Van Macassar, onder dato 7:' Junij 1751.

dan voorschrijvinge aan den koning

aldaar, ter obtenun van een der supp:t

toebehoorende pantchielling dewelke

in dit voor Jaar met hem in Conroij

na batavia en van ginter de wil

na dese plaats hebbende weder was

vertrokken en agter gebleven, dog nu

volgens ingekreegen berigt op banjer„

massing zouw vervallen weesen geven„

de zijn wel Edelen gestrenge aan de

leeden in Consideratie of het niet

best weesen zoude het ongeluk

van dien man haar hoog Edelheed:s

bij eerste schrijven voor te dragen

aangesien het Conces in deszelfs

versoek om een pas naderwaarts te

verleenen, ten eenemaal is strijdende

tegens de ordres van wel gemelde

haar hoog Edelheedens blijkens Ex„

tract uijt de aan dese regeeringe

geschreevene