Blader door transcripties » Noord-Hollands Archief
Transcriptie
12. De helft in twee houtakkers gelegen in het Oosteind van Aalsmeer aan
de Ringsloot benevens Jan Prookenbrug, groot ongeveer acht weder belend
ten Oosten en Zuiden den eigenaar en ten noorden de Kingsloot.
Welk perceel aan den overledenen Pieter Willems Lubbeide in
vollen en vryen eigendom is opgedragen bij opdragtbrief op den
twaalfden Maart des jaars achttien honderd acht ten overstaan van
schout en schepenen in den Kanne van Aalsmeer verleden.
Huren
De rendant verklaart dat het perceel hiervoren onder nommer 6 ver
meld mitsgaders de perceelen hiervoren onder nommer (voorkomende
doorloopend zijn verhuurd aan zeen Helder voor twee en zeventig
Gulden per jaar waarvan met kersmis laatstleden een jaar is ver
schuldigd geweest.
Schulden en lasten
De rendant verklaart dat ten laste van desen boedel geene andere
schulden bestaan dan die aan den medicinaë doctor Broekhof,
ter som van zeven gulden vijf en tachtig cent.
Dat de lasten over het jaar achttien honderd zes en veertig wegens
het land in de Hommeespolder gelegen als nog niet bekend zijn
En dat de begrafeniskosten van den overledenen hebben bedra
Aen de som van zes en vijftig gulden.
Titelsen papieren
Afschrift van het testament van Mattje Cornelis Keesse in leven
huisvrouw van den overledenen Pieter Willems Lubbeide op den
negentienden Mei des jaars achttien honderd vijftien ten overstag
van den notaris Willem Noordenhout in tegenwoordigheid van van
tuigen te Aalsmeer verleden thans behoorlijk geregistreerd
waarbij de testatrice tot haren eenigen erfgenaam benoemd
haren man Pieter Willems Liebbende voornoemd
afschrift van den uitersten wil van den overledenen Pieter Wild
lems Lubbeide in den hoofde dezer gemeld
waarbij de testateur legateert
Eerstelijk: aan den requirant Willem Willems Keessen het Huis
en erve met daarbij gelegen teelakker hiervoren onder nommert
omschreven onder den last om gedurende Aen tijd van tien jaren
na het overlyden van den erflater jaarlyks uit te keeren aan de
nieuwe vermaning der Mennonieten demeente op den Uiterweg
eene som van honderd gulden zonder renten; en
Ten tweede, aan denzelven requirant Willem Willems Kussen
en aan de requirante Geertje Willems Keesse weduwe van Wil„
lem Aldert Keesse, komende bij plaatsvulling in de plaatse
van derzelver vooroverleven vader Willem Cornelis Keessen
alle de meubelen, inboedel, lijnwader, mans- en vrouwenkleederen
juweelen, goud en zilverwerken van boeren- en bouwgereed
schappen en alle verdere roerende goederen den erflater toebr
hoorende, welke op zijn overlijden ziek en het door hem bewoond
wordende huis werf tuin en landerijen zouden bevinden.
Verklarende de rendant dat buiten de hiervoren vermelde geene
andere uiterste wil evenmin als eenige papieren niet tot de
zen boedel behoorende gevonden zijn.
Na al het vorenstaande niets ter verdere beschrijving of
verklaring voor dezen Inventaris gevonden zijnde zoo heeft
de rendant Willem Willems Keesse als geweest zynde in het be
zit der goederen tot dezen boedel behoorende voor dat deze be
schrijving heeft plaats gehad met ware woorden overeenkom
stig zijne godsdienstige gezondheid in plaats van eede verklaa
alles wat tot desen boedel is behoorende getrouwelijk en
naar zijn beste wesen te hebben op- en aangegeven zonder daar
van iets te hebben verduisterd noch gezien te heben of te weten,
2. Een teelakker gelegen als voren genaamd Het Danbon ter grootte van
ongeven vijf roeden met ruim twee roeden houtland alles nu of van ons
belend ten Oosten en Noorden de erven van Iacob Pieter Lubbeide ten zien
den en westen Maarten van Leeuwen, doch waarvan een gedeelte be„
hoort te worden afgetrokken als zynde onteegend ten behoeve van
het Haarlemmerman
3. Een houtakkertje, gelegen binnen diks groot ongeveerdue roeden
met een rietzudge daaraan gelegen belend ten Oosten, zuiden en noo
den de erven Dirk Willem Maarsse.
4. Een houtakkertje gelegen als voren groot ruim vijf roeden belend
ten westen en noorder A Bittrie, ten Oosten en Zulden de Westeind
derdijk.
5. Een houtakkertje groot ruim eene roede belend nu of van oudste
Oosten Dirk Aldert Keesse ten noorden de erven Jan Klaasse Vink
6. Het zoogenaamde boogaartje gelegen in de Kalslagerpolded met een
stuk hooi- of weiland daarachter groot ruim zes en vyftig roeden
belend ten Oosten de Drecht ten westen den eigenaar ten zuiden
de erven Dirk Aldert Maaisse ten noorder de uwen Soon Konste
Twee stukken hooi- of weiland gelegen als voren naast elkander
te zamen groot ruim, twee bunders belend ten Oosten den eigendat
ten westen de erven Ian Oudewater en ten Zuiden en Noorden als het
vorige perceel.
8. Een stuk hooi- of weiland gelegen als voren groot ongeveert weeben
ders belend ten Oosten de drecht ten westen de erven Joachim Reg
ren ten Zuiden I Vos en ten Noorden de Huisvaart
9. Een stuk weiland met een stuck veenland daaraan, gelegen als
voren te zamen Groot een bunder ruim dertig roeden belend ten
Oosten de drecht ten westen de Poel en ten Zuiden A. Meyberg
Alle welke perceelen aan Mattje Cornelis Keesse, huisvrouw van
den overledenen Pieter Willems Lubbeide, in vollen en vryen
eigendom zijn opgekomen bij onderhandsche acte van schei„
ding geteekend te Aalsmeer den eersten November achttien
honderd zes en twintig, geregistreerd als volgt "Geregisteerd
te Amsterdam den vijftienden November 1800 zes en twintig
deel dertien folio zes en dertig, verso var een en vervol„
gens Ontvangen voor regt twee gulden veertig cent ƒ2.48
13 opcenten een en dertig en een halve cent ƒ0.31½ 0.31
13 opcenten voor het syndicaat een en dertig en een halve
ƒ — 31=e
cent
ƒ 3.03
De Ontvanger = geteekend = Verster
10. De helft in een Huis en erve staande en gelegen aan de Hommeersdijk benevens
ongeveer acht bunders hooi of weiland daaraan gelegen in de polder de
somineer belend ten ooken en westen de Kingsloot, ten zuiden de ewen
Jan Willem Lubbeide en ten Noorden Willem Willems Keesse
en Jacob Schoute.
11. Drie kampen land genaamd Het poldritje gelegen in het Oosteind
gemeente Aalsmeer te zamen groot ongeveed twee bunders belend
ten Oosten Willem Alderts Maarste, ten westen nu of van ouds
de erven de weduwe Jan Willems Everkens ten Zuiden Het Oost
einde voetpad en ten noorden de Kingsloot
Van welke perceelen de overledene Pieter Willems Lubbeide den
vollen en vrijen eigendom heeft verkregen bij acte van scheidig
in den jare achttien honderd en tien ten overstaan van den notaris
Johannes Keppe te Aalsmeer verleden waarop is aangeteekend
gezeg=d voor zoo ver Aalsmeed betreft bij Commissaris ontvanger
die verponding ressort Amsterdam arrondissement Ouderkerk
fol. 48 N 222 = geteekend = I W Kalkoen.
de Ringsloot benevens Jan Prookenbrug, groot ongeveer acht weder belend
ten Oosten en Zuiden den eigenaar en ten noorden de Kingsloot.
Welk perceel aan den overledenen Pieter Willems Lubbeide in
vollen en vryen eigendom is opgedragen bij opdragtbrief op den
twaalfden Maart des jaars achttien honderd acht ten overstaan van
schout en schepenen in den Kanne van Aalsmeer verleden.
Huren
De rendant verklaart dat het perceel hiervoren onder nommer 6 ver
meld mitsgaders de perceelen hiervoren onder nommer (voorkomende
doorloopend zijn verhuurd aan zeen Helder voor twee en zeventig
Gulden per jaar waarvan met kersmis laatstleden een jaar is ver
schuldigd geweest.
Schulden en lasten
De rendant verklaart dat ten laste van desen boedel geene andere
schulden bestaan dan die aan den medicinaë doctor Broekhof,
ter som van zeven gulden vijf en tachtig cent.
Dat de lasten over het jaar achttien honderd zes en veertig wegens
het land in de Hommeespolder gelegen als nog niet bekend zijn
En dat de begrafeniskosten van den overledenen hebben bedra
Aen de som van zes en vijftig gulden.
Titelsen papieren
Afschrift van het testament van Mattje Cornelis Keesse in leven
huisvrouw van den overledenen Pieter Willems Lubbeide op den
negentienden Mei des jaars achttien honderd vijftien ten overstag
van den notaris Willem Noordenhout in tegenwoordigheid van van
tuigen te Aalsmeer verleden thans behoorlijk geregistreerd
waarbij de testatrice tot haren eenigen erfgenaam benoemd
haren man Pieter Willems Liebbende voornoemd
afschrift van den uitersten wil van den overledenen Pieter Wild
lems Lubbeide in den hoofde dezer gemeld
waarbij de testateur legateert
Eerstelijk: aan den requirant Willem Willems Keessen het Huis
en erve met daarbij gelegen teelakker hiervoren onder nommert
omschreven onder den last om gedurende Aen tijd van tien jaren
na het overlyden van den erflater jaarlyks uit te keeren aan de
nieuwe vermaning der Mennonieten demeente op den Uiterweg
eene som van honderd gulden zonder renten; en
Ten tweede, aan denzelven requirant Willem Willems Kussen
en aan de requirante Geertje Willems Keesse weduwe van Wil„
lem Aldert Keesse, komende bij plaatsvulling in de plaatse
van derzelver vooroverleven vader Willem Cornelis Keessen
alle de meubelen, inboedel, lijnwader, mans- en vrouwenkleederen
juweelen, goud en zilverwerken van boeren- en bouwgereed
schappen en alle verdere roerende goederen den erflater toebr
hoorende, welke op zijn overlijden ziek en het door hem bewoond
wordende huis werf tuin en landerijen zouden bevinden.
Verklarende de rendant dat buiten de hiervoren vermelde geene
andere uiterste wil evenmin als eenige papieren niet tot de
zen boedel behoorende gevonden zijn.
Na al het vorenstaande niets ter verdere beschrijving of
verklaring voor dezen Inventaris gevonden zijnde zoo heeft
de rendant Willem Willems Keesse als geweest zynde in het be
zit der goederen tot dezen boedel behoorende voor dat deze be
schrijving heeft plaats gehad met ware woorden overeenkom
stig zijne godsdienstige gezondheid in plaats van eede verklaa
alles wat tot desen boedel is behoorende getrouwelijk en
naar zijn beste wesen te hebben op- en aangegeven zonder daar
van iets te hebben verduisterd noch gezien te heben of te weten,
2. Een teelakker gelegen als voren genaamd Het Danbon ter grootte van
ongeven vijf roeden met ruim twee roeden houtland alles nu of van ons
belend ten Oosten en Noorden de erven van Iacob Pieter Lubbeide ten zien
den en westen Maarten van Leeuwen, doch waarvan een gedeelte be„
hoort te worden afgetrokken als zynde onteegend ten behoeve van
het Haarlemmerman
3. Een houtakkertje, gelegen binnen diks groot ongeveerdue roeden
met een rietzudge daaraan gelegen belend ten Oosten, zuiden en noo
den de erven Dirk Willem Maarsse.
4. Een houtakkertje gelegen als voren groot ruim vijf roeden belend
ten westen en noorder A Bittrie, ten Oosten en Zulden de Westeind
derdijk.
5. Een houtakkertje groot ruim eene roede belend nu of van oudste
Oosten Dirk Aldert Keesse ten noorden de erven Jan Klaasse Vink
6. Het zoogenaamde boogaartje gelegen in de Kalslagerpolded met een
stuk hooi- of weiland daarachter groot ruim zes en vyftig roeden
belend ten Oosten de Drecht ten westen den eigenaar ten zuiden
de erven Dirk Aldert Maaisse ten noorder de uwen Soon Konste
Twee stukken hooi- of weiland gelegen als voren naast elkander
te zamen groot ruim, twee bunders belend ten Oosten den eigendat
ten westen de erven Ian Oudewater en ten Zuiden en Noorden als het
vorige perceel.
8. Een stuk hooi- of weiland gelegen als voren groot ongeveert weeben
ders belend ten Oosten de drecht ten westen de erven Joachim Reg
ren ten Zuiden I Vos en ten Noorden de Huisvaart
9. Een stuk weiland met een stuck veenland daaraan, gelegen als
voren te zamen Groot een bunder ruim dertig roeden belend ten
Oosten de drecht ten westen de Poel en ten Zuiden A. Meyberg
Alle welke perceelen aan Mattje Cornelis Keesse, huisvrouw van
den overledenen Pieter Willems Lubbeide, in vollen en vryen
eigendom zijn opgekomen bij onderhandsche acte van schei„
ding geteekend te Aalsmeer den eersten November achttien
honderd zes en twintig, geregistreerd als volgt "Geregisteerd
te Amsterdam den vijftienden November 1800 zes en twintig
deel dertien folio zes en dertig, verso var een en vervol„
gens Ontvangen voor regt twee gulden veertig cent ƒ2.48
13 opcenten een en dertig en een halve cent ƒ0.31½ 0.31
13 opcenten voor het syndicaat een en dertig en een halve
ƒ — 31=e
cent
ƒ 3.03
De Ontvanger = geteekend = Verster
10. De helft in een Huis en erve staande en gelegen aan de Hommeersdijk benevens
ongeveer acht bunders hooi of weiland daaraan gelegen in de polder de
somineer belend ten ooken en westen de Kingsloot, ten zuiden de ewen
Jan Willem Lubbeide en ten Noorden Willem Willems Keesse
en Jacob Schoute.
11. Drie kampen land genaamd Het poldritje gelegen in het Oosteind
gemeente Aalsmeer te zamen groot ongeveed twee bunders belend
ten Oosten Willem Alderts Maarste, ten westen nu of van ouds
de erven de weduwe Jan Willems Everkens ten Zuiden Het Oost
einde voetpad en ten noorden de Kingsloot
Van welke perceelen de overledene Pieter Willems Lubbeide den
vollen en vrijen eigendom heeft verkregen bij acte van scheidig
in den jare achttien honderd en tien ten overstaan van den notaris
Johannes Keppe te Aalsmeer verleden waarop is aangeteekend
gezeg=d voor zoo ver Aalsmeed betreft bij Commissaris ontvanger
die verponding ressort Amsterdam arrondissement Ouderkerk
fol. 48 N 222 = geteekend = I W Kalkoen.
Bronvermelding
Noord-Hollands Archief, archieftoegang 186.22, Notariële akten van notarissen te Uithoorn (Nieuw Notarieel Archief Uithoorn), inventarisnummer 11, Gerrit Daniel Boerlage, Minuutakten, 1843-1886, 1847
Scan + Transcriptie
Klik op de afbeelding om het te vergroten en de transcriptie ernaast te zien
Kunstmatige intelligentie (AI)
De transcriptie is door de computer gemaakt via automatische handschriftherkenning.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.