Blader door transcripties » Gelders Archief
Transcriptie
2758.
Op heden, den twaalfden September
des jaars achttien honderd een en tachtig, zijn voor
Meester Rudolph Abraham Idaard Colenbranter,
notaris te Nijkerk in de provincie Gelderland, in tegen.
woordigheid van Steven van Beek veehonder en den heer
Heindert de Bruin, notarisklerk, bei den inde gemaente Nijkert
—
woonachtig, als getuigen, verschenen:
Harmen van Steeg en Berend van 't Veld
1
landbouwers beiden onder Niberk wonende
en deher Dirk Prins Hendrikszoon, notariskleek, te Rijbert woonachtig,
als mondelinge lasthebber, volgens zijne opgave van
Wouter Vlick, schripherder, wonende onder Pietten
Deze comparanten, even als de getuigen, mij notaris
bekend verklaarden dat de beide eerstgenoemden hunner
aan des laatstgenoemden lastgever, wegens ter leen
ontrangen geld, schuldig waren eene hoofdsom van
dertienhonderd gulden, waarvan zij hadden
aangenomen Jaarlijks op den eersten Januari
wiers verstrijken voldoende zoude wegen om hen in
verquien te stellen, interessen te betalen op den voet
baa vier en een halftenhonderd Sjaas, ingaan
de den eersten Ianuaris aanstaande en voorsloopen de tot op de
tenugbetaling der hoofdsom, die te allen dage kon ge„
daan en gevorderd worden, mits de opzegging van de
eene of andere zijde ten minste drie maanden te voren
plaatshad, terwijl de schuldeischer de hoofdsom,
met den interest daarop als dan te goed te allen tijde
dadelijk zonder opzegging zon kunnen terug vorderen.
bij geheele of gedeeltelijke vervreemding van het na
temelden bebonden goed; bij inbeslagneming van
dat goed door derden; bij wanbetling der inte„
ressen promptelijk op den verschijndag en bij van.
voldoening door den schaldenaar aan de verdere ver.
plichtingen blijkens deze akte en de wit op hem
rustende.
Tot gekeeheid van voormelde hoofdsom en daarop
te verloopen interessen verklaarden de schuldenar en
den schuldeischer recht van hypotheekte verleenen
op ceneifje, gelegen onder Wijkerk in de buurtschap
Veen, bestaande in huis en verder getimmer met tuig en
bouwen weiland, gekadastreerd in Jetiely onder de numnus
748, 1311, 1312, 1313 en 1533, ter grootte van een
Op heden, den twaalfden September
des jaars achttien honderd een en tachtig, zijn voor
Meester Rudolph Abraham Idaard Colenbranter,
notaris te Nijkerk in de provincie Gelderland, in tegen.
woordigheid van Steven van Beek veehonder en den heer
Heindert de Bruin, notarisklerk, bei den inde gemaente Nijkert
—
woonachtig, als getuigen, verschenen:
Harmen van Steeg en Berend van 't Veld
1
landbouwers beiden onder Niberk wonende
en deher Dirk Prins Hendrikszoon, notariskleek, te Rijbert woonachtig,
als mondelinge lasthebber, volgens zijne opgave van
Wouter Vlick, schripherder, wonende onder Pietten
Deze comparanten, even als de getuigen, mij notaris
bekend verklaarden dat de beide eerstgenoemden hunner
aan des laatstgenoemden lastgever, wegens ter leen
ontrangen geld, schuldig waren eene hoofdsom van
dertienhonderd gulden, waarvan zij hadden
aangenomen Jaarlijks op den eersten Januari
wiers verstrijken voldoende zoude wegen om hen in
verquien te stellen, interessen te betalen op den voet
baa vier en een halftenhonderd Sjaas, ingaan
de den eersten Ianuaris aanstaande en voorsloopen de tot op de
tenugbetaling der hoofdsom, die te allen dage kon ge„
daan en gevorderd worden, mits de opzegging van de
eene of andere zijde ten minste drie maanden te voren
plaatshad, terwijl de schuldeischer de hoofdsom,
met den interest daarop als dan te goed te allen tijde
dadelijk zonder opzegging zon kunnen terug vorderen.
bij geheele of gedeeltelijke vervreemding van het na
temelden bebonden goed; bij inbeslagneming van
dat goed door derden; bij wanbetling der inte„
ressen promptelijk op den verschijndag en bij van.
voldoening door den schaldenaar aan de verdere ver.
plichtingen blijkens deze akte en de wit op hem
rustende.
Tot gekeeheid van voormelde hoofdsom en daarop
te verloopen interessen verklaarden de schuldenar en
den schuldeischer recht van hypotheekte verleenen
op ceneifje, gelegen onder Wijkerk in de buurtschap
Veen, bestaande in huis en verder getimmer met tuig en
bouwen weiland, gekadastreerd in Jetiely onder de numnus
748, 1311, 1312, 1313 en 1533, ter grootte van een
Bronvermelding
Gelders Archief, archieftoegang 0168, Notariële Archieven 1811-1925, inventarisnummer 3915, R.A.J. Colenbrander, 1881 nummer 2641-2800
Scan
Klik op de afbeelding om het te vergroten en de transcriptie ernaast te zien
Kunstmatige intelligentie (AI)
De transcriptie is door de computer gemaakt via automatische handschriftherkenning.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.