Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland
Transcriptie
48
103
weten wijs te maken gelijk hij selve nu wel zien en
begrijpen can dat het onmogelijk: ware banda of amb:
te conne gewinnen wist voorts soo veel verscheijde
andere incidenten en ongelegentheden daer en boven te
alegueren, tot verificatie vande voorgegeve onmogelijkh:t
dat den Cap:n (: soo hij seght:) daer door ook bewogen wierde, te
condescenderen, naer thimor te loopen, alwaer het scheepje
zuijlen zedert gereet gemaect en aengelegt zijnde, om
eenige verversinge naer herwaerts te brengen, soo resol„
veerde men den hoecker de haringh tot in aug=o aente„
houden, om dan de laatste advijsen etc:a over macassar
naer batavia te voeren, en dupon stapte mitsdien jn
zuijlen over daer hij den 27:en junij mede hier quam te
arriveeren, nu vermoede ik dat Jan van dort, den
Commandant van Coupan almede om den thuijn gelegt
en daer toe gedisponeert heeft, dat hij hem naer bat„a
ten eersten zal hebben voortgesonden, want ons
Jacht hooglande op den 9=en Julij hier van gresse arri„
verende wist mij te verseeckeren, dat hij den haring
doe vier dagen verleden, reght voor biema niet boven
een groot mijl waeter van hem perfect gesien ook naer
hem toegehouden en twee zeijn schooten gedaen
hadde om met hem te willen spreecken, dogh hij ging
zijner vaerde en geraekt onder den hoogen hoek van uijt
'tgezight: Jk soude conne dencken dat het ijemant
anders mogte zijn, dan terwijle de schipper soo vast
op sijne kennisse staat, en dat ik niet can presumeren
waer van daen daer omtrent in die tijt, een hollants hoec„
ker int vaerwater can comen, die zijn Coers om de
west soude leggen, soo geeff ik mij voor eerst aendat
geloove over tot dat wij verder int Jaer comen, en
soo, off anders vernemen
drij dagen voorde comste van 't scheepjen Zuijlen op
den 24: Junij leijden wij alhier door vuir en wapenen
de meeste swarigheijt aff, met de gezegende verove„
ringe van 't Casteel samboupo, geweldigh gewou„
nen, maer alleen en enkelijk bij wege van Godes
merckelijk geziene hulpe en bijstant jn eenen
tijt als wij uijt andere besettinge niet vermogens
waren meerder nederlantse militie bij der handt en
inde werken onder vijands muijren terwaecke te
brengen
van
nader
emeer
als
nne
ver„
off het
hebbe
oek qua
wel godd
nt dees
gebragt
Cond
de
en
on
ten
103
weten wijs te maken gelijk hij selve nu wel zien en
begrijpen can dat het onmogelijk: ware banda of amb:
te conne gewinnen wist voorts soo veel verscheijde
andere incidenten en ongelegentheden daer en boven te
alegueren, tot verificatie vande voorgegeve onmogelijkh:t
dat den Cap:n (: soo hij seght:) daer door ook bewogen wierde, te
condescenderen, naer thimor te loopen, alwaer het scheepje
zuijlen zedert gereet gemaect en aengelegt zijnde, om
eenige verversinge naer herwaerts te brengen, soo resol„
veerde men den hoecker de haringh tot in aug=o aente„
houden, om dan de laatste advijsen etc:a over macassar
naer batavia te voeren, en dupon stapte mitsdien jn
zuijlen over daer hij den 27:en junij mede hier quam te
arriveeren, nu vermoede ik dat Jan van dort, den
Commandant van Coupan almede om den thuijn gelegt
en daer toe gedisponeert heeft, dat hij hem naer bat„a
ten eersten zal hebben voortgesonden, want ons
Jacht hooglande op den 9=en Julij hier van gresse arri„
verende wist mij te verseeckeren, dat hij den haring
doe vier dagen verleden, reght voor biema niet boven
een groot mijl waeter van hem perfect gesien ook naer
hem toegehouden en twee zeijn schooten gedaen
hadde om met hem te willen spreecken, dogh hij ging
zijner vaerde en geraekt onder den hoogen hoek van uijt
'tgezight: Jk soude conne dencken dat het ijemant
anders mogte zijn, dan terwijle de schipper soo vast
op sijne kennisse staat, en dat ik niet can presumeren
waer van daen daer omtrent in die tijt, een hollants hoec„
ker int vaerwater can comen, die zijn Coers om de
west soude leggen, soo geeff ik mij voor eerst aendat
geloove over tot dat wij verder int Jaer comen, en
soo, off anders vernemen
drij dagen voorde comste van 't scheepjen Zuijlen op
den 24: Junij leijden wij alhier door vuir en wapenen
de meeste swarigheijt aff, met de gezegende verove„
ringe van 't Casteel samboupo, geweldigh gewou„
nen, maer alleen en enkelijk bij wege van Godes
merckelijk geziene hulpe en bijstant jn eenen
tijt als wij uijt andere besettinge niet vermogens
waren meerder nederlantse militie bij der handt en
inde werken onder vijands muijren terwaecke te
brengen
van
nader
emeer
als
nne
ver„
off het
hebbe
oek qua
wel godd
nt dees
gebragt
Cond
de
en
on
ten
Bronvermelding
Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland, archieftoegang 1.04.02, Inventaris van het archief van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), 1602-1795 (1811), inventarisnummer 1275, Heren Zeventien en kamer Amsterdam, INGEKOMEN STUKKEN UIT INDIË, Overgekomen brieven en papieren, Overgekomen brieven en papieren uit Indië aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam, Overgekomen brieven en papieren uit Indië aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam, 1671 JJJJ. Derde boek: Batavia's ingekomen brievenboek, deel I
Scan + Transcriptie
Klik op de afbeelding om het te vergroten en de transcriptie ernaast te zien
Kunstmatige intelligentie (AI)
De transcriptie is door de computer gemaakt via automatische handschriftherkenning.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.