61
Van Macassar den 20 Mey 1756.
van oedjong Tana op, en is onlangs getrouwt met
de Dogter van Caraeeng Barombong dat een Mac=
=casaars Prins is, voor zyne natie zeer geporteert,
zynde hij den laasten der Rebelle die in submissie
is gekomen, en daar om is mijn dat huwelyk in den
beginne na denkelijk te voore gekomen of het ook
met in sigt was om zyn wagt tegens dies broeders
te verstercken dog ik hebbe over zyn gedrag de
minste reden niet van klagen te meer om dat zig
tans ook vrij gemagtig der toont tegens zijn broe=
=der, behalven het gepasseerde ten opsigte van
Lamoerde hier voorwaards aengehaalt, daar by
tans van af ziet
zijn Hoogheijds zoone zijn van weijnig ver=
„wagtinge en niet Eligibel tot de kroon die moge=
=lyk door haar hoof en moort bedrijven /:die niemand
aen den vader dienst te kennen geven, wil hij zijn
leven niet verliesen :/ na overlijden van zijn Hoogh:=d
door de Boniers zelfs met stokken zullen dood ge=
slagen werden, twee daar van zijn bereeds in bedie=
=ninge van Landvoogdijen gestelt, als Datouwa
Baringang en Aroe Poure
Nog een ouder zoon van zijn Hoogh:d in
name Aroe Tha die mede stem als hier heer
hadde, vonde ik by mijn aankomst int Casteel
gecaiseert, op aendrang van de Rijksgroote daer
van den Pongauwa en den koning van Sopingh
de aanvoerders wanen, en is ook uijt dies ordre
met voor weten van zyn Hoogh:t volgens slands
Wetten aan Campong Boegis op gevat, om dat hem
was te lasten gelegt zijn eijgen suster beswan—
=gert te hebben
Dezen Prins in baldadigheijt door de
oude koninginne groot gebragt en zo wel Boniers
als onderdanen veel overlast doende met steele
van