bekend gemaakt is; meer dan 4 grein te ligt zynde,
dan zynse in't geheel buijten Cours gestelt; doch
voor elk grein te ligt word bij den Ducaat 5 kri
en bij de andere specien 4 kr: afgetrokken
Lilveren specien
Rx
Keyzerlyke Koningh, en Saltzburgsche,
voorts andere oude tot 18. f heb Mark
uitgemunte Ryksdaelder.2. 34
Alle Keyserlyke Koningl. en Ryks
stendische volgens den Conventions
voet uitgemunte Rijksdaelders.224
Kalve dito.1.12.
36.
quart dito.
Koningh, Fransche Loof Ryksdr. 2. 43.
1.21.
Kalvedito.
Oude Fransche Ryksde: of Louis
Blanc.2.16.
Alle volgens de Conventie uitgemun„
,te heele Kop stukken, uitgesondert de
Montfortsche.24.
Halve dito.12.
Keyserl: Koningh: en Saltzburgsche
Leventieners.18.
Dito Zeveners.72
15
Keur Vorstelyke Beyersche Twaalvers
6
dito Sexers..
Keyserl: en Saltzburgsche Groschen
3.
4
Saltzburgsche Batzen.
.
2
dito Kalve.
Keur Beyersche en Saltzburgsche
mitsgaders andere oude Land. munten
2h
Keyserlyke Keur Beyersche en
1
Saltzburgsche Kruitsers.
N. alle
Regensburg 1766
Inde voorleede week is de Rhijcks post tus„
„schen Frankfort en Neuremberg dog eygentlyk
tusschen Possenheim, en Langenfeld wederom
gespolieerd geworden; dog de Hollandse brieven
zijn tot die van den 4en deeser incluijs, wel
302.
Missive van den Heer Minister Gallieris
Dat: 13
Rec: 20 Februarij 1766 Hoog Mogende Heeren
Myn Heeren. In de Protestantse Conferentie,
waar van ik in myne Eerbiedigste laatste van den
6en deeser mentie gemaakt hebbe, is van public„
que saaken niets voorgevallen, doordien het nog
traineerende retour van den Ceur Brandenburgsche
Minister den Heer van Plotho, het Protestantse
Corps genoegsaam buyten activiteit houd, en het
is onbegrypelijck waarom syn Edt soo desselfs
presentie te Bayreuth. soo hoogst noodsakelijck is,
niet bij provisie met goedvinding van den Koning
ymand van Syne Heeren Constaters substitueert,
gelyk sulx alhier ten opsigte van andere suf„
„frages, bij absentie of siekte, seer dik wils geprac„
„tiseerd werd
B alle deeze paiement specien of soorten van
scheidemunten worden alleenlijk in Cours gelaaten
ad interim, en tot dat daar ontrent eene nadere Or„
donnantie en versorging van een ander surrogatum
sal zijn uitgekomen, en is niemand gehouden in
eene betalinge van boven de 10. f daar van aan te
neemen, maar kan deselve eischen in hardgeld,
overeenkomstig volgens de conventie, onder welke de
halve Kop stukken, of de tegenwoordige Twaalvers
meede begreepen sijn.