Van Macassar onder dato 7:' Junij 1751.

Consideratie zoude kunnen leggen

terwijle jnmiddels de benevolentie en

ordre van haar hoog Edelheedens

dien aangaande nagedane voorschrij„

vinge afgewagt zal moeten worden.

Hier na Communiceerde den

heere gouverneur, dat den oppertolk

willem muller had versoek gedaan

dat hem mogt gepermitteert worden

aan de sodanige inlanderen, die hij thans

Emploijeeren moeste en ook be„

„reets geEmploijeert had, om om Exka„

ordinaire bezendingen uijt te vorschen

wat er onder den inlander omgaat

Een matig loon tegeven, dat hem

uijt eijgenbeurse niet wel langer

doenelijk was hebbende buijten gagie

En Costgeld geene voormaals geuseer„

de douceuren ter wereld en aan den

heere gouverneur ook betuijgd dat hier

toe