Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.01.02, inventarisnummer 11719, pagina 7

Sweeden, niet tegenstaande den soberen Staat
der fransche financien, met een goede somme
gelds behulpelyk te sullen zyn.
Van Venetien word nog wijders geadviseert,
dat men aldaar versche brieven van constan„
„tinopolen hadde ontfangen, meldende, dat de
Corta het escorteeren van den Koning van
Sweeden door Colen impracticabel hebbende
geoordeelt, geoffereert hadde Syne Sweedsche
Majesteit met eenige van hare schepen na
Vrankrijck te laaten convoijeeren, het welk,
indien het quame te gebeuren, men om soo
veel te meer reeden vermeint te hebben, om
te approhendeeren, dat men ten opsigte van
de verlangde Sweedsche verklaaringe, van de
Rys-Provincien niet te sullen molesteeren,
gelyk den Czaar met de koningen van
Deenemarken en Colen sulks aan haar hant
gedeclareert hebben, niet met den koning
van Sweeden, en by gevolg ook niet met de
guarantie van den Keiser, Groot Brittannien
en den Staat daar ontrent sal kunnen te
regt raaken, maar misschien in sulken geval
genoodsaaht worden sig te resolveeren tot
het voeren en neemen van sterkere taal
en mesures tegens Sweeden: hebbende onder„
stusschen den Heere Ryhs- Vice-Cancelier
eergisteren aan my van wegens den Keiser
in antwoord op den inhoud van haar Hoog
Mogende secreete Resolutie en ordres van
den 28e. November laatstleeden op het voorsz:
subject
Weenen.
3.
subject toegevoegt, dat deselve Declaratie alhier
ook, soo wel van wegens den Czaar, als van
wegens de koningen van Deenemarken en Polen,
even soo gelyk als aan haar Hoog Mogende
geschied zynde, syne Keiserlyke Majesteit daar
ontsent ten eenemaal van deselve bevattinge en
van het eigenste sentiment met haar Hoog
Mogende was geweest, gelyk deselve sulx buiten
twijffel hort na het afgaan van de voorschreeve
Resolutie aan my, door den Heere Grave van
Sintzendorff in den Haag souden vernoomen
hebben, en dat de keiser gevolglyk ook syne
Ministers alomme, daar sulx noodig en van
dienst honde zyn, dien aangaande op denselven
voet gelast en geinstrueert hadde, gelijk haar
Hoog Mogende de haare gedaan hadden, met dat
byvoegsel alleenig aan den Heere Grave van
Schonborn, tot Hamburg, dat hy ook soude
hebben te kennen te geeven, dat indien de een
of de ander van de Carthijen sulks niet
soude willen nakomen, en sig daar na con„
efformeeren, maar sig onderstaan eenige van de
Ryhs-Provincien aan te tasten, de keiser en
het Ryck het regt hadden en geauthoriseert
waren, volgens de wetten en constitutien van
het Ryck, en volgens de generale Declaratie
van Oorlog van den keiser ende het geheele
Roomsche Ryck tegens Vrankrijck van den jaare
1702. denselven te houden voor een Stoorder
van de gemeene rust en veiligheid van 't Vaderland,