No. 803
Heden tien October negentienhonderd twaalf
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan:
Gerard Roelofs, kantoorbediende,
geboren en wonende alhier, oud twee en twin„
tig jaren, meerderjarige zoon van Andries Roe-
lofs, makelaar, wonende alhier, en Anna
Maria Palthe, overleden, en
Christina Wagenaar, zonder beroep,
geboren en wonende te Leiden, oud vijf en
twintig jaren, meerderjarige dochter van Johan-
nes Wagenaar, werkman, en Elisabeth van der
Linden, zonder beroep, beiden wonende te Lei-
den.
De vader des bruidegoms en de ouders der
bruid verklaarden, voor mij tegenwoordig, toe te
stemmen in dezen echt.
De beide afkondigingen tot dit huwelijk zijn onverhinderd geschied, alhier en
te Leiden, den twee en twintigsten en negen
en twintigsten September laatstleden.-
Bruidegom en bruid verklaarden bij deze te er-
kennen, de eerste met toestemming der tweede,
een kind, genaamd Johannes Wagenaar, op acht
Augustus negentienhonderd tien te Leiden geboren:
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig: Andries Roelofs, zonder beroep,
oud vier en dertig jaren, Johan Christiaan Roelofs,
kantoorbediende, oud vier en twintig jaren, beiden broe-
der des echtgenoots, Frederik Kuypers, zonder beroep, oud
acht en dertig jaren, en Franciscus Pieter Ruisch, kan„
toorbediende, oud twee en veertig jaren, beiden zwager
des echtgenoots, allen wonende alhier.
No. 804.
Bij vonnis der
Arrondissements-
Rechtbank te Amster
dem van vijf en
twintig Juni ne;
gentienhonderd
vijftien is het in
nevensstaande
akte vermelde hu„
welijk door echt.
scheiding ontbon
den verklaard.
Ingeschreven in
het register van Hu¬
weliken in Echt¬
scheiding en num.
mer één a, folio
negentien verso
te Amsterdam
teden zeventien
Augustus negen„
tienhonderd vijf,
tien.—
Bredee
Heden tien October negentienhonderd twaal
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan:
Johannes Franciscus van der Poll,
directeur eener fabriek, geboren alhier, wonende te
Utrecht, oud zeven en twintig jaren, weduwnaar
van Suzanna Frederica Robijn, meerderjarige
zoon van Daniel Herbert van der Poll, deurwaar
der, en Geertruida van Gelder, zonder beroep, beiden
wonende alhier, en
Casperdina Louisa Jacomina Huque
nin, zonder beroep, geboren en wonende alhier,
isaac Jacob Huguenin, winkelier, en Johan
oud zeventien jaren, minderjarige dochter van
na Maria Menting, zonder beroep, beiden
wonende alhier. Beider ouders verklaarden, voor
mij tegenwoordig, toe te stemmen in dezen echt-
De beide afkondigingen tot dit huwelijk zijn onverhinderd geschied, alhier en te
Utrecht, den twee en twintigsten en negen en
twintigsten September laatstleden
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig: Daniel Herbert Boode, spoorweg
ambtenaar, oud drie en vijftig jaren, Mathias Nicolaas
Roos, ambtenaar aan de Nederlandsche Bank, oud vijf
en veertig jaren, Joseph Jacobus Wilhelmus Johannes
Huguenen, broeder der echtgenoote, winkelchef, oud twee
en twintig jaren, en Jan Pothoff, kapper, oud drie
en dertig jaren, allen wonende alhier.
C. Coelop.
A Roelop
JOhlRoecop
E Wuyenuur
Jfb Schelken
A Roelofs
Stenge
J Wayenvarz F Prinnk
E vd Linden
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
AVan der Poer
J M. Menting
D. B Boode
ie
Mugsher
G Han Gelderseakhor
dolaerder
J Huge
Noo
Toth