Van Macassar onder dato 22:' 8ber: A„o 1739

Wij hebben verstaan en gesien den brieff die ons

heb toegesonden aangaende de meijning der E: comp: dat

wadzo een bondgenoot derselve soude weesen en sulx

op den 23:' december 1670: soude besloten zijn daar weten

wij niet van, en nu geeft wadjo te kennen dat geen

bondgenoot der E: comp:e is, maar bonij wel en dat die

oorsaak is dat de vrindschap van het Tellong botjo

schap gebroken is, maar alsoo bonij nu stand houden

wil aan het Tellongbotjoschap, daarom zeggen wij

dat bonij de oorsaak is dat de vriendschap van de Ecomp:

gebroken is, en dat de E: comp: ons door den sendeling

madjo heeft laten weeten dat met wadjo in bondgenoot„

schap wilde weesen en ook des selfs vertrouwen op wadjo Ee„

gen de E: comp: gesegt heeft dat ider over de sijne zal

hebben te seggen 'tgeen dat ook door uw: is geaccordeert

waar op den luijtenant en tolk tot teeken dat sulx

wilde accepteeren hebt toegesonden En om dat gesegde

willen nakoomen daarom zijn wij hier gekomen om ook

bewijs te zien van 't geen de E: comp: aan wadjo belooft

heeft gij segt geen andere voor coningin van bonij

te Erkennen dan aroe Timoerong maar deselve heeft

aan het hof vandwadjo gesegt dat geen coninginne

van bonij maar aroe van timoerong, was en ook is

van daar na herwaards gekomen

Translaat Boeginees ge„

schrift door 6: afgesanten we„

gens de Tellongbotjoschap op

den 14: meij in Presentie der

gecommitteerde van bonij en goa

aan de E: Comp: overhandight

Translaat