Teteringen, door Hendrina van de Langerijt, dienstmeid wonende te Prinsenhage en door Johanna Jansen, dienstmeid wonende te Bavel, aan Francois Maurice Clement van Steenzel, burgemeester van Gilze en Rijen, om in hun naam en ook voor hun broer en zusters, namelijk Wouter Janssen, schoenlapper wonende te Oosterhout, Maria Jansen en Jacoba Jansen, dienstmeiden wonende te Ginneken en bovendien ook voor de neven en nichten van Antonij de Bruijn, namelijk Jan Adriaansen, actief soldaat, Antonij Adriaansen, dienstbode wonende te Breda en Petronella Adriaansen, dienstmeid wonende te Teteringen, de ontzegeling en zaken m.b.t. alle genoteerde goederen en papieren te regelen uit de successie van hun neef wijlen Jean Baptiste Jansen, overleden te Gilze op 10 mei 1813. In aanwezigheid van de getuigen Jacobus van Miert en Adriaan van den Brule.
  • Maria Jansen, wonende te Ginneken, dienstmeid van beroep, Machtiging afgegeven door de erfgenamen Petronella Jansen, huisvrouw van Antonij de Bruijn, dagloner wonende te Teteringen, door Hendrina van de Langerijt, dienstmeid wonende te Prinsenhage en door Johanna Jansen, dienstmeid wonende te Bavel, aan Francois Maurice Clement van Steenzel, burgemeester van Gilze en Rijen, om in hun naam en ook voor hun broer en zusters, namelijk Wouter Janssen, schoenlapper wonende te Oosterhout, Maria Jansen en Jacoba Jansen, dienstmeiden wonende te Ginneken en bovendien ook voor de neven en nichten van Antonij de Bruijn, namelijk Jan Adriaansen, actief soldaat, Antonij Adriaansen, dienstbode wonende te Breda en Petronella Adriaansen, dienstmeid wonende te Teteringen, de ontzegeling en zaken m.b.t. alle genoteerde goederen en papieren te regelen uit de successie van hun neef wijlen Jean Baptiste Jansen, overleden te Gilze op 10 mei 1813. In aanwezigheid van de getuigen Jacobus van Miert en Adriaan van den Brule.
  • Jacoba Jansen, wonende te Ginneken, dienstmeid van beroep, Machtiging afgegeven door de erfgenamen Petronella Jansen, huisvrouw van Antonij de Bruijn, dagloner wonende te Teteringen, door Hendrina van de Langerijt, dienstmeid wonende te Prinsenhage en door Johanna Jansen, dienstmeid wonende te Bavel, aan Francois Maurice Clement van Steenzel, burgemeester van Gilze en Rijen, om in hun naam en ook voor hun broer en zusters, namelijk Wouter Janssen, schoenlapper wonende te Oosterhout, Maria Jansen en Jacoba Jansen, dienstmeiden wonende te Ginneken en bovendien ook voor de neven en nichten van Antonij de Bruijn, namelijk Jan Adriaansen, actief soldaat, Antonij Adriaansen, dienstbode wonende te Breda en Petronella Adriaansen, dienstmeid wonende te Teteringen, de ontzegeling en zaken m.b.t. alle genoteerde goederen en papieren te regelen uit de successie van hun neef wijlen Jean Baptiste Jansen, overleden te Gilze op 10 mei 1813. In aanwezigheid van de getuigen Jacobus van Miert en Adriaan van den Brule.
  • Antonij Adriaansen, wonende te Breda, dienstbode van beroep, Machtiging afgegeven door de erfgenamen Petronella Jansen, huisvrouw van Antonij de Bruijn, dagloner wonende te Teteringen, door Hendrina van de Langerijt, dienstmeid wonende te Prinsenhage en door Johanna Jansen, dienstmeid wonende te Bavel, aan Francois Maurice Clement van Steenzel, burgemeester van Gilze en Rijen, om in hun naam en ook voor hun broer en zusters, namelijk Wouter Janssen, schoenlapper wonende te Oosterhout, Maria Jansen en Jacoba Jansen, dienstmeiden wonende te Ginneken en bovendien ook voor de neven en nichten van Antonij de Bruijn, namelijk Jan Adriaansen, actief soldaat, Antonij Adriaansen, dienstbode wonende te Breda en Petronella Adriaansen, dienstmeid wonende te Teteringen, de ontzegeling en zaken m.b.t. alle genoteerde goederen en papieren te regelen uit de successie van hun neef wijlen Jean Baptiste Jansen, overleden te Gilze op 10 mei 1813. In aanwezigheid van de getuigen Jacobus van Miert en Adriaan van den Brule.
  • Petronella Adriaansen, wonende te Teteringen, dienstmeid van beroep, Machtiging afgegeven door de erfgenamen Petronella Jansen, huisvrouw van Antonij de Bruijn, dagloner wonende te Teteringen, door Hendrina van de Langerijt, dienstmeid wonende te Prinsenhage en door Johanna Jansen, dienstmeid wonende te Bavel, aan Francois Maurice Clement van Steenzel, burgemeester van Gilze en Rijen, om in hun naam en ook voor hun broer en zusters, namelijk Wouter Janssen, schoenlapper wonende te Oosterhout, Maria Jansen en Jacoba Jansen, dienstmeiden wonende te Ginneken en bovendien ook voor de neven en nichten van Antonij de Bruijn, namelijk Jan Adriaansen, actief soldaat, Antonij Adriaansen, dienstbode wonende te Breda en Petronella Adriaansen, dienstmeid wonende te Teteringen, de ontzegeling en zaken m.b.t. alle genoteerde goederen en papieren te regelen uit de successie van hun neef wijlen Jean Baptiste Jansen, overleden te Gilze op 10 mei 1813. In aanwezigheid van de getuigen Jacobus van Miert en Adriaan van den Brule.

Opmerking


Notaris: J.L. Wiercx


Bronvermelding

Stadsarchief Breda te Breda, Notariële archieven
Notariële archieven Ginneken en Bavel 1811-1841, Bron: repertoire, Deel: 4874, Peri..., Ginneken en Bavel, inventaris­num­mer 4874, 9 juli 1813, J.L. Wiercx, Repertoire, 1813, aktenummer 90, folio 7


Deze gegevens zijn voor het laatst op 28 januari 2014 door de bronhouder bijgewerkt en voor het eerst gepubliceerd op Open Archieven op 5 juli 2016.



Webadres

  • https://stadsarchief.breda.nl/collectie/archief/genealogische-bronnen/deeds/10b39afe-55f3-8876-73a9-f9b32c5fdaf1
  • https://www.openarchieven.nl/brd:10b39afe-55f3-8876-73a9-f9b32c5fdaf1



Commentaar

Bent u de eerste persoon die aanvullende informatie levert?


Scan

Scan

Klik op de afbeelding om het te vergroten of download de afbeelding

Meer uitleg over Notariële archieven

Zoek uw voorouders en publiceer uw stamboom op Genealogie Online via https://www.genealogieonline.nl/