8
meede verder het geen door Bewindhebberen
den 30 December 1791
uitmeekende de vergadering van Tienen,
en dis uit hoofde van het gemeene Lighaam
der Compagnie plag te geschieden / als zynde
het den kleeld van de Vergadering van
Fienen en presidiale kamer weg genomen
tans door de Heeren Haar Hoog Mog. Gedepu
teerdens als tot de Directie der west Indische
zaker gecommitteerd, behoorde bestierd en
afgedaan te worden; en dat uit dit prinape
kunnen afgeleid worden de Meeste antwoor
„den.
Ad 1
Dat deeze Commissien zullen geteekend worden
door Een Lid en Minister van de opper directie
en voor zo verre zulks nodig is in Planko
gezonden aan de departementen, welke dezelve
ingevalt na de Colonien zullen zenden met
op de kant Bijtevoegen deeze woorden
uitgegoeven in ’t Departement &=a
Ad: 2. Dat bij Provisie de zelve zullen Continueren
op den Eed by den aanvang van Hunne
bediening
den 30 december 1791
Ad: 3
Ad: 4
9
bediening gedaan, voor zo verre die nog van
Aplicatie kan zyn; en zullen de Cassiers
Commiesen van koopmanschappen, en alle
de sulke die Cautie gesteld hebben, voor hunne
pecunieele administratie ten behoeven van
de Compagnie deszelver Borgtogt op de
gevoeglijkste wijze vernieuwen, ten behoeven
van de Opper directie uit Naam van
Haar Hoog Mogende.
Dat de Commissarissen zullen Continueeren
in de Directie en Aeministratie van al het
geene locaal en suishoudelyk is, en zullen
omtrent al het geen van Eenig aanbelang
is; of welke de directie van ’t geheele lichaam
Regardeert, de Intentie vande Heeren Haar
Hoog Mog: gedeputeerdens inneemen, aan
wien alleen de aanschrijving en geven van
orders naer de Colonien blijft gedemandeert
Dat hier meede dit Jaar kan worden
gecontinueerd onder Reserve van zodanige
schikkingen, als in ’t vervolg zullen beraamt
worden