Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 2.10.02, inventarisnummer 1627, pagina 7

Wet de post van den
18en. deser en wel bij let aanwagen
ter hoofaplaats allier van den
Resident persoonlijk, wordten van
sinitans ontvangen 2. brieven van
den assistent residtent aldaar,
de eene gedagteekend 13 deger
No. 365 en de andere van den
15. Aaaraanvolgende No 374.
De inhoud van den
eersten brief vercorloof ik mij
lrier te ortelijk over te brengen.
De begetting van Voen=
=geipinang waarvan gewag is ge=
=maakt in de Se. alinea van
dagerzijdsele missive ot 12. dagen
No. 1150. is dan 8e. dager aangevallen
of liever boschoten van af de
overzijde der Melawie.
Het vijandelijk viur be„
„gen des morgens ten 6 mur,
eindigde eerst te 3ure in den
namiddas en was voorol ge„
=rigt op de aldaar gestationeerde
Mrnisboot N. 62 aan boore
van welk vaartiig de mandoor
Sak
sak tollek vrij ernstig werd
gewond door een schot door het
schaamdael en in de binnen.
vlakke der reijterdij zoodat
de kogel aan de brieten vlakte
is kunnen worden uitgenomen
De aanvallens zijn
geweest eenige Biadjoes (da„
=jaks van de zeidkust) onder
aanvoering van zekeren N.
bang Adam, afkomstig van
Embou, voor den opstand
en ook nu nog woonaehtin
te Nunga Nodh Cellelawie) door
den pangeran djaja van
sintang, onlangs schriktelijk
aangemaand, our zich te
onderwerpen, dock zulkes
geweigerd hebbende
het aantal aanvallers
warot naar losse geruchten
geschat op 100 man.
vorts bevat de laat=
se hierboven aangehaal de
brief Nc 574, hoofdgakelijk het
volgende
Die