NNo. 836
Heden achtentwintig November negentienhonderd drie en twintig
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan je gaan
Anthonius Hermanus Houter
Sterk, voerman, geboren en wonende al
hier, oud zesenveertig jaren, meerderja„
rige zoon van Jacobus Sterk, en Maria
Louisa Geiger, beiden overleden, en
Hendrika Louise Hagesteyn, zon
derberoep, geboren en wonende alhier,
oud vier en veertig jaren, meerderjarige
dochter van Bernardus Hermanus
Hagesteijn. en Catharina Carolina
Mooijen, beiden overleden
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den Zeven
tienden dezer maand
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig: Beinardus Hermanus
Hagesteyn, broeder der echtgenoote
duamantslijper, oud een envyftig
jaren en Jacobus Anthonius Stroeve
werkman, oud eenenzestig jaren,
beiden wonende alhier
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
No. 837
Heden achtentwintig November negen
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan
Josephus Johannes de Schepper, tin
merman, geboren en wonende alhier, oud
twee endertig jaren, meerderjarige zoon
van Josephus de Schepper, timmer
man, en Christina Wilhelmina van
Leeuwen, zonder beroep, beiden wonende
alhier, en
Martha, Gerhardina Antonia
Hamstra, zonder beroep, geborenen
wonende alhier, oud twintig jaren.
minderjarige dochter van ger Ham
stra, oud negenenveertigaren, bootwerker
en Maria Hisabeth Denekamp, oud
negenendertig jaren, zonder beroep, beiden
wonende alhier De ouders derbruid ver
klaarden, voor mij tegenwoordigtoe te
stemmen in dezen echt.
,De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den Zeven
tienden dezer maand
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staa
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig Zeonardus Fancisca
Belderok, zwager des echtgenoots
assistent der posterijen, oud eenen
veertig jaren, en Jan Tellekamp
Booland, werkman, oud vierentwin
tig jaren, beiden wonende alhier.
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
A. H W Sterk B H. Hagesteijn
H. L. Hagesteyn. J A Stroeve
HOOl.
L:F Belderk:
Cdeschepp
M G. A Hamstra J Telbehanis Boolau
kevol
O Tamstra
M E Denekamp