Januers Ao. 1611.

Ads Primo

Alsoo duer de schaersicheijt van cooplieden die met

dese bloote wst hollant gecomen, andere cooplieden

Noodich hebben te gebruijcken, alsulcxe diemen daer to

van verwilligen, soo hebben daer toe den persoon van

hendric Janss van Groeningen alhier vuijt petan¬

gearriveert met schip delft, wederomme aengenomen

voor coopman te liggen In petanij inde plaetse

van bictor sprinckel, blijvende bij sijne voorige

bedongen visagie te weten tsestich guldens te

maent, welven staende dat hij ter discretie van de

heeren bewinthebberen sal verbeteringe genieten, soo

hij eenige extraordinario proffijten de Comp. e

is doende./

Alsoo alle de persoonen tot Petania leggende dienen

verandert ende van daer gelicht, als alreede hun

qualijc Genuenerende, soo is geordonneert

Mathijs de mere voor ondercoopman aldaer by

hendric Janssz te Liggen

Ende Boort hebbende goede getuygenisse van

pr. hendrixsz van blissingen lange In Petania

gelegen, is de spraecke cunnende, hebben den

persoon verwillicht weder na patania te trecken

met hendric Janssz hem verbindende drij Jaren

voor twaelf gulden ter maent.

voor ons tot verscheyden reijsen Llachten

soo

2

gecomen sijn vande predicanten, en de questie,

tusschen Sacharian Hengium, Matheeus cotiels

e rijmslandt soo hooge geloopen sijn, dat den

breeden raet voor Mijn compste alhier, tot verscheijden

reijsen daer mede is gemoijt geweest, end eyndelijc soo

verre gecomen is, dat den voorsz. Hengius vant schip

Oraingie op een ander is gestelt, en van sijn bedien

op geschrorst, welcke questien al van Isse de

Maijo se eer sijn begost, die Is voorgenomen

hadde Inde fafelbaij af te doen, uE door dien van

den anderen versteecken sijn niet en is geschiet

1