16

6

die de Souverain nu met zijn Authoriteit bij het verlee„

nen van een Nieuw Octroij kan remedieren en tegen

gaan; men zal dezelve maar aanroeren, de gevolgen

zullen daar van zelfs uijt voortvloeyen zoo wel als

de noodzakelykheid van kragtdadig daar tegens te

moeten waaken.

1: De Engelsche brenger veeltijds (wanneer de Slaven

in hunne Collonues zwakker in prijs zyn dan in de

onze) dezelve derwaarts; dit diende of geheel verboden

of daar op zodanige recognitus gesteld, die hen buiten

staat stelden, om hunne slaven tot minder prijzen

te geven dan d’ Jngezeetenen van den staat de hunne„

2:e Die Natie Laad zomtyds, in onse eige Collonies

te vragt naar enige stavens van de Republicq, dit

diende absoluit verboden te worden, en niet gepermit„

teerd, dan wanneer en geen schepen van den staat

in zodanige Collonies leggen.

3:' Dezelve brenger ook alle soorter van Europiaansche

Manufactuuren in onze Collonies; waar door onze

eigen schepen de hunne niet konnen verkoopen: dit

behoorde mede niet dan op zware recognities te konnen

geschieden.

Men zal mogelijk hier tegens opponeeren, dat daar

en tegen onze Collonies, door de Engelsche uijt Nieuw

Nederland van alle soort van Proviande worden voor„

zien, diese onmogelyk konnen missen, maar daar tegens

heeft men hier Gepermitteerd mallassis of Siroop te laden

daar men dezelve, ook stipt aan diende te bepalen; als

men dit Articul zelfs wat nader ondersogt, zou men

mogelyk met dier Invoer moeyelyk te maken, Occasie

geven, dat men met voordeel de Proviande direct uijt

de Republicq in onze Collonus zoude konnen aanbren„

gen, en veel abuijzen tegen gaan, waar toe die per„

missie van Uijtvoer van Mallassis veeltyds den Vogt

geeft, want men is in staat te konnen toonen

17

hoe die Natie ons selfs in onse eygen Collonies onderen

kruypt, dat in ’'t vervolg van de grootste Consequen„

ties kan zijn voor den handel van den Staat

wanneer Europa tot Vrede komt, en men dan

Clandestin en ondershands voort zal gaan uijt

te werken, dat men nu fiafacti met geweld doet

daar men het altyd heeft op toe gelegt, namentlyk

de ruine van den handel en Commercie van de

Republicq.

A:o Men diende voor al te sorgen, dat d’ Engelsche

geen retouren quamen inkoopen in onze Collonies

(zoo als men in de laaste Vrede of liever voor de

Jongste troubles heeft gedaan) in zoo verre dat

men aan S.t Eustatius honderden Kuipers aan

gedequiseerde Engelsche vaten heeft zien werken

om de Fransche suijker, daar in over te korten,

die dus op Engelsche Namen in Engeland is over„

gebragt: gaande dit zoo verre, dat die Natie de

Ruwe suykeren die in Europa maar 4 Groot waar„

dig waren tot 6i en hoger in onze Collonies opjaag„

den; waar door de Nederlandsche scheepen, die

de Markten moesten volgen 30 a 40 pC=to op hunne

tevouren hebben verloren of met fout vracht

’t huys komen.

5:e Dat alle Roffinaderijer in de Collonies moest

verbieden; aldaar niet dan tot schade van de

alhier opgeregte, ja zelfs derzelver ruine staande

te houden; deze Twee laaste Articuls hebben meer

dan eens voor haar Hoog Mog. geventileerd en

zyn aldaar in het brede toen gedetailleert door

de Gezamentlijke Raffinaarderijer, en andre Ne„

gotianten, waar aan zig refereert.

C:e Dat men in de Collonies in America geen