R
onder dehant
goedgekeurddel
tingen van drie
woorden in den
vijftienden regelde
„ den bladigde vanot
afgerekend.
V.7
J.M. R. A
E
102.
Jar
75
GG. Cet
N.o 2618.
Boedelbeschrijving
Op heden den acht en twintigsten December achttien
honderd negen en tachtig
heb ik Gerrit Cornelis Merens, Notaris, resideerende te Haar
„lem, provincie Noord-Holland, mij begeven ten stafhuize van
Vrouw Wilhelmina Theodora van der Horst Serlé, in
leven zonder beroef, weduwe van den Heer Pieter Rouwenhorst
Mulder, gewoond hebbende aan de Zijlvest, numero 25
te Haarlem en aldaar op den vijftienden December achttien
honderd negen en tachtig overleden, zonder bloedverwanten in de
rechte lunde te hebben nagelaten en heb ik aldaar tot bewarm
van de rechten van partien en vawallen die daarbij belang mo
„gen hebben in tegenwoordigheid der na te naemen getuigen
beschreven alle de goederen behoorende tot de nalatenschap
van genoemde erflaatster
En zulks ten verzoeke en in tegenwoordigheid van den heer
Johannes Jacobus Sams van Hamel, Commissionuair
in effecten wonende te Haarlem, in zijne hoedanigheid van
uitvoerder der uiterste wilsbeschikkingen van genoemde erf
laatster en zulks wegens de afwezigheid van den Heer
Anthony Thomas Lubertus Rouwenhores Mulder
zich bevindende in Japan en als zoodanig optredende krach
„tens haar testament verleden op den acht en twintigsten Au
gustus achttienhonderd vijfen tachtig ten omrstaan van mij
Notaris en getuigen te Haarlem, na doode geregistreerd
Voorts in tegenwoordigheid
ten eerste van Mejuffrouw Jacoba Maria Rouwen.
horst Mulder, ongehuwd en zonder beroep, wonende te
5 Cerdrinkige
ten tweede van den Heer Meinardus Cohen Stuart, procureur
wonende te Alkmaar, in hoedanigheid van bij lastgeven
in de maand December achttienhonderd negen en tachtig
te Alkinair en Amsterdam (geteekend en na vooraf door den
lasthebber in tegenwoordigheid van mij Nootaris en der na
te noemen getuigen voor echt erkend en ten blijke daarvan
door hem en mij Notaris en de getuigen geteekend te zijn, aan
de minute dezer akte geheclit, ten deze gemachtigd
—
ten eerst door Mejuffrouw Anna Carolina Elisabeth
Cohen Stuart, ongehuwd en zonder beroep, wonende te Alkmaar
ten tweede door Mejuffrouw Petronella Wilhelmma Co
hen sturart, engehuwd, onderwijzeresse, wonende te Alkmaar
ten derde door Mejuffrouw Jacoba Maria Cohen Stuart
ongehuwd en zonder beroep, wonende te Alkmaar
en ten vierde door den heer Karel Anthonie Cohen Stuart
zonder berorp, Candidaat in de Rechten, wonende te Amsterdam
ten derde an den Heer Meinardus Cohen Stuant, voor
noemd, in hoedanigheid van bij lastgeving in de maand De„