Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 2.10.01, inventarisnummer 858, pagina 155

Ministerie niet kunnen bevreemdens, daar ik
my te dien aanzien, mets alleens bezoepen kan
op de missive van den Overledene Gouverneurs
Generaal dt 8 Jecly 1330 45, 665 138, maans
wat meen is, op de opiniet van het Ministerie
zelver, zoodanig als dezelve aan het Koloniaal
Gouvennemen is medegedeeld by depeche van
19 January 1831 A,ts. & en bylagen: Komende
de daarin ontmitkkelde begindelen, betrekker„
„lyk de vage Arbeiders ( mett den meedtent eers„
bied zy zulks gezegd.) aan my too doelmalig
voor, en Zoo Meinig aans gegronde tegens praake
onderhevig, dat ik het pleght rekens, als mijnas
opinie opte geven, dat daarby, in de belangens
der Molonier behoord te wordens geperdisteerd.
Wordende in de aangehaalde Minsterieles mis„
sives onder anderens gezegd, Waarmede ilk my
tens volle vereenig, dat, de inhoud van evens„
„gemeld dehayvens ins verband gebragt mets de
„hierbovens aangehaalde stukkent heeft my dans
,ook genoopt, om aan E. M. hatt gevoelen kems„
„baan te makens, dat de behandeling den Vayer
„anbeidens, na dat de Gouvernements plautaadje
„Voorzorg zal zyn ingetrokken, geaastelyke
aan