Op den achttienden Juny des jaars achttien honderd zes en van
voormiddags ten tien ure
er requisitie en in tegenwoordigheid -
van Mynfrouw Heintje Levy Carels, weduwe van den Heer
Mozes Wolf Consenheim, zonder beroep, wonende te Uithoorn in de
Schans Nommen 121.
Eerstelyk: uit eigen hoofde, als zynde de requirante, volgens hare ver
klaring met haren genoemden overledenen man, zonder het maken van
eenige huwelyksche voorwaarden onder de voormalige Fransche wetgeven
in gemeenschap van goederen gehuwd geweest
sentweide: en hoedangheid als uit voorsten der uiterste wils - beschik
kingen van haren genoemden echtgenoot met magt van bezitne
kaartoe benoemd by diens uitersten wil, op den derden September des
Jaars achttien honderd vier en viertig, ten overstaan van den onderge
teekenden Notaris in tegenwoordigheid van getuigen te Uithoorn ver
leden thans behoorlyk geregistreerd; en —
Ten derde: als krachtens bovengemelden uitersten wil benoemd tot
erfgename in het ten haven behoeve beschikbaar gedeelte, zynde
Vermits het bestaen van Vier kinderen, door haren genoemden echtge
noot met zyne eerste huisvouw na wyle Mejufvrouw Esthen de
Vries verwekt, een vyfde gedeelte der nalatenschap van denzelven
aflaten.
Mejufvrouwe Maria Consenheim, huisvrouw van intesen
deze by gestaan door den mede comparerenden Heer Machiel
Blom, koopman, wonende onder de gemeente Mydrecht,
De Heer Abraham Levy Carels koopman, wonende te
Amsterdam op de Sint Anthonie Brustraat boven nommer 56,
in hoedanigheid als voogd over de minderjarigen Samuel Con
senheim - Wolf Mozes Consenheim en Levy Consenhuim,
door nu wijlen den Heer Mozes Wolf. Consenheim in huwelyk
Verwekt by zyn thans mede overledene huisvrouw Efthen de Vries
tot die hoedanigheid door denzelven Heer Mozes Wolf Consente
als langstlevende den ouders, by het in den hoofde dezen gemelde
testament, benoemd
Zynde voormelde Jufvrouw Maria Consenheim huur
van den Comparant Machiel Blom met en benevens de ten
deze vertegenwoordigde minderjarigen Samuel - Wolf Mozes
en Levy Consenheim zoo volgens de wet als krachtens den
in den hoofde dezen vermelden en tersten wil bevoegd en geregtig
zich als eenig nagelaten kinderen en afkomelingen, tezamen
en voor gelyke deelen te noemen en gedragen als erfgenaa„
voor vier vyfde gedeelten den nalatenschap van den Heer
Mozes Wolf Consenheim, in leven Koopman en goude
Zilven