No. 175
Heden negentien Maart negentienhonderd dertien
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan:
Willem Andries van Oostveen,
letterretter, geboren en wonende alhier, ou
een en dertig jaren, meerderjarige zoon van
Willem van Oostveen, metselaar, en
Cornelia Margaretha de Vos, zonder beroep,
beiden wonende alhier, en
Elisabeth van der Paardt, zonder
beroep, geboren alhier, wonende in de gemeente
sloten in Noord-Holland, oud vijf en twintig
jaren, meerderjarige dochter van Nicolaas
van der Paardt en Elisabeth Ida Cuphe
mia Dandrea, beiden overleden
De beide afkondigingen tot dit huwelijk zijn onverhinderd geschied, alhier en in
de gemeente sloten voornoemd, den negenden
en zestienden dezer
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden,
Als getuigen waren tegenwoordig: Tranciscus van Oost-
veen, timmerman, oud zes en twintig jaren
Andries van Oostveen, metselaar oud acht
en twintig jaren, beiden broeder des echtgenoots
Johannes Willem Adrianus Paans, zwager der
echtgenoote, letterzetter, oud twee en dertig ja
ren, en Coenraar Wouter van Dirpenhuizen,
sigarenmaker, oud twee en twintig jaren, al
len wonende al hier
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
No. 176.
640
Heden negentien Maart negentienhonderd dertie
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan
Gerardus Johannes Alphonsus
Koning, sigarenmaker, geboren en wonen
de alhier, oud -drie en twintig jaren, meer-
derjarige zoon van Leonardus Johannes Ko-
ning, diamantslijper, en Maria Elisabeth
Gerardina Bruijn, zonder beroep, beiden
wonende alhier, en
Theodora Brummelaar, zonder beroep,
geboren en wonende alhier, oud drie en twin
tig jaren, meerderjarige dochter van Theodorus
Brummelaar overleden, en Wilhelmina
Alida Letteboer, zonder beroep, wonende al-
hier. De ouders des bruidegomsen de moeder
der bruid verklaarden, voor mij tegenwoordig, toe
te stemmen in dezen echt.
De beide afkondigingen tot dit huwelijk zijn onverhinderd geschied, alhier den
negenden en zestienden dezer
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waten tegenwoordig: Johan Rudolf Holtgruve,
timmerman, oud een en veertig jaren, George
Karel Letteboer, oom der echtgenoote koofman-
oud vier en veertig jaren, Cornelis van Dijk, kleer
maker, oud vier en twintig jaren, en Arend
Luijtink, kleermaker oud een en twintig
jaren, allen wonende alhier
W. A. van Oostvan F van Oostveen
E v d. Paardt A.o. Oostveen
J. Kooring
J. W. A. Paars.
W: v: Dupenhuize
Waarvan akte, welke over
g de wet is voorgelezen.
G Het Koning J. B Holfgrewve
K Letbaen
Th Brummelaar
J v DijG
Nooing
L J Koning
A E G Brnir Huyhel
W. A Lettbar